27 858 Gewasbeschermingsbeleid

Nr. 591 MOTIE VAN HET LID BROMET C.S.

Voorgesteld 9 november 2022

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de doelen uit de Kaderrichtlijn Water niet gehaald worden door onder andere te veel bestrijdingsmiddelen in het oppervlaktewater;

overwegende dat drinkwaterbedrijven steeds meer problemen hebben met het verwijderen van resten bestrijdingsmiddelen uit het drinkwater en hier hoge kosten voor moeten maken, waar de consument nu voor moet betalen;

overwegende dat in het Uitvoeringsprogramma Toekomstvisie gewasbescherming 2030 is gesteld dat wordt toegewerkt naar weerbare plant- en teeltsystemen, waarbij alleen als laatste redmiddel bestrijdingsmiddelen worden ingezet, waarbij zo veel mogelijk naar groene alternatieven en laagrisicomiddelen wordt overgegaan;

overwegende dat in Denemarken is gebleken dat door een heffing op de hoogrisicobestrijdingsmiddelen het gebruik is gedaald;

verzoekt de regering een onderzoek in te stellen naar de mogelijkheden van het beprijzen van de milieuschade van de hoogrisicobestrijdingsmiddelen, waarbij de ervaringen uit andere landen die dit hebben ingevoerd worden meegenomen en waarbij de terugsluis naar stimulering van natuurvriendelijke methoden van gewasbescherming kan worden ingezet,

en gaat over tot de orde van de dag.

Bromet

Thijssen

Vestering

Naar boven