nr. 89
BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 juni 2004
Op de procedurevergadering van 19 mei en de extra procedurevergadering
van 25 mei van de vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat heeft u
gevraagd naar de voortgang en planning van de totstandkoming van de vervoer-
en beheerconcessie spoor. In aanvulling op mijn eerdere brief van 31 maart
2004 (kamerstuk 27 482/27 216 nr. 86) inzake de vervoer- en beheerconcessie
NS en Prorail kan ik u hierover als volgt informeren.
De beide concessies heb ik op 30 maart 2004 voorgelegd aan de partijen
die wettelijk adviesrecht hebben, waaronder consumentenorganisaties, lagere
overheden, vervoerders en de infrastructuurbeheerder. Op 13 mei 2004
is het advies van de Overlegorganen Verkeer en Waterstaat ontvangen; op 19 mei
2004 het advies van het Locov. Op dit moment worden deze beoordeeld en, waar
mogelijk, verwerkt in de concessies.
Om de concessies vóór de zomer te kunnen verzenden naar
de Eerste Kamer en de Tweede Kamer is behandeling van de concessies in de
REA van 15 juni noodzakelijk. Onder voorbehoud van een voorspoedig verloop
van de behandeling van de concessies in de onderraad, zal de Ministerraad
hierover eind juni een besluit kunnen nemen.
Op grond van artikel 18, lid 4 van de nieuwe Spoorwegwet en artikel 69a
van de Wet personenvervoer 2000 worden de beheer- en vervoerconcessie niet
eerder verleend dan vier weken nadat het ontwerp bij de Kamers is voorgehangen.
De daadwerkelijke verlening van de concessie is afhankelijk van de duur
van de behandeling in de Kamers. De nieuwe Spoorwegwet en de Concessiewet
kunnen in werking treden zodra de besluitvorming over de lagere regelgeving
en de concessies geheel is afgerond.
Door verzending aan de beide Kamers vóór het zomerreces
is inwerkingtreding van de spoorwetgeving en verlening van de concessies voor
1 januari 2005 mogelijk. Dit is van belang in verband met de jaarlijkse
indiening van de vervoer- en beheerplannen en de subsidiebeschikking van respectievelijk
NS en Prorail.
U heeft mij gevraagd wat de consequenties zijn van behandeling na het
zomerreces voor de dienstregeling 2005. De dienstregeling 2005 wordt getoetst
aan de vigerende afspraken. Deze zijn op dit moment vastgelegd in het Overgangscontract
II. Tot de inwerkingtreding van de Concessiewet en de verlening van de concessies,
wordt dan ook getoetst aan de eisen uit het OCII.
Daarnaast is het, gezien het EU-voorzitterschap, extra wenselijk om zo
spoedig mogelijk de Europese regelgeving te implementeren. Hiervoor is de
inwerkingtreding van de Spoorwegwet en de lagere regelgeving, alsmede de verlening
van de concessies van belang. De Europese Commissie heeft voor een negental
landen een ingebreke-stellingsprocedure gestart wegens het niet-tijdig implementeren.
Bovendien is inmiddels Nederland formeel door de Europese Commissie in gebreke
gesteld voor het niet tijdig implementeren van het eerste spoorpakket (richtlijnen
2001/12, 2001/13 en 2001/14).
De Minister van Verkeer en Waterstaat,
K. M. H. Peijs
De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,
M. H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus