28 093
Bouwfraude en corruptie bij ambtenaren

nr. 27
BRIEF VAN DE TIJDELIJKE COMMISSIE ONDERZOEK BOUWFRAUDE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage11 februari 2002

Bij brief van 24 januari 2002 (28 093, nr. 22) heb ik u het rapport doen toekomen van de Tijdelijke commissie onderzoek bouwfraude. Gebleken is dat abusievelijk een tweetal onjuistheden zijn opgenomen. Bijgaand treft u aan de nota van verbeteringen.

§ 4.4 Afbakening opdracht ten opzicht van lopende onderzoeken

pagina 35

1. De zin «Daaruit blijkt dat het merendeel van de acties en onderzoeken in het voorjaar of uiterlijk in het tweede kwartaal 2002 gereed is, met uitzondering van het kwalitatieve onderzoek naar de aanbestedingspraktijk van de Rijksoverheid dat in september of oktober 2002 gereed zal zijn.» komt te luiden: «Daaruit blijkt dat het merendeel van de acties en onderzoeken in het voorjaar of uiterlijk in het tweede kwartaal 2002 gereed is, met uitzondering van het kwantitatieve onderzoek naar de aanbestedingspraktijk van de Rijksoverheid dat in september of oktober 2002 gereed zal zijn.».

Bijlage 1 Lijst van gesprekspartners

Pagina 38

1. De zin «drs. G. B. M. Leers, voormalig Tweede Kamerlid voor het CDA» komt te luiden: «drs. G. B. M. Leers, Tweede Kamerlid voor het CDA».

De voorzitter van de commissie,

M. B. Vos

De griffier van de commissie,

Pe

Naar boven