27 466
Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001, de Invoeringswet Wet inkomstenbelasting 2001 en enige andere belastingwetten c.a. (Veegwet Wet inkomstenbelasting 2001)

nr. 20
AMENDEMENT VAN DE LEDEN VENDRIK EN REITSMA

Ontvangen 22 november 2000

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

Artikel I wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel BK, tweede volzin komt te luiden: Voorts worden de onderdelen h en i verletterd tot onderdeel j respectievelijk onderdeel k en wordt na onderdeel g ingevoegd:

h. de jonggehandicaptenkorting (artikel 8.16a);

i. de anders-actievenkorting (artikel 8.16b);.

2. Onderdeel BQ wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt «wordt een nieuw artikel ingevoegd» vervangen door: worden twee nieuwe artikelen ingevoegd.

2. Na artikel 8.16a wordt ingevoegd:

Artikel 8.16b Anders-actievenkorting

1. De anders-actievenkorting geldt voor de belastingplichtige die:

a. een uitkering geniet volgens de Algemene bijstandswet en voor wie in het kalenderjaar gedurende meer dan zes maanden niet de verplichting geldt van artikel 113, eerste lid, onderdeel a, van die wet;

b. een uitkering geniet volgens de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers en voor wie in het kalenderjaar gedurende meer dan zes maanden niet de verplichting geldt van artikel 113, eerste lid, onderdeel a, van die wet;

c. een uitkering geniet volgens de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen en voor wie in het kalenderjaar gedurende meer dan zes maanden niet de verplichting geldt van artikel 113, eerste lid, onderdeel a, van die wet;

d. de belastingplichtige die voldoet aan aan bij ministeriële regeling te stellen voorwaarden.

2. De anders-actievenkorting bedraagt € 454 (f 1000), verminderd met het bedrag van de arbeidskorting.

3. Onderdeel BS komt te luiden:

1. Aan artikel 9.3, tweede lid, wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel f door een puntkomma, toegevoegd:

g. de anders-actievenaftrek.

2. In het vierde lid wordt «eerste lid, onderdeel f» vervangen door: eerste lid, onderdeel g.

4. Onderdeel BT, derde lid, komt te luiden:

3. Na «8.16», wordt ingevoegd: 8.16a, 8.16b,.

II

Na artikel VIII wordt ingevoegd:

ARTIKEL VIIIA

In artikel 43, tweede lid, onderdeel c, van de Algemene bijstandswet wordt «en de aanvullende kinderkorting» vervangen door: , de aanvullende kinderkorting en de anders-actievenkorting.

Toelichting

Met dit amendement wordt een anders-actievenkorting van f 1000 geïntroduceerd voor mensen die ver van de arbeidsmarkt afstaan. Dit zijn in de eerste plaats de personen in de bijstand en de IOAW en de IOAZ die zijn vrijgesteld van de sollicitatieplicht: personen van 57,5 jaar en ouder en alleenstaande ouders met kinderen jonger dan 5 jaar. Daarnaast is de korting bedoeld voor de zo genoemde fase 4 cliënten en daarmee vergelijkbare gevallen. Fase 4 cliënten zijn werkzoekenden die door zware persoonlijke werkbelemmeringen zijn aangewezen op hulp en zorg die gericht is op een zodanige verbetering van de eigen positie dat eerst op termijn arbeidsmarktinstrumenten inzetbaar zijn, gericht op de verbetering van de kans op werk. Deze categorieën worden bij ministeriële regeling aangewezen. Om te voorkomen dat bij een gering bedrag aan arbeidsinkomsten de anders-actievenkorting geheel vervalt, wordt de anders-actievenkorting verminderd met het bedrag aan arbeidskorting (anticumulatie). De anders-actievenkorting wordt toegekend in de vorm van een voorlopige teruggaaf. Uitvoeringstechnisch is het niet mogelijk deze korting met ingang van 1 januari 2001 reeds uit te betalen. Met ingang van 1 juli 2001 zal uitbetaling wel mogelijk zijn en dan kunnen plaatsvinden met terugwerkende kracht tot 1 januari 2001.

Vendrik

Reitsma

Naar boven