27 400 VII
Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2001

nr. 53
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR GROTE STEDEN- EN INTEGRATIEBELEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 juli 2001

Tijdens de Regeling van Werkzaamheden op 26 juni jl. heeft lid Verburg (CDA) vragen gesteld over de problematiek in de wijk Kanaleneiland (Utrecht), gerelateerd aan de uitspraken van hoofdcommissaris Vogelzang. Lid mevrouw Verburg wil graag een analyse van de problemen en vraagt aan de minister voor GSI op welke wijze hij een bijdrage zal leveren aan de oplossingen. Mede namens de staatsecretarissen van VWS en Justitie treft u hieronder mijn antwoord aan.

Uit inlichtingen bij Burgemeester & Wethouders van Utrecht is gebleken dat met structureel extra gelden van de centrale overheid, in de afgelopen jaren door verschillende partners fors is geïnvesteerd in de aanpak van jeugdcriminaliteit. Ondanks allerlei verbeteringen alsmede de aanpassing van het jeugdstrafrecht blijkt de gekozen aanpak niet bij iedereen succesvol te zijn. De zorg spitst zich toe op een relatief kleine groep waarbij crimineel gedrag een belangrijk onderdeel is.

Overigens wijs ik u er op dat veiligheid, openbare orde en welzijnswerk de verantwoordelijkheden zijn van de lokale overheid. Gemeente Utrecht heeft duidelijk te kennen gegeven dat het welzijnswerk haar activiteiten met en voor de Marokkaanse jeugd niet heeft gestaakt.

Op 11 juli a.s. zal de staatssecretaris van Justitie mw. Kalsbeek een werkbezoek brengen aan de gemeente Utrecht. Dit bezoek vindt plaats n.a.v. de opmerkingen van hoofdcommissaris Vogelzang; zij zal zich dan van deze situatie persoonlijk op de hoogte stellen.

De Minister voor Grote Steden- en Integratiebeleid,

R. H. L. M. van Boxtel

Naar boven