Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 september 2010
Aan uw Kamer is toegezegd om twee maal per jaar te rapporteren over de realisatie van de agenda voor voldoende leraren van
voldoende kwaliteit. In september via de nota Werken in het onderwijs en in het voorjaar via een voortgangsbrief.
Hierbij ontvangt u de nota Werken in het onderwijs 2011, met daarin de vierde voortgangsrapportage.1) Het eerste hoofdstuk gaat in op de afspraken uit het convenant Leerkracht. Door dit convenant krijgen schoolbesturen onder
andere extra geld om meer leraren in een hogere schaal te kunnen belonen. Dit vergroot de loopbaanmogelijkheden en de aantrekkelijkheid
van het leraarsberoep. In veel scholen in het primair en voortgezet onderwijs is men actief bezig met deze zogenoemde «versterking
van de functiemix». In het voortgezet onderwijs in de Randstad is het afgelopen jaar het aandeel leraren dat betaald wordt
in een hogere schaal met 9 procentpunt gestegen.
De belangstelling voor de Lerarenbeurs blijft onverminderd groot. Inmiddels zijn ruim 20 duizend beurzen toegekend sinds de
Lerarenbeurs is ingevoerd.
Het register voor leraren in het voortgezet onderwijs, primair onderwijs en het (voorbereidend) beroepsonderwijs wordt nu
volop voorbereid. In 2011 worden deze registers opengesteld. Een register voor leraren draagt bij aan de kwaliteit van het
beroep, doordat het leraren stimuleert hun bekwaamheid op niveau te houden en te verbeteren.
Uit de nota blijkt verder dat het voorspelde lerarentekort de komende jaren minder groot is dan eerder werd verwacht. Dat
komt door de extra investeringen in het beroep van leraar en de economische recessie. Als gevolg van deze ontwikkelingen kiezen
meer studenten voor het leraarsberoep en is de uitstroom naar de marktsector lager dan eerder verwacht. Bovendien blijven
oudere leraren langer doorwerken.
In het basisonderwijs worden de komende jaren geen wezenlijke tekorten verwacht. In het voortgezet onderwijs ontstaat door
de uitstroom van oudere leraren de komende acht jaar een tekort van circa 3 000 voltijdbanen. Uit het rapport blijkt dat zonder
de beloningsmaatregelen uit het Actieplan Leerkracht het verwachte tekort in het voortgezet onderwijs twee keer zo hoog zou
zijn geweest.
Verder vindt u in de nota informatie over de laatste ontwikkelingen op de onderwijsarbeidsmarkt en de sociale zekerheid, de
professionalisering van de school en de leraar en de actuele gegevens over de lerarenopleidingen.
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
A. Rouvoet
De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart