De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat Nederland de veiligste delta ter wereld is en we dit ook in de toekomst
willen blijven, maar dat de grondslag voor het huidige waterveiligheidsbeleid meer
dan een halve eeuw oud is;
overwegende dat het, in navolging van motie-Lucas/Van Veldhoven (33000-II, nr. 66), wenselijk is dat de Kamer vroegtijdig en richtinggevend betrokken is bij de actualisering
van het Nederlandse waterveiligheidsbeleid;
spreekt zich uit voor een herijking van het waterveiligheidsbeleid op basis van een
risicobenadering, gebaseerd op zowel overstromingskans als gevolg;
benadrukt dat preventie meestal de meest kosteneffectieve oplossing is om risico's
te beperken, maar dat per regio bekeken dient te worden welke rol meerlaagse veiligheid
kan spelen;
benadrukt eveneens dat alle overheden – ieder vanuit de eigen bevoegdheden – gezamenlijk
verantwoordelijk zijn voor de waterveiligheid;
verzoekt de regering, in 2014 te komen met een voorstel voor nieuwe normen, uitgaande
van:
-
– het voorkomen van achteruitgang van het huidige waterveiligheidsniveau;
-
– de nieuwste technische inzichten;
-
– een basisveiligheidsniveau slachtofferrisico van 10–5 als oriëntatiewaarde voor heel
Nederland;
-
– een maatschappelijke kosten-batenanalyse (uitgaand van het tweede referentiescenario)
om te bepalen waar een extra impuls gerechtvaardigd is;
verzoekt de regering tevens, het nHWBP op basis van deze nieuwe systematiek vorm te
geven;
verzoekt de regering voorts, de komende jaren een pilot uit te voeren om ervaring
op te doen met deze nieuwe systematiek;
verzoekt de regering ten slotte, de Kamer in het jaarlijkse Deltaprogramma te informeren
over de uitwerking van de actualisering van het waterveiligheidsbeleid,
en gaat over tot de orde van de dag.