27 923 Werken in het onderwijs

Nr. 110 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 maart 2011

Bij brief van 17 februari jl. (2011D08466) vroeg u mij de Tweede Kamer te informeren over de stand van zaken inzake innovatieve lerarenopleidingen. Met deze brief voldoe ik aan dat verzoek.

Recent heeft de Inspectie van het Onderwijs gerapporteerd over de uitvoering van Krachtig Meesterschap, de kwaliteitsagenda voor het opleiden van leraren. Een van de activiteiten waarover in dat kader is gerapporteerd, is de uitvoering van de regeling Krachtig meesterschap. De Inspectie rapporteert hier als volgt over:

«Deze regeling beoogt samenwerkingsverbanden van scholen en lerarenopleidingen te stimuleren, en projecten te ontwikkelen op het gebied van excellentie bij het opleiden van leraren en/of het beroep van leraar. Dit moet uiteindelijk bijdragen aan meer en beter opgeleide leraren. Met de regeling wordt beoogd meer excellentie binnen het opleiden van leraren en het beroep van leraar te bevorderen. Hiermee neemt de kwaliteit van opleiding en beroep toe en worden lerarenopleiding en het beroep van leraar aantrekkelijker voor diverse (potentiële) doelgroepen. Het «bevorderen van excellentie bij het opleiden van leraren» kan zowel betrekking hebben op aankomende als zittende leraren.

In totaal hebben 41 excellentieprojecten subsidie ontvangen. Op grond van de eerste ronde audits concludeert AgentschapNL dat de toegekende projecten 2009 goed op schema lopen. In alle projecten wordt aangegeven dat «excellentiebevordering» een positieve impact heeft op de organisatie.»

Voortgezette monitoring in 2011 en 2012 zal uitwijzen wat de opbrengsten van de projecten op het gebied van excellentiebevordering zullen zijn.

Bijgevoegd bij deze brief treft u het eerste monitorrapport van de Inspectie van het Onderwijs over de implementatie van acht activiteiten uit de nota Krachtig Meesterschap, kwaliteitsagenda voor het opleiden van leraren aan1. De algemene conclusie van de Inspectie is dat dankzij de subsidies voortvloeiend uit de nota Krachtig Meesterschap op alle acht terreinen zinvolle initiatieven zijn ontstaan.

Deels zijn nu al resultaten zichtbaar, bijvoorbeeld bij de Kennisbasis, Intake- en studiekeuzegesprekken, Summercourses, Opleiden in de school, Educatieve minor en Eerst de Klas. Op andere gebieden zijn de eerste noodzakelijke stappen gezet, maar is verdere voortgang nog niet vast te stellen (kennistoetsing, diversiteit en excellentie). Het ligt in de verwachting dat dat in 2011 of 2012 wel het geval zal zijn. Uiteindelijk is het natuurlijk de bedoeling dat bovengenoemde ontwikkelingen bijdragen aan duurzaam betere opleidingen van leraren.

Ook in 2011 en 2012 monitort de Inspectie de uitvoering van deze agenda. Ik ben voornemens u dit voorjaar mijn professionaliseringsagenda aan te bieden. De uitkomsten van deze eerste monitor zal ik bij deze agenda betrekken.

Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd over de actuele stand van zaken over de innovatieve projecten ten aanzien van het opleiden van leraren en de uitvoering van de kwaliteitsagenda Krachtig Meesterschap in het algemeen.

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

H. Zijlstra


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

Naar boven