27 897
Enkele wijzigingen in wetten op het terrein van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Verzamelwet SZW-wetten 2001)

nr. 6
NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 16 oktober 2001

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

1

Artikel VII wordt vervangen door:

ARTIKEL VII. WIJZIGING VAN DE WET VAN 21 DECEMBER 2000, HOUDENDE WIJZIGING VAN DE PENSIOEN- EN SPAARFONDSENWET EN ENIGE ANDERE WETTEN (RECHT VAN KEUZE VOOR OUDERDOMSPENSIOEN IN PLAATS VAN NABESTAANDENPENSIOEN EN GELIJKE BEHANDELING VAN MANNEN EN VROUWEN, STB. 625)

De wet van 21 december 2000, houdende wijziging van de Pensioen- en spaarfondsenwet en enige andere wetten (recht van keuze voor ouderdomspensioen in plaats van nabestaandenpensioen en gelijke behandeling van mannen en vrouwen; Stb. 625) wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel IX wordt als volgt gewijzigd:

1°. In het tweede lid wordt «onderdeel M, artikel 32ba van de Pensioen- en spaarfondsenwet» vervangen door: onderdeel M, artikel 32ba, eerste lid, onderdelen d en e, van de Pensioen- en spaarfondsenwet.

2°. Onder vernummering van het derde lid tot het vierde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

3. Bij de toepassing van artikel 32ba van de Pensioen- en spaarfondsenwet is op aanspraken op pensioen die vóór de dag van inwerkingtreding van artikel 32ba, eerste lid, onderdeel e, van de Pensioen- en spaarfondsenwet zijn opgebouwd, artikel 32a, eerste lid, onderdeel f, van de Pensioen- en spaarfondsenwet van toepassing.

B

In artikel X, eerste en tweede lid, wordt de zinsnede «onderdeel M, artikel 32ba, eerste lid, onderdeel d» telkens vervangen door: onderdeel M, artikel 32ba, eerste lid, onderdelen d en e.

2

In artikel X wordt na onderdeel C een onderdeel ingevoegd, luidende:

Ca

Artikel 45 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid vervalt de zinsnede «, alsmede van de Algemene Kas, genoemd in artikel 1q van de Ziekenfondswet en de Sociaal-Economische Raad».

2. In het vierde lid vervalt «en instellingen».

3

In artikel XVI, onderdeel B, wordt na de zinsnede «vervalt in artikel 71a, eerste lid, de laatste zin» toegevoegd: en vervalt in artikel 71b, tweede lid, de zinsnede «, bedoeld in artikel 629 van Boek 7, van het Burgerlijk Wetboek,».

4

Na artikel XVII worden vier artikelen ingevoegd, luidende:

ARTIKEL XVIIA. WIJZIGING VAN DE TOESLAGENWET

Indien artikel 47, onderdeel B, van het bij koninklijke boodschap van 6 april 2001 ingediende voorstel van wet, houdende vaststelling van regels voor de invoering van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (Invoeringswet Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, Kamerstukken II 2000/01, 27 665, nr. 340), tot wet is verheven en in werking is getreden, wordt in artikel 14, zesde lid, van de Toeslagenwet, «derde en vierde lid» vervangen door: eerste en tweede lid.

ARTIKEL XVIIB. WIJZIGING VAN DE WET OP DE ONDERNEMINGSRADEN

Indien het bij koninklijke boodschap van 6 april 2001 ingediende voorstel van wet, houdende vaststelling van regels voor de invoering van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (Invoeringswet Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, Kamerstukken II 2000/01, 27 665, nr. 340), tot wet is verheven en in werking is getreden, wordt artikel 46a, zesde lid, van de Wet op de ondernemingsraden vervangen door:

6. In een verordening als bedoeld in het eerste lid wordt door de Raad bepaald op welke wijze de afdracht van de heffing door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, genoemd in hoofdstuk 5 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, aan de Raad geschiedt.

ARTIKEL XVIIC. WIJZIGING VAN DE ZIEKENFONDSWET

Indien het bij koninklijke boodschap van 6 april 2001 ingediende voorstel van wet, houdende vaststelling van regels voor de invoering van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (Invoeringswet Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, Kamerstukken II 2000/01, 27 665, nr. 340), tot wet is verheven en in werking is getreden, vervalt in artikel 15, vijfde lid, tweede volzin, van de Ziekenfondswet de zinsnede «, alsmede betreffende de vergoeding, welke uit de Algemene Kas aan het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen voor zijn werkzaamheden wordt betaald».

ARTIKEL XVIID. WIJZIGING VAN DE WET OP DE ECONOMISCHE DELICTEN

In artikel 1, 3° van de Wet op de economische delicten wordt «de Arbeidsomstandighedenwet 1998, de artikelen 10, 28, zevende lid, 32 en de handeling of het nalaten, bedoeld in artikel 33, derde lid alsmede – voorzover aangewezen als strafbare feiten – de artikelen 6, eerste lid, en 16, negende lid» vervangen door: de Arbeidsomstandighedenwet 1998, de artikelen 6, eerste lid, eerste volzin, 10, 28, zevende lid, 32 en de handeling of het nalaten, bedoeld in artikel 33, derde lid alsmede – voorzover aangewezen als strafbare feiten – de artikelen 6, eerste lid, tweede volzin, en 16, tiende lid.

Toelichting

1

In de wet van 21 december 2000, houdende wijziging van de Pensioen- en spaarfondsenwet en enige andere wetten (recht van keuze voor ouderdomspensioen in plaats van nabestaandenpensioen en gelijke behandeling van mannen en vrouwen, Stb. 625) is het recht op uitruil van nabestaandenpensioen voor ouderdomspensioen opgenomen. Daarbij is voorgeschreven dat een dergelijke uitruil op basis van collectieve actuariële gelijkwaardigheid geschiedt. Het is de bedoeling dat het voorschrift van collectieve actuariële gelijkwaardigheid bij uitruil, voor beschikbare premieregelingen pas met ingang van 1 januari 2005 in werking treedt. Er was echter verzuimd om dit tot uitdrukking te brengen in artikel X van de bovengenoemde wet. Dit onderdeel strekt ertoe dit te verbeteren. Zie ook paragraaf 2.6 van de nota naar aanleiding van het verslag en de daarbijhorende vraag van de leden van de VVD-fractie. Om technische redenen is artikel VII van de Verzamelwet SZW-wetten 2001 bij deze nota van wijziging integraal weergegeven met de reeds voorgestelde wijziging en de wijziging zoals hierboven omschreven.

2

Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) verricht de premie-inning voor de Ziekenfondswet (ZFW) en de Wet op de ondernemingsraden (WOR). Op grond van de huidige OSV 1997 brengen de uitvoeringsinstellingen hiervoor kosten in rekening bij het College Zorgverzekeringen en de Sociaal-Economische Raad (SER). Het betreft hier met name een verrekening tussen het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, waarbij de verdeelsleutel jaarlijks opnieuw moet worden vastgesteld (de SER-kosten maken minder dan 5% van de hier genoemde kosten uit). Besloten is dat het UWV geen kosten meer in rekening brengt bij het College Zorgverzekeringen en de SER. Dit naar analogie van de situatie dat in de huidige praktijk de Belastingdienst geen kosten in rekening brengt voor de premie-inning van de ANW/AOW.

De kosten voor de premie-inning ZFW en WOR worden ten laste van de in artikel 45, tweede lid, van de Wet SUWI genoemde fondsen gebracht. De wijze waarop dat zal gebeuren wordt vastgelegd in de op artikel 45, vierde lid, van Wet SUWI gebaseerde ministeriële regeling. Het niet meer in rekening brengen van deze kosten bij het College Zorgverzekeringen en de SER zal tot een marginale verschuiving binnen de premies leiden. De premie voor de ZFW zal in beginsel dalen, terwijl de premies voor de werknemersverzekeringen licht zullen stijgen. De WOR-premie zal licht dalen. Het voorgaande vergt dat in artikel 45, tweede lid, van de Wet SUWI de Algemene Kas en de SER vervallen.

3

Door middel van het bij koninklijke boodschap van 17 april 2001 ingediende voorstel van Wet houdende verbetering van de procesgang in het eerste ziektejaar en nieuwe regels voor de ziekmelding, de reïntegratie en de wachttijd van werknemers alsmede met betrekking tot de loondoorbetalingsverplichting van de werkgever (Wet verbetering poortwachter) (Kamerstukken II 2000/2001, 27 678) wordt artikel 71b van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) gewijzigd. Na inwerkingtreding van die wet regelt artikel 71b, tweede lid, de werking van artikel 71a van de WAO, wanneer een werknemer recht heeft op ziekengeld omdat er sprake is van orgaandonatie, ziekte die haar oorzaak vindt in zwangerschap of bevalling en indien er sprake is van een arbeidsgehandicapte. Wanneer de werknemer in deze gevallen nog wel een werkgever heeft, is die werkgever verplicht om het loon door te betalen. Hoewel de werknemer ook recht heeft op ziekengeld is de werkgever in die gevallen nog wel verantwoordelijk voor de reïntegratie. Voor deze werkgever geldt dat hij aantekening moet houden, een plan van aanpak moet opstellen en in samenwerking met de werknemer een reïntegratieverslag moeten opstellen.

De in de Wet verbetering poortwachter opgenomen formulering van artikel 71b, tweede lid, sluit de overheid als werkgever uit van hetgeen is bepaald in dat lid. Dit is niet de bedoeling. Dit onderdeel zorgt ervoor dat zowel de werkgever, bedoeld in artikel 629 van Boek 7, van het Burgerlijk Wetboek als de overheid als werkgever in dit geval hetzelfde behandeld worden.

4

Wijziging van de Toeslagenwet

In artikel 47, onderdeel B, van de Invoeringswet Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen wordt in de aldaar voorgestelde wijziging van artikel 14, zesde lid, van de Toeslagenwet, verwezen naar het derde en het vierde lid van dat artikel. Dit moet echter zijn: het eerste en het tweede lid. Langs deze weg wordt met ingang van 1 januari 2002 de wettelijke grondslag in de Toeslagenwet voor het opleggen van een maatregel (op grond van het Maatregelenbesluit Tica) hersteld.

Wijzigingen van de Wet op de ondernemingsraden en van de Ziekenfondswet

Deze wijzigingen houden verband met hetgeen onder onderdeel 2 van deze nota van wijziging is opgenomen. Zie aldaar.

Wijziging van de Wet op de economische delicten

De wijziging heeft betrekking op de correctie van de aanduiding in de Wet op de economische delicten (WED) van de economische delicten bij overtreding van bepalingen van de Arbeidsomstandighedenwet 1998.

Bij de Wet van 13 december 2000 tot wijziging van de Arbeidsomstandighedenwet 1998 (Technische verbeteringen en aanpassingen) (Stb.595) is het aangehaalde onderdeel van artikel 1, 3° van de WED gewijzigd. Daarbij is ten onrechte geen rekening gehouden met de in die wet opgenomen vernummering van artikel 16 van de Arbeidsomstandighedenwet 1998. Het negende lid is tiende lid geworden. Voorts is door die wijziging overtreding van artikel 6, eerste lid, eerste volzin, Arbeidsomstandighedenwet 1998 geen economisch delict meer, omdat alleen verwezen wordt naar de op grond van artikel 6, eerste lid, gestelde voorschriften, die als strafbare feiten zijn aangewezen. Deze aanwijzing heeft alleen betrekking op aanwijzing in de krachtens artikel 6, eerste lid, (tweede volzin) bij algemene maatregel van bestuur strafbaar gestelde feiten. De eerste volzin van artikel 6, eerste lid, bevat echter ook een voorschrift, dat bij overtreding tot een strafbaar feit kan leiden. Dit artikelonderdeel is in de voorgestelde wijziging toegevoegd.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J. F. Hoogervorst

Naar boven