Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 mei 2015
Hierbij bied ik u, mede namens de Minister van Infrastructuur en Milieu, de resultaten
aan van twee onderzoeken met betrekking tot de voormalige munitiestortplaats in de
Oosterschelde1. Dit betreft onderzoeken die ik had toegezegd in de beantwoording van vragen van
12 december 2013 (Aanhangsel Handelingen II 2013/14, nrs. 895 en 896). Het betreft de maandelijkse metingen van de waterkwaliteit boven de munitiestortplaats
en een onderzoek naar de concentratie van zware metalen en energetische stoffen (van
munitie en explosieven) in mosselvlees.
Middels deze brief geef ik ook gevolg aan het verzoek van de vaste commissie voor
Economische Zaken om het laatstgenoemde rapport naar de Kamer te zenden met een kabinetsreactie
(ingezonden 30 april 2015).
Rapport waterkwaliteitsmetingen
De resultaten van de maandelijkse waterkwaliteitsmetingen die in opdracht van Rijkswaterstaat
boven de munitiestort zijn uitgevoerd, wijzen niet op problemen. De waterkwaliteit
voldoet ook hier aan de geldende normen voor zware metalen. De op deze locatie gemeten
concentraties aan zware metalen zijn vergelijkbaar met de uitkomsten van reguliere
en referentiemetingen elders in de Oosterschelde.
Rapport zware metalen en energetische stoffen in mosselvlees
In 2014 is door IMARES Wageningen UR in opdracht van Defensie onderzoek gedaan naar
energetische stoffen en zware metalen in schelpdiervlees bij de munitiestort in de
Oosterschelde. Op de stortplaats en op een referentielocatie zijn oesters verzameld.
Er is onderzocht of deze schelpdieren zware metalen en energetische stoffen bevatten,
die mogelijk zijn vrijgekomen uit de munitie die er na de Tweede Wereldoorlog is gestort.
Dit kan worden beschouwd als worstcasescenario voor mosselen die worden gekweekt op nabijgelegen percelen.
De meetresultaten laten geen negatieve invloed van de nabijheid van de munitiestort
zien. Hierdoor worden ook geen verhoogde concentraties zware metalen en energetische
stoffen verwacht in het mosselvlees op de nabijgelegen kweekpercelen. De concentraties
zware metalen en energetische stoffen zijn lager dan de risiconiveaus voor de ecologie
en voor humane voedselveiligheid.
Voortzetting reguliere metingen
Gelet op de uitkomsten van de onderzoeken acht ik specifiek vervolgonderzoek niet
nodig. Uiteraard worden de reguliere metingen die Rijkswaterstaat doet ten behoeve
van de waterkwaliteit, wel voortgezet.
De Minister van Defensie,
J.A. Hennis-Plasschaert