Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 december 2021
Op 15 september 2021 heeft uw Kamer, naar aanleiding van het debat over de evacuaties
uit Afghanistan, de moties (Kamerstuk 27 925, nrs. 817, 818 en 819) aangenomen. In de motie (Kamerstuk 27 925, nr. 817) (Kuzu/Simons) wordt van het Ministerie van Buitenlandse Zaken gevraagd concrete
verbeterpunten in de kennis- en informatiecirculatie vast te stellen en te verwerken
in een verbeterplan. In de motie (Kamerstuk 27 925, nr. 818) (Van Wijngaarden c.s.) wordt gevraagd een vergelijking op te stellen tussen zes
landen en, waar mogelijk, daaruit lessen te trekken voor planning en uitvoering van
toekomstige Nederlandse evacuatieoperaties en opvang van geëvacueerden. In de motie
(Kamerstuk 27 925, nr. 819) (Van Wijngaarden c.s.) wordt de Minister van Buitenlandse Zaken verzocht een verbeterplan
op te stellen met betrekking tot de reactiesnelheid van hulpverzoeken, en worden de
Ministers van Buitenlandse Zaken en Defensie verzocht om de commandostructuur bij
non-combatant evacuation operations te evalueren.
Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft, mede namens de Ministeries van Defensie
en Justitie en Veiligheid, een externe deskundige op het gebied van crisismanagement,
Crisisplan BV te Leiden, aangezocht onderzoek te doen. Dit onderzoek, bestaande uit
een eerste analyse en de formulering van verbeterpunten, is verricht ter beantwoording
van de genoemde moties. Crisisplan heeft dit rapport (zie bijlage)1 op 12 december opgeleverd, binnen de door uw Kamer gewenste deadline.
Het kabinet is Crisisplan erkentelijk voor deze eerste analyse en appreciatie van
het verloop van de evacuatie. Het rapport bevat waardevolle inzichten en komt met
nuttige aanbevelingen waarmee belangrijke verbeteringen kunnen worden bereikt in de
Nederlandse crisisrespons. Het kabinet gaat aan het werk met deze verbeterpunten en
zal over de voortgang hiervan voor zomer 2022 aan uw Kamer verslag uitbrengen.
De Minister van Buitenlandse Zaken, H.P.M. Knapen
De Minister van Defensie, H.G.J. Kamp
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, A. Broekers-Knol