27 581 Grondbeleid

Nr. 44 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 december 2012

Op 21 november 2012 ontving ik van uw commissie voor Infrastructuur en Milieu het verzoek om te reageren op het rapport «Ondernemend Bestuur» van de commissie operatie Schoon Schip aan de provincie Noord-Holland en om, mede in relatie tot de gang van zaken bij bestemmingswijzigingen van omvangrijke gebieden elders in het land (bijvoorbeeld Blauwe Stad) aan te geven welke lessen er uit dat rapport kunnen worden getrokken ten aanzien van het omgaan met grote financiële belangen die met bestemmingswijzigingen gepaard kunnen gaan.

Zoals uw commissie in haar verzoek aangeeft, is in opdracht van het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland de bestuurscultuur binnen de provincie Noord-Holland onderzocht. Het trekken van lessen uit de bevindingen van de onderzoekscommissie is dan ook aan de Gedeputeerde en Provinciale Staten van de provincie Noord-Holland.

Bij veel gebiedsontwikkelingen spelen risico’s en financiële belangen, waarbij zorgvuldigheid geboden is. In oktober bood ik u nieuwe informatie aan over de te verwachten verliezen op ruimtelijke plannen (Kamerstuk 27 581, nr. 43). Daarbij berichtte ik u over maatregelen die gemeenten hebben genomen om de verwachte verliezen te beperken. Daarnaast heeft mijn ambtgenoot van Binnenlandse Zaken maatregelen genomen om nieuwe problemen te voorkomen. In februari van dit jaar heeft de Commissie Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) een herziening uitgebracht van de Notitie Grondexploitatie. Deze notitie bevat aangescherpte voorschriften voor de jaarlijkse rapportage aan Staten en raden met betrekking tot grondexploitaties. Dit moet de leden van Provinciale Staten en gemeenteraden in staat stellen hun controlerende taken beter te vervullen. Om de leden van

raden en staten wegwijs te maken in de ingewikkelde materie van het grondbeleid zal in de loop van 2013 een herziening verschijnen van de Handreiking Grondbeleid voor Raadsleden. Deze zal tevens dienen als voorlichtingsmateriaal voor de nieuwe raadsleden die na de verkiezingen in 2014 hun entree zullen maken.

De minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

Naar boven