Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 juni 2021
Met deze brief informeer ik u over de nieuwe pachtnormen die op 1 juli 2020 van kracht
worden.
Jaarlijks worden de hoogst toelaatbare pachtprijzen voor akkerbouw- en grasland, tuinland,
agrarische gebouwen en agrarische woningen vastgesteld. De nieuwe pachtnormen vindt
u in de bijlage. De hoogst toelaatbare pachtprijzen voor 2020 zijn door Wageningen
Economie Research (WUR) berekend conform de uitgangspunten van het Pachtprijzenbesluit
2007.
In tabel 1 (zie bijlage) zijn per pachtprijsgebied de nieuwe regionorm, de oude regionorm
en het veranderpercentage voor los bouw- en grasland vermeld1. De pachtnormen zijn gebaseerd op de bedrijfsresultaten van middelgrote en grote
akkerbouw- en melkveebedrijven in de periode 2014–2018.
De berekende pachtnormen 2020 zijn in twaalf van de veertien pachtprijsgebieden lager
dan de pachtnormen 2019. In vier gebieden blijft de afname beperkt tot maximaal 7%.
In de gebieden met veel melkveehouderij (Noordelijk weidegebied, Oostelijk veehouderijgebied,
Hollands/Utrechts weidegebied en Zuidelijk veehouderijgebied) ligt de daling tussen
10% en 17%. In de gebieden met veel akkerbouw loopt de verandering van de pachtnormen
uiteen van een daling met 22% in de Veenkoloniën en Oldambt, tot een stijging met
12% in de IJsselmeerpolders en 20% in het Zuidwestelijk akkerbouwgebied (zie de bijlage).
In de berekende grondbeloning op basis van een voortschrijdend vijfjaarsgemiddelde
is een goed inkomensjaar voor de melkveehouderij (2013) vervangen door een matig inkomensjaar
(2018). Voor de akkerbouw is een jaar met een gemiddeld inkomen afgevallen, terwijl
het inkomen in het bijkomende inkomensjaar (2018) ruim boven het langjarig gemiddelde
zit. De lagere gemiddelde grondbeloning in de melkveehouderij en de gemiddeld iets
hogere grondbeloning in de akkerbouw, leiden tot een lagere gemiddelde grondbeloning
op landelijk niveau.
Voor de tuinbouw geldt dat de gemiddelde grondbeloning voor reservering over de periode
2014–2018 is in Westelijk Holland is uitgekomen op 5.172 euro per hectare (zie tabel
2 in de bijlage)2. Het inkomen in het jaar dat erbij is gekomen (2018) ligt veel hoger dan in het jaar
dat is afgevallen (2013). In de Rest van Nederland is de gemiddelde grondbeloning
voor reservering met 8% toegenomen van 3.635 euro per hectare over de jaren 2013–2017
tot 3.922 euro per hectare in de periode 2014–2018 (tabel 2.7). In dit gebied is een
jaar (2013) met een gemiddeld inkomen vervangen door een jaar (2018) met een hoog
inkomen.
De berekende hoogst toelaatbare pachtprijzen in 2020 voor agrarische bedrijfsgebouwen
(artikel 16 Pachtprijzenbesluit 2007) en de pachtprijs voor bestaande overeenkomsten
(artikel 20 Pachtprijzenbesluit 2007) zijn 2,19% hoger dan in 2019. Dit percentage
is gelijk aan de gemiddelde bouwkostenindex over 2015–2019.
De maximale pachtverhoging voor agrarische woningen met pachtovereenkomsten van vóór
1 september 2007 bedraagt 5,1%. De hoogst toelaatbare pachtprijs voor agrarische woningen
met pachtovereenkomsten op of na 1 september 2007 stijgt met 2,6%, gelijk aan het
inflatiepercentage over 2019.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten