27 565
Alcoholbeleid

nr. 99
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 november 2009

In antwoord op de vragen van de kamerleden Joldersma en Sterk over de gevolgen van comazuipen op latere leeftijd (2009Z08984) heb ik toegezegd u het nieuwe literatuuronderzoek van de Wereldgezondheidsorganisatie over effectiviteit van maatregelen tegen schadelijk alcoholgebruik te zenden. Met deze brief geef ik daar, mede namens de minister voor Jeugd en Gezin, gevolg aan.

De resultaten van deze nieuwe literatuurstudie, getiteld «Evidence for the effectiveness and cost-effectiveness of interventions to reduce alcohol-related harm»,1 zijn interessant en in lijn met eerder onderzoek, zoals het in de Hoofdlijnenbrief alcoholbeleid (27 565, nr. 35) aangehaalde«Alcohol, no ordinary commodity» van Th. Babor e.a.

Zo blijken ook in dit nieuwe literatuuronderzoek onder meer de volgende maatregelen effectief: regulering van de alcoholdistributie – in ons land neergelegd in de Drank- en Horecawet –, vroegsignalering van alcoholproblematiek en regelgeving gericht op rijden onder invloed.

Gezien het feit dat bovenstaande beleidsmaatregelen reeds deel uitmaken/onderdeel zijn van het Nederlandse alcoholbeleid, geeft deze nieuwe literatuurstudie geen aanleiding om onze alcoholbeleidsvoornemens aan te passen.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven