27 482
Nieuwe algemene regels over de aanleg, het beheer, de toegankelijkheid en het gebruik van spoorwegen alsmede over het verkeer over spoorwegen (Spoorwegwet)

27 216
Aanvulling van de Wet personenvervoer 2000, strekkende tot invoering van een concessiestelsel voor het personenvervoer per trein (Concessiewet personenvervoer per trein)

nr. 73
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 november 2002

De motie Eurlings/Dijsselbloem (kamerstuk 27 482, 27 216, nr. 52) is op 23 april 2002 aangenomen en verzoekt de regering te bewerkstelligen dat in de Raad van Commissarissen van de Nederlandse Spoorwegen tenminste één commissaris wordt benoemd op voordracht van de reizigersorganisaties.

Volgens de thans geldende wet en statuten benoemt de oude Raad van Commissarissen de nieuwe Raad van Commissarissen middels coöptatie. Als aandeelhouder mag ik een voorstel voor de voordracht van een kandidaat doen. In juni 2002 is in een gesprek met de president-commissaris de heer Meijer aandacht gevraagd voor het benoemen van een commissaris met speciale aandacht voor de reizigersbelangen.

De heer Meijer heeft bij de benoeming van de nieuwe Raad van Commissarissen aangegeven voortaan met zijn Raad periodiek formeel overleg te willen voeren met de reizigersorganisaties. Drie commissarissen hebben de consumentenbelangen als expliciet aandachtsgebied gekregen. Op deze manier verzekert de Raad van Commissarissen zich van de inbreng van de belangen van de reizigers.

Onder de thans geldende wet en statuten is op deze wijze uitvoering gegeven aan de motie.

Onder het nieuwe structuurregime in het kader van het staatsdeelnemingenbeleid krijgen aandeelhouder (en ondernemingsraad) aanbevelingsrecht, maar ook dan geldt dat degene die aanbevolen wordt niet automatisch benoemd wordt. Daarnaast blijft het zo dat een commissaris het belang van het bedrijf opereert zonder last of ruggespraak. De wijziging van het Burgerlijk Wetboek inzake het staatsdeelnemingbeleid ligt ter behandeling in het parlement en valt onder de verantwoordelijkheid van de Minister van Financiën.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

R. H. de Boer

Naar boven