27 659
Vereenvoudiging van het stelsel van overheidsbemoeienis met het aanbod van zorginstellingen (Wet toelating zorginstellingen)

nr. 39
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID VAN DER VLIES TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 22

Ontvangen 9 september 2004

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Artikel 2, eerste lid, komt te luiden:

1. Onze Minister maakt, gelet op de ontwikkelingen in de gezondheidszorg, ten minste eenmaal in de vier jaar zijn visie op een kwalitatief goed, doelmatig, evenwichtig en voor eenieder toegankelijk stelsel van gezondheidszorg bekend. In deze visie is tevens opgenomen hoe de bereikbaarheid van de acute zorg, daaronder begrepen de daaraan verbonden basiszorg, en van andere vormen van zorg ten aanzien waarvan aan de bereikbaarheid een bijzonder belang wordt gehecht, is gewaarborgd. Deze visie bevat tevens het financieel kader dat beschikbaar is voor de kosten voortvloeiend uit toelatingen die Onze Minister verleent op grond van artikel 6.

II

Artikel 3, tweede volzin, komt te luiden: Deze beleidsregels bevatten in ieder geval criteria omtrent de spreiding van de in artikel 2 bedoelde vormen van zorg ten aanzien waarvan aan de bereikbaarheid een bijzonder belang wordt gehecht.

Toelichting

Het is van groot belang dat burgers in hun naaste omgeving de beschikking hebben over een basisziekenhuis. Deze eis van bereikbaarheid geldt des te meer voor de acute zorg. De voorwaarden waaraan een dergelijk basisziekenhuis met acute zorg moet voldoen en de bereikbaarheid ervan moeten daarom worden vastgelegd in de visie van de minister op de gezondheidszorg. In deze visie dient te worden uitgegaan van de definiëring van basisziekenhuis en van acute zorg zoals weergegeven in het antwoord op vraag 62 van het verslag van een schriftelijk overleg, inclusief de voetnoten (Kamerstukken II, 2003–2004, 27 659, nr. 17, blz. 47.) Het betreft dus spoedeisende zorg, poortspecialismen en ondersteunende specialismen.

Omdat het parlement geen directe zeggenschap heeft over de beleidsregels op grond van artikel 3 en zich hierover toch dient uit te kunnen spreken, wordt deze eis opgenomen in artikel 2.

Van der Vlies

Naar boven