27 870
Wijziging van de Mededingingswet (implementatie van een wijziging van de EG-transparantierichtlijn)

A
OORSPRONKELIJKE TEKST VAN HET VOORSTEL VAN WET EN VAN DE MEMORIE VAN TOELICHTING ZOALS VOORGELEGD AAN DE RAAD VAN STATE EN VOORZOVER NADIEN GEWIJZIGD

Voorstel van wet

Artikel 25f luidde als volgt:

Indien de goede uitvoering van de richtlijn dat vereist, kunnen bij regeling van Onze Minister nadere regels worden gesteld inzake de toepassing van dit hoofdstuk.

Memorie van toelichting

De vierde alinea van paragraaf 2.1 luidde als volgt:

Een andere figuur die in de hier bedoelde economische sectoren veel voorkomt is die van de onderneming die is belast met het beheer van een dienst van algemeen economisch belang en met betrekking tot die dienst in enigerlei vorm staatssteun ontvangt. Ook die ondernemingen zullen op de markt voor de activiteiten waarvoor zij staatssteun ontvangen veelal over een economische machtspositie beschikken.

De vijfde alinea van paragraaf 2.3 luidde als volgt:

Het wetsvoorstel geldt onverkort voor economische activiteiten, ook al dienen ondernemingen daarvoor op basis van nationaalrechtelijke, niet op een EG-richtlijn gebaseerde, bepalingen aan administratieve verplichtingen te voldoen. In de regel zullen die verplichtingen een andere inhoud hebben dan de verplichtingen in de wijzigingsrichtlijn en in dit wetsvoorstel. Verplichtingen om de gegevens ter beschikking te doen stellen van de Commissie komen in nationale regelingen uiteraard niet voor. Voor zover er sprake zou zijn van administratieve verplichtingen die elkaar overlappen en van verschillende toezichthouders zal het kabinet, teneinde onnodige administratieve lasten voor het bedrijfsleven te voorkomen, ervoor zorgdragen dat toezichthouders zo goed mogelijk samenwerken.

De toelichting op artikel 25c luidde als volgt:

Dit artikel maakt duidelijk dat de plicht tot het voeren van een gescheiden administratie op grond van artikel 25b niet geldt voor activiteiten die al op grond van specifieke Europeesrechtelijke bepalingen afzonderlijk in de administratie moeten worden bijgehouden. Zie bijvoorbeeld de activiteiten genoemd in de Elektriciteitsrichtlijn c.q. Elektriciteitswet 1998 (zie hoofdstuk 3, par. 6) of de Gasrichtlijn c.q. Gaswet (zie hoofdstuk 4, par. 4.1).

De toelichting op artikel 25f luidde als volgt:

Het is denkbaar dat de Commissie in de toekomst nadere aanwijzingen geeft over de wijze van uitvoering van de richtlijn, zoals de verplichting tot het voeren van een afzonderlijke administratie. In dit artikel is geregeld dat in die gevallen wetswijziging niet nodig is, maar een ministeriële regeling volstaat.

Naar boven