27 581
Grondbeleid

nr. 22
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 juli 2005

Wanneer overheden bij grondtransacties ondernemingen een voordeel verstrekken, kan dit staatssteun vormen in de zin van het EG-Verdrag. Burgers en belangengroepen beklagen zich in toenemende mate bij de Europese Commissie over staatssteun bij grondtransacties, bijvoorbeeld door te lage verkoopprijzen voor bouwgrond en watergebied. Ook de Nederlandse en de Europese rechter hebben zich al gebogen over staatssteunvraagstukken bij grondtransacties.

In de Vierde Voortgangsbrief Grondbeleid van 25 november 2004 (27 581, nr. 20) heb ik u geïnformeerd over grondbeleid in relatie tot de uitvoering van de Nota Ruimte. In deze brief is een passage opgenomen over staatssteun en grondtransacties. Daarin is aangekondigd, dat het kabinet werkt aan een advies met betrekking tot de uitwerking van de staatssteunregels in relatie tot grondtransacties. Aan u is toegezegd u hierover in 2005 te informeren. Het is steeds de intentie geweest om dit advies vooral bruikbaar te maken voor degenen die in de praktijk het grondbeleid realiseren.

Bijgaand bied ik u de Handreiking grondtransacties en staatssteun aan1.

Bijgaande handreiking wil signaleren op welke wijze rekening gehouden kan worden met staatssteunaspecten bij grondtransacties. De handreiking is opgesteld voor bestuurders, beleidsmedewerkers en juristen werkzaam bij de rijksoverheid en medeoverheden, met name bij gemeentelijke grondafdelingen/grondbedrijven. Ook voor accountants kan deze Handreiking grondtransacties en staatssteun behulpzaam zijn in verband met het toezicht op collegebesluiten over grondtransacties. Dit laat onverlet de autonomie en verantwoordelijkheid die, naast de Staat, iedere gemeente en provincie heeft voor de wijze waarop – binnen de Europese regels – invulling aan het grondbeleid wordt gegeven.

De handreiking geeft stapsgewijs aan op welke wijze in overeenstemming met de Europese regels (met name de «Mededeling betreffende staatssteunelementen bij de verkoop van grond en gebouwen door openbare instanties») en de daarop gebaseerde beschikkingenpraktijk van de Commissie kan worden gehandeld en wat de gevolgen zijn van bepaalde keuzes per stap. Iedere stap wordt ingeleid met een vraag, gevolgd door een toelichting met verwijzing naar achtergrondinformatie in het Europese kader, dat integraal onderdeel uitmaakt van de handreiking, en tenslotte met een antwoord en verwijzing naar de vervolgstappen. Tevens worden suggesties gedaan om op een adequate wijze aan de voorwaarden van de Commissie te voldoen. Deze suggesties zijn echter geen voorschriften: provincies en gemeenten kunnen hier als verantwoordelijke overheid een eigen invulling aan geven.

De handreiking wordt gelijktijdig met het informeren van uw Kamer door mijn ambtgenoot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en mij per brief aan alle provincies en gemeenten aangeboden met de aanbeveling hiervan gebruik te maken bij de invulling van hun grondbeleid. Bijgaand treft u een afschrift van die brief aan. Wij willen deze medeoverheden graag behulpzaam zijn met informatie over grondtransacties en staatssteun, gezien de verantwoordelijkheid van het ministerie van VROM voor het grondbeleid en de verantwoordelijkheid van het ministerie van BZK voor de coördinatie van staatssteunmeldingen van provincies en gemeenten. Andere medeoverheden zullen via het desbetreffende ministerie worden geïnformeerd.

Daarnaast ben ik, als uitvloeisel van het onderzoek naar grondtransacties en staatssteun door de voor dit onderwerp ingestelde interdepartementale werkgroep, van plan om het Kompas bij ontwikkelingslocaties (2001) aan te passen. De aanpassing omvat het volgende: in het Kompas bij ontwikkelingslocaties zal worden aanbevolen de selectieprocedure, zoals nader uitgewerkt in het beleid van de Europese Commissie, te hanteren en voor zover andere selectieprocedures worden gehanteerd worden gewezen op het vereiste van een voorafgaande taxatie. Tevens zal nader worden onderzocht hoe selectieprocedures kunnen worden ontwikkeld en aangepast die passen binnen het beleid van de Europese Commissie.

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

S. M. Dekker


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven