Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 oktober 2023
Hierbij informeer ik uw Kamer, mede naar aanleiding van het verzoek van het lid De
Groot (D66) op 12 oktober 2023, over de uitslag van de stemming op 13 oktober 2023
op het voorstel van de Europese Commissie (EC) om de goedkeuring van glyfosaat met
10 jaar te verlengen.
Tijdens de vergadering heeft de Nederlandse delegatie, in lijn met mijn brief naar
uw Kamer van 10 oktober 2023, zich onthouden van stemming. Bijgevoegd is tevens de
stemverklaring die zowel mondeling als schriftelijk is overgebracht bij de stemming.
Uw Kamer is eerder geïnformeerd (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1250) dat de stem van individuele lidstaten, conform comitologie-procedure1, vertrouwelijk is en het aan de lidstaten zelf is om transparant te zijn over hun
eigen inzet en stemgedrag tijdens vergaderingen.
De uitkomst van de stemming is:
-
• Dat 18 lidstaten hebben ingestemd met het voorstel van de EC. Dit komt overeen met
55% van de Europese bevolking.
-
• Dat 3 lidstaten tegen het voorstel van de EC hebben gestemd. Dit komt overeen met
3% van de Europese bevolking.
-
• Dat 6 lidstaten hebben zich onthouden van stemming. Dit komt overeen met 42% van de
Europese bevolking.
Om een gekwalificeerde meerderheid te bereiken zijn minimaal 15 lidstaten nodig die
minimaal 65% van de Europese bevolking vertegenwoordigen. Dit betekent dat geen gekwalificeerde
meerderheid vóór of tegen het voorstel is bereikt. De EC zal het voorstel nu opnieuw
ter stemming brengen tijdens een beroepscomité van de lidstaten met de EC. Mocht ook
hier geen gekwalificeerde meerderheid van lidstaten voor het voorstel zijn, dan is
de EC gemachtigd om een eigenstandige beslissing te nemen, conform comitologie-procedures.
Graag reageer ik middels deze brief ook op de door uw Kamer aangenomen (Handelingen
II 2023/24, nr. 12, Stemmingen) motie van het lid Tjeerd de Groot c.s. (Kamerstuk 27 858, nr. 621) met het herhaalde verzoek om tegen de verlenging van de goedkeuring van glyfosaat
te stemmen. Ik wil benadrukken dat het feit dat de Kamer in de motie van de leden
Vestering en Bromet (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1570) heeft opgeroepen om tegen verlenging te stemmen, door het kabinet zwaar is meegewogen
in het kabinetsbesluit om zich te onthouden bij de stemmingen, waarover uw Kamer per
brief dinsdag jl., 10 oktober, is geïnformeerd. Voorts tracht ik aan de wens achter
de moties van de leden Vestering en Bromet en Tjeerd de Groot c.s. tegemoet te komen
door mijn beleid om het gebruik van glyfosaat zoveel als mogelijk te beperken, te
intensiveren, zoals ik uiteen heb gezet in mijn brief van 10 oktober jl.
Ik begrijp dat ik hiermee de teleurstelling bij een deel van de Kamer niet zal wegnemen.
Desalniettemin hoop ik de aankomende periode samen met de Kamer op te trekken in de
belangrijke opgave die we hebben om het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen dat
niet strikt noodzakelijk is, zoveel als mogelijk te gaan beperken.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
P. Adema