27 830 Materieelprojecten

Nr. 114 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 september 2013

Tijdens het algemeen overleg materieel van 12 september jl. heb ik toegezegd u te informeren over de afspraken met partnerlanden om een tekort aan ESSM Block I-raketten te kunnen opvangen. Met deze brief doe ik deze toezegging gestand.

Met mijn brief van 17 juni 2013 (Kamerstuk 27 830 nr. 110) heb ik de Kamer gemeld dat bij de voorziene, reguliere inzet de minimumvoorraad van de ESSM Block I-raketten in 2018 zal worden bereikt. Omdat volgens planning in 2020 de eerste ESSM Block II-raketten in gebruik zullen worden genomen, zou vanaf 2018 een tekort ontstaan. Om dit te voorkomen, wordt het beproevings- en trainingsprogramma versoberd. Zo wordt pas in 2020 de minimumvoorraad bereikt.

Tot op heden heeft Nederland het zelfverdedigingswapen ESSM nog niet hoeven inzetten. In het geval dat ESSM Block I-raketten tijdens operationele inzet moeten worden verbruikt, zal de minimumvoorraad raketten eerder worden bereikt dan voorzien. In mijn brief van 17 juni 2013 heb ik u gemeld dat bijbestellen van de Block I-raketten bij de fabrikant niet meer mogelijk is. In plaats daarvan zou Defensie een beroep moeten doen op partnerlanden die over vergelijkbare ESSM Block I-raketten beschikken. Het aantal partnerlanden met dezelfde configuratie ESSM Block I-raketten is beperkt tot Denemarken en Duitsland. Nederland heeft met Denemarken en Duitsland vooralsnog geen afspraken gemaakt over de overname van raketten. Denemarken gaat net als Nederland meedoen aan de ontwikkeling van de ESSM Block 2 en waarschijnlijk zal ook Duitsland in 2015 daartoe overgaan. Er zijn geen aanwijzingen dat deze landen vóór 2020 ESSM Block 1-raketten willen afstoten.

Gelet op het feit dat Nederland nooit een ESSM onder operationele omstandigheden heeft hoeven inzetten, acht ik het niet nodig om met Denemarken en Duitsland afspraken te maken over de eventuele overname van ESSM Block I-raketten. Wel zal er, zodra een Nederlands tekort dreigt, contact worden gelegd met Denemarken en Duitsland.

Als Defensie in voorkomend geval geen raketten van (een van) beide partnerlanden kan overnemen, zal dit resulteren in een verminderde inzetbaarheid van de LC-fregatten. De kans hierop is echter minimaal maar mocht deze situatie zich voordoen, zal ik de Kamer hierover tijdig informeren.

De Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert

Naar boven