27 925 Bestrijding internationaal terrorisme

Nr. 480 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN, VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE, VAN DEFENSIE EN VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 april 2013

Met deze brief wordt u geïnformeerd over de stand van zaken van de geïntegreerde politietrainingsmissie en over de algemene politieke ontwikkelingen in Afghanistan in de maanden januari, februari en maart 2013.

Algemene ontwikkelingen

Transitieproces

Het transitieproces waarbij de verantwoordelijkheid voor de veiligheid wordt overgedragen aan de Afghanen, bevindt zich in de laatste fase. Voor het overgrote deel van Afghanistan zijn het Afghaanse leger en politie (ANSF) zelf verantwoordelijk voor het handhaven van de veiligheid. ISAF vervult steeds meer een rol op afstand en ondersteunt waar nodig. 2013 is een cruciaal jaar voor de ANSF, waarin moet blijken of zij werkelijk in staat zijn de veiligheid zelf te handhaven. Naar verwachting wordt medio 2013 de laatste tranche van de transitie afgekondigd door de Afghaanse overheid Daarna is de ANSF definitief verantwoordelijk is voor het handhaven van de veiligheid in heel Afghanistan. Tussen het bereiken van deze mijlpaal en het einde van het transitieproces, eind 2014, vindt een geleidelijke afbouw van de ISAF-troepen plaats. Verschillende landen, waaronder Nederland, hebben hiertoe reeds besloten. U bent hierover geïnformeerd per brief op 8 maart jl. (kamerstuk 27 825 nr. 471).

De activiteiten van de trainingsmissie in Kunduz staan in het teken van het transitieproces. Nadat in december 2012 was besloten tot transitie van het laatste district in Kunduz, is begonnen met de implementatie daarvan. In de vorige stand van zakenbrief bent u geïnformeerd over de overdracht van basistrainingen aan de Afghanen. Daar is de afgelopen drie maanden op voortgebouwd, zoals met het opleiden van Afghan Training and Mentoring Teams. Ook is Afghaanse staf van het Police Training Centre (PTC) voorbereid op het overnemen van de verantwoordelijkheid van het PTC per 1 juli 2013.

De terugtrekking (redeployment) van de Nederlandse aanwezigheid in Kunduz zal in nauw overleg met de Duitsers gebeuren. De planning van de redeployment is nog gaande maar zal gepaard gaan met het begin juli 2013 inbrengen van een specifieke redeployment eenheid. De redeployment uit Kunduz dient uiterlijk 31 oktober 2.013 voltooid te zijn.

Politieke ontwikkelingen

Verkiezingen

In de voorbereiding van de verkiezingen van april 2014 zijn de afgelopen periode kleine stappen gezet. Zo zijn de Independent Electoral Commission (IEC) en het Ministerie van Binnenlandse Zaken (MoI) een plan overeengekomen voor kiezersregistratie. Punt van zorg blijft de totstandkoming en invulling van een onafhankelijke klachtencommissie. Een belangrijk uitgangspunt is een zo inclusief mogelijk verloop van de verkiezingen, waarbij vooral van belang is dat de uitkomst door de Afghaanse kiezers als legitiem wordt ervaren. Om een zo transparant en eerlijk mogelijk verloop te bevorderen is de onafhankelijkheid van de IEC-commissarissen van belang. De termijn van de huidige IEC-commissarissen inclusief die van de voorzitter loopt in april 2013 af. De internationale gemeenschap heeft het belang van een inclusief en transparant consultatieproces voor de benoeming van de IEC-commissarissen, in het bijzonder de nieuwe voorzitter, onderstreept.

Verzoening

Het verzoeningsproces kent weinig vooruitgang. President Karzai heeft eind maart een bezoek gebracht aan Qatar, onder meer om te spreken over het verzoeningsproces. Het bezoek heeft geen concrete resultaten opgeleverd, maar het toonde wel een voorzichtige toenadering tussen Afghanistan en Qatar. Hoewel Pakistan heeft verklaard een constructievere rol te willen spelen in het verzoeningsproces, is de relatie tussen Afghanistan en Pakistan de afgelopen weken bekoeld. Aanleiding zijn onenigheid over het proces, een recent schietincident aan de grens en het bericht dat Pakistan een nieuwe grenspost bouwt. De conferentie van religieuze leiders (Ulema), die Pakistan en Afghanistan gezamenlijk zouden organiseren, laat tot op heden op zich wachten.

Het Afghan Peace and Reintegration Programme (APRP), waaraan Nederland een eenmalige bijdrage van € 2 miljoen heeft gegeven, is door een team van Afghaanse en internationale deskundigen geëvalueerd. Het bewustzijn onder de bevolking over het APRP-programma is vergroot. De impact van het programma wordt echter beperkt doordat er geen overkoepelend vredesakkoord is. Potentiële reïntegranten maken zich zorgen om hun veiligheid en aarzelen daarom om zich bij het APRP aan te sluiten.

Mensenrechten

De mensenrechtensituatie in Afghanistan blijft zorgwekkend. Nederland steunt daarom maatschappelijke organisaties in hun werk om de mensenrechten en vooral de positie en participatie van vrouwen te bevorderen. Onder meer via de inzet van mensenrechtenexperts, gedetacheerd bij EUPOL, ISAF en de EU-delegatie in Kaboel, blijft Nederland aandacht vragen voor de bevordering van mensenrechten, waaronder de positie van vrouwen en minderheden. Het bevorderen en beschermen van mensenrechten, inclusief vrouwenrechten, is inmiddels expliciet opgenomen in het concept voor het raamwerkakkoord tussen de EU en Afghanistan. De onderhandelingen over dit akkoord zullen naar verwachting de komende maanden worden voltooid.

De afgelopen periode is verder gewerkt aan de uitvoering van de Tokio-afspraken die in juli 2012 zijn gemaakt tijdens de Tokio-conferentie. De uitvoering van de afspraken tussen de Afghaanse autoriteiten en de internationale gemeenschap zal op de Senior Officials Meeting (SOM) in juli van dit jaar worden besproken.

Veiligheid

In de provincie Kunduz is in de eerste maanden van 2013 het geweldsniveau in vergelijking met vorig jaar licht gedaald. Dat betekent niet zonder meer dat de veiligheidssituatie verbeterd is. Zo is op 26 januari in het centrum van Kunduz-stad een zelfmoordaanslag gepleegd waarbij ten minste tien agenten en twee burgers om het leven kwamen en twintig burgers gewond raakten. Op 13 maart jl. kwam bij een aanslag de districtspolitiechef van Imam Sahib om het leven. Dergelijke aanslagen ondermijnen het gevoel van veiligheid bij de bevolking. Een positieve ontwikkeling is dat de Afghaanse politie in toenemende mate gepast reageert op dergelijke voorvallen en maatregelen neemt om de verdachten op te sporen en vervolgaanslagen te voorkomen.

Verloop van de geïntegreerde politietrainingsmissie

De politietrainingsmissie verloopt naar wens. Ondanks de hierboven genoemde veiligheidsincidenten hebben de trainingen doorgang kunnen vinden. De trainingsmissie is de afgelopen periode verder gegaan op de koers die gericht is op het transitieproces. De belangrijkste aandachtpunten blijven het versterken van de train-the-trainer elementen binnen alle activiteiten van de missie en het verduurzamen van de rule of law-activiteiten. De komende periode zal vooral worden gebruikt om voorwaarden te scheppen waaronder de activiteiten na het beëindigen van de missie succesvol door de Afghanen zelf kunnen worden voortgezet. Ook de F16»s van de Air Task Force hebben in de afgelopen periode hun missie uitgevoerd en hebben daarbij drie maal wapens ingezet.

De minister van Veiligheid en Justitie heeft in februari een bezoek gebracht aan Afghanistan. In Kaboel woonde hij activiteiten van Nederlandse politiefunctionarissen in EUPOL bij en sprak hij met verscheidene Afghaanse hoogwaardigheidsbekleders. Tijdens deze gesprekken is waardering voor de kwaliteit en inzet van Nederlandse expertise uitgesproken. In Kunduz bezocht hij de politiemissie, een scenariotraining, de provinciale managementcursus en sprak hij uitgebreid met politiefunctionarissen en rule of law-experts.

Training en mentoring van civiele politie

In het kader van de verdere verzelfstandiging van de Afghaanse politie zijn acht trainers voor de Afghan Training and Mentoring Teams (ATMT’s) door Nederlandse trainers opgeleid. Zij zullen de aanvullende praktijkopleiding overnemen die nu nog wordt verzorgd door de Nederlandse POMLTs. Het zelfstandig optreden van de Afghaanse politie is hiermee verder verbeterd. Daarnaast heeft een groot aantal agenten, waaronder acht vrouwen, op 23 februari certificaten ontvangen voor het voltooien van de aanvullende praktijkopleiding.

Het midden- en hoger kader van de politie is door EUPOL Kunduz met specialistische opleidingen verder getraind, in het bijzonder op leiderschap en train-the-trainer programma’s op het gebied van recherche, en intensief gementord en geadviseerd. De Provincial Management Course voor het hogere management (vijftien personen) van de politie Kunduz is klaar. Thema’s die aan de orde kwamen, zijn rule of law, leiderschap, visie en missie. Tot slot is verder geïnvesteerd in de samenwerking tussen politie en justitie. EUPOL Kaboel is begonnen met de toepassing van lessons learned van het Field Office Kunduz. De activiteiten zijn gericht op het verankeren van de scenariotraining en mentoring modellen.

Rechtsstaatontwikkelingsprogramma

De afgelopen drie maanden is voortgebouwd op de activiteiten die vorig jaar zijn ontplooid en waarover u bent geïnformeerd met de resultaten van de tussentijdse evaluatie (kamerstuk 29 725 nr. 472). Zo is met Nederlandse steun de lokale Orde van Advocaten verder versterkt, is het eerste nieuwe huqooq-kantoor in de provincie Kunduz geopend en is de coördinatie op het gebied van rule of law volledig overgedragen aan UNAMA. Vier lokale monitors zijn operationeel om de rule of law projecten te monitoren.

De minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking heeft in maart een bezoek gebracht aan Kunduz om de voortgang van de Nederlandse ontwikkelingsactiviteiten in het kader van de rechtsstaat in Kunduz te bekijken (kamerstuk 29 725 nr. 473). Momenteel wordt met partners gekeken naar de besteding van de € 1,5 miljoen die in het rechtsstaatprogramma extra zullen worden ingezet ten behoeve van de ondersteuning van vrouwen.

Het rechtsstaatprogramma in Kunduz loopt tot eind 2014 door. Naar aanleiding van vragen van uw Kamer tijdens het algemeen overleg van 19 maart jl. wordt onderzocht hoe de monitoring het beste kan geschieden na de overdracht van het trainingscentrum en het vertrek van Duitsland en Nederland. U wordt daarover nader geïnformeerd in de volgende stand van zakenbrief.

De bijlage1 van deze brief bestaat uit drie delen. Deel 1 gaat dieper in op de belangrijkste algemene (politieke) ontwikkelingen in Afghanistan. Deel 2 betreft de resultaten van de Nederlandse geïntegreerde politietrainingsmissie en deel 3 besteedt aandacht aan de organisatorische aspecten van de missie.

De minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans

De minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten

De minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert

De minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.M.J. Ploumen


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven