27 622
Mond- en Klauwzeer

nr. 104
MOTIE VAN HET LID ATSMA C.S.

Voorgesteld 24 april 2002

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat het ruimen van dieren na enting bij een dierziekte-uitbraak niet strikt noodzakelijk is voor het bestrijden van de dierziekte;

overwegende, dat bij het in leven laten van de geënte dieren dit consequenties heeft voor de handel, verwerking en export van producten van de bedoelde dieren;

overwegende, dat er mogelijkheden zijn om de geënte dieren en daarvan afkomstig zuivel en vlees voor de regionale en/of binnenlandse markt te bestemmen;

verzoekt de regering:

– te bevorderen dat het bedrijfsleven op korte termijn een plan van aanpak maakt voor het verwerken en vermarkten van bedoelde producten zodat het onnodig ruimen van dieren wordt voorkomen;

– en de Kamer op korte termijn hierover te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Atsma

Van der Vlies

Stellingwerf

Naar boven