Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 september 2012
In deze brief ga ik in op de resultaten van onderzoek naar de mogelijkheden van aanvullende
zuivering van afvalwater uit zorginstellingen en van effluent van rioolwaterzuiveringsinstallaties.
De resultaten van dit onderzoek zijn toegezegd in de beantwoording van schriftelijke
vragen van het lid Sap (Groenlinks) (d.d. 25 maart 2010). Deze brief stuur ik mede
namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).
Resultaten onderzoek aanvullende zuivering van afvalwater
De resultaten van pilotprojecten op het gebied van end-of-pipe zuiveringstechnieken
bij zorginstellingen en rioolwaterzuiveringsinstallaties zijn voor het ministerie
van Infrastructuur en Milieu aanleiding geweest de vraag verder te onderzoeken waar
en op welke wijze in de afvalwaterketen zuivering van afvalwater het meest effectief
kan plaatsvinden, met als doel de belasting van het oppervlaktewater door humane geneesmiddelen
te verlagen. Het volledige eindrapport van het onderzoek naar de verwijdering van
geneesmiddelen uit afvalwater is opgenomen in bijlage 1*). Daarin zijn ook de schriftelijke
reacties opgenomen van de betrokken partijen, zoals ziekenhuizen en zorginstellingen,
producenten van geneesmiddelen, de drinkwatersector en waterbeheerders. Deze partijen
hebben samen met vertegenwoordigers van onderzoeksinstellingen, toelatingsinstanties
en de betrokken departementen dit onderzoek begeleid.
Het onderzoek behandelt vier mogelijke strategieën waarmee de reductie van geneesmiddelen
uit afvalwater benaderd kan worden. Een eerste strategie, de zogenaamde vrachtbenadering,
gaat uit van de reductie van vrachten humane geneesmiddelen naar het oppervlaktewater
door het toepassen van een extra zuiveringsstap op zoveel mogelijk rioolwaterzuiveringsinstallaties.
Het principe hierbij is het voorkómen dat humane geneesmiddelen in het milieu terechtkomen.
Een tweede strategie, de zogenaamde concentratiebenadering, gaat uit van de verlaging
van concentraties aan geneesmiddelen in oppervlaktewater door het toepassen van een
extra zuiveringsstap op alleen die rioolwaterzuiveringsinstallaties die lozen op oppervlaktewater
van beperkte omvang. Het principe hierbij is dat hoe hoger de concentraties humane
geneesmiddelen in het ontvangende oppervlaktewater, des te meer het watermilieu daarvan
nadelige effecten zal ondervinden. Een derde strategie heeft betrekking op de verwijdering
van geneesmiddelen uit urine bij instellingen en woonwijken in de toekomst. De vierde
strategie is gericht op de verwijdering van geneesmiddelen uit het afvalwater bij
ziekenhuizen. Voor iedere strategie is onderzocht wat dit betekent voor de belasting
van het oppervlaktewater met humane geneesmiddelen, wat de kosten zijn, wat de realisatietermijn
is, en tot slot wat de eventuele positieve of negatieve neveneffecten zijn.
De koepelorganisaties van waterschappen en drinkwaterbedrijven treden met mij in overleg
om te komen tot afspraken, zoals bedoeld in deze brief. De hierboven genoemde strategieën
zullen in het overleg worden betrokken.
Uw Kamer zal periodiek over de vorderingen van dit overleg worden geïnformeerd.
De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,
J. J. Atsma
*) Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer