27 863 Betalingsverkeer

Nr. 141 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 april 2024

In het commissiedebat staatsdeelnemingen van 27 maart jl. deed ik, in reactie op een vraag van het lid Vermeer (BBB), de toezegging om uw Kamer een brief te sturen over het tijdpad voor het wetsvoorstel chartaal betalingsverkeer.1 Met deze brief geef ik hier opvolging aan. Zoals ik ook zei in het commissiedebat, voel ik urgentie om het wetsvoorstel, dat tot doel heeft om contant geld bereikbaar, beschikbaar en betaalbaar te houden, verder te brengen. Ik zal dan ook doen wat mogelijk is om het tijdpad zoals hierna geschetst aan te houden.

Een ontwerp van het wetsvoorstel is openbaar geconsulteerd van 26 januari tot en met 8 maart 2024.2 Er zijn 44 reacties ontvangen. Ook hebben de Europese Centrale Bank en het Adviescollege toetsing regeldruk adviezen uitgebracht en heeft de Nederlandsche Bank, als de beoogde toezichthouder, het wetsvoorstel getoetst op uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid.

Op dit moment worden alle reacties en adviezen bestudeerd en verwerkt. Ik streef ernaar om het wetsvoorstel voor het zomerreces aan de ministerraad aan te bieden, met het oog op instemming met de adviesaanvraag bij de Afdeling advisering van de Raad van State. Wanneer dat advies is uitgebracht en verwerkt, kan het wetsvoorstel bij uw Kamer worden ingediend en kan de parlementaire behandeling starten. Ik verwacht dat de indiening rond het einde van dit kalenderjaar kan plaatsvinden.

De Minister van Financiën, S.P.R.A. van Weyenberg


X Noot
1

Toezegging TZ202404-054.

Naar boven