27 575
Café-brand in Volendam

nr. 20
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 februari 2007

Hierbij doe ik u een exemplaar toekomen van het boek «Support in Volendam, de kracht van de gemeenschap na een ramp».1

Het boek «Support in Volendam, de kracht van de gemeenschap na een ramp» betreft een onderzoek naar de support en mantelzorg binnen de gemeenschap Volendam na de cafébrand nieuwjaarsnacht 2000. Dit rapport beschrijft de aanpak van de Volendamse gemeenschap die ook van belang kan zijn voor de aanpak van opvang bij toekomstige rampen. Het boek laat eveneens de toegevoegde waarde zien als professionele zorg is afgestemd met informele zorg binnen de lokale (Volendamse) gemeenschap.

De ervaringen in Enschede, gevoegd bij de ervaringen in Volendam, hebben geleid tot een Handreiking Informatie en Adviescentrum (IAC), waarvoor de verantwoording is gelegd bij de Vereniging voor Nederlandse Gemeenten in Den Haag. Die handreiking is nu éénmaal herzien. Het is niet ondenkbeeldig dat dit recente rapport leidt tot een nieuwe herziening van de handreiking IAC. Immers, iedereen moet willen en kunnen leren van het verleden om het bij een onverhoopte zeer grote crisis/ramp in de toekomst nog beter te doen.

De integrale psychosociale aanpak heeft in Volendam vergeleken met Enschede een heel andere gestalte gekregen. Het is moeilijk te meten welke aanpak het meeste succes heeft gehad. Het gaat om verschillende situaties en ook om een verschillend soort gemeenschap.

In Volendam waren het leken, die gecoacht door professionals, support verleenden. De begeleiding van de supporters droeg eraan bij dat zij die professionele hulp nodig hadden, ook daadwerkelijk deze hulp kregen. Aangezien de registratie van de verrichtingen niet zo optimaal verliep als wenselijk was, heeft de getalsmatige onderbouwing van een en ander niet die gestalte gekregen die is beoogd. Er is daardoor tot nu toe weinig inzicht hoe in Volendam primaire en secundaire verwijzing voor psychosociale problematiek in de richting van de GGZ-instanties en particuliere hulpverlening vorm heeft gekregen.

Het moge duidelijk zijn dat de aanpak van nazorg na rampen niet standaard is. Tot zekere hoogte moet maatwerk geleverd worden om de toegeleiding naar de juiste zorg te organiseren. Wel zijn dergelijke ervaringen belangrijke bouwstenen voor optreden bij onverhoopt nieuwe rampen.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J. F. Hoogervorst


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven