27 686
Wijziging van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen en enige andere wetten in verband met de invoering van een zelfstandigheidsverklaring en de uitsluiting van de Nationale ombudsman en de substituut-ombudsmannen van de verzekering voor de werknemersverzekeringen

nr. 19
NADER GEWIJZIGD SUBAMENDEMENT VAN HET LID HINDRIKS C.S. TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 14

Ontvangen 4 oktober 2001

De ondergetekenden stellen het volgende subamendement voor:

Het amendement Stroeken (stuk nr. 18) wordt als volgt gewijzigd:

Aan het amendement wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

III

Na artikel IV wordt een artikel ingevoegd, luidende:

ARTIKEL IV0. WIJZIGING VAN DE WET INKOMSTENBELASTING 2001

Aan artikel 3.156 wordt een lid toegevoegd, luidende:

6. De inspecteur geeft de beschikking, bedoeld in het eerste lid, binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag. Indien de beschikking niet binnen acht weken kan worden gegeven, wordt die termijn verlengd met ten hoogste vijf weken en stelt de inspecteur de aanvrager daarvan schriftelijk en gemotiveerd in kennis. Mede in afwijking van artikel 25 Algemene wet rijksbelastingen is de Algemene wet bestuursrecht onverkort van toepassing.

Toelichting

Alhoewel de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is, voorziet artikel 5a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen in een uitzondering op de beslissingstermijn. Artikel 5a bepaalt dat voorzover in de belastingwet niet anders is bepaald, de inspecteur een beschikking op aanvraag binnen een jaar na ontvangst neemt. In de praktijk wordt een beschikking in de zin van artikel 3.156 reeds binnen acht weken gegeven. Dit amendement formaliseert de praktijk en biedt de aanvrager een bezwaar- en beroepsmogelijkheid. In lijn met artikel 4:14 AWB dient het bestuursorgaan de beschikking binnen acht weken af te geven. Indien de beschikking niet binnen acht weken kan worden afgegeven, kan het bestuurorgaan de termijn met ten hoogste vijf weken verlengen. Op grond van artikel 6.2 van de Algemene wet bestuursrecht wordt voor de toepassing van de wettelijke voorschriften over bezwaar en beroep met een beschikking gelijkgesteld het niet tijdig nemen van de beschikking. Bij overschrijding van de termijn van acht weken respectievelijk – in geval van verlenging – de verlengde termijn staat de mogelijkheid open om bezwaar en beroep aan te tekenen tegen het niet tijdig nemen van de beschikking. De bezwaarschriften worden eveneens in overeenstemming met de Algemene wet bestuursrecht afgedaan. Dit betekent dat ook hier de beslistermijn van acht weken geldt.

Hindriks

Harrewijn

Stroeken

Wilders

Naar boven