27 575
Café-brand in Volendam

nr. 19
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 februari 2005

Hierbij zend ik u het rapport «Gezondheidsproblemen en zorggebruik in Volendam, voor en na de Nieuwjaarsbrand»1. Het betreft een tussenrapportage over een door het ministerie geëntameerd onderzoek naar de gevolgen van de brand voor de gezondheid van de getroffen Volendammers, zoals door het NIVEL wordt uitgevoerd.

Het algemene beeld vier jaren na de ramp is dat het met de jongeren die bij de brand aanwezig waren een heel stuk beter gaat. Dit beeld geldt voor de hele groep, met en zonder brandwonden. Hierbij mag niet vergeten worden dat tientallen jongeren ernstige handicaps hebben voor de rest van hun leven. De conclusies die voor de gehele groep getrokken zijn gelden niet automatisch voor ieder individu.

Dit langjarige onderzoek, onder met name de bij de brand aanwezige jongeren en hun gezinsleden, vloeit voort uit het beleid van het ministerie om in de nazorg van een ramp een combinatie na te streven van een informatie- en adviescentrum voor alle vragen en problemen, een gecoördineerde psychosociale zorg en wetenschappelijk onderzoek.

In Volendam is daarbij gekozen voor onderzoek dat gebruik maakt van bestaande registratiesystemen, in dit geval bij huisartspraktijken en apotheken. Dit type onderzoek is niet belastend voor de getroffen bevolking en biedt goede informatie over de resultaten van het ingezette beleid.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J. F. Hoogervorst


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven