27 659
Vereenvoudiging van het stelsel van overheidsbemoeienis met het aanbod van zorginstellingen (Wet toelating zorginstellingen)

nr. 105
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 december 2008

Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op 17 december 2008.

De wens dat het in de maatregel geregelde onderwerp bij de wet wordt geregeld kan door of namens een van beide Kamers te kennen worden gegeven uiterlijk op 16 januari 2009.

Hierbij leg ik u een wijziging van het Uitvoeringsbesluit van de Wet toelating zorginstellingen (WTZi) voor.1

Artikel 65 van de WTZi bepaalt dat een krachtens deze wet vastgestelde algemene maatregel van bestuur aan de beide Kamers der Staten-Generaal wordt overlegd. De maatregel treedt in werking op een tijdstip dat wordt vastgesteld nadat dertig dagen na de overlegging zijn verstreken, tenzij binnen die termijn door of namens een der Kamers de wens te kennen wordt gegeven dat een in de maatregel geregeld onderwerp bij wet wordt bepaald.

Met deze wijziging van het Uitvoeringsbesluit WTZi vervalt het bouwregime in de «care» (psychiatrische ziekenhuizen en AWBZ-instellingen) per 1 januari 2009. Daarnaast bevat deze wijziging van het Uitvoeringsbesluit WTZI een aantal aanpassingen per 1 januari 2009 naar aanleiding van wijzigingen in het Besluit zorgaanspraken AWBZ en het overhevelen naar de gemeenten van de verantwoordelijkheid voor het geven van prenatale zorg.

Verder wordt met de wijziging van het Uitvoeringsbesluit WTZi duidelijker vastgelegd dat AWBZ-instellingen die extramurale zorg verlenen, geen winstoogmerk mogen hebben, indien zij daarnaast dezelfde soort zorg in combinatie met verblijf verlenen. Instellingen die beide vormen aanbieden, en de extramurale zorg wel met winstoogmerk willen uitvoeren, zullen die activiteiten in twee rechtspersonen moeten onderbrengen.

Voor de andere kleinere aanpassingen en een nadere toelichting zou ik u willen verwijzen naar de nota van toelichting1 bij het wijzigingsbesluit.

De staatssecretaris van Volksgezondheid Welzijn en Sport,

M. Bussemaker


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven