27 552
Regels voor het heffen van mobiliteitstarieven ter zake van het rijden op de weg met een motorrijtuig en de ondersteuning van regionale mobiliteitsfondsen (Wet bereikbaarheid en mobiliteit)

nr. 10
AMENDEMENT VAN HET LID HOFSTRA

Ontvangen 12 maart 2002

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

I

Aan het eerste lid wordt een volzin toegevoegd, luidende: Een aanwijzing als bedoeld in de eerste volzin heeft niet plaats indien te verwachten is dat de kosten van invordering van het desbetreffende mobiliteitstarief meer dan een derde deel van de opbrengst zullen bedragen.

II

In het tweede lid, onderdeel a, wordt «, of» vervangen door een puntkomma.

Ingevoegd wordt een nieuw onderdeel, luidende:

b. te verwachten is dat de kosten van invordering van het desbetreffende mobiliteitstarief meer dan een derde deel van de opbrengst zullen bedragen, of.

Toelichting

De uitvoeringskosten mogen niet te hoog zijn ten opzichte van de opbrengsten. Daartoe bevat dit amendement de bepaling dat geen aanwijzing plaats heeft door Onze Minister indien de kosten van invordering naar verwachting meer bedragen dan een derde deel van de opbrengst. Bij de decentrale overheid wordt goedkeuring aan de aanwijzing onthouden indien te verwachten is dat de kosten van invordering meer dan een derde deel van de opbrengst zullen bedragen.

Hofstra

Naar boven