27 181
Wijziging van de Wet op de rechterlijke organisatie, de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren en enkele andere wetten in verband met de modernisering van de organisatie en de instelling van een bestuur bij de gerechten (Wet organisatie en bestuur gerechten)

nr. 13
AMENDEMENT VAN HET LID VAN OVEN

Ontvangen 18 mei 2001

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel B, wordt in artikel 2.2.1.2, tweede lid, het woord «president» vervangen door: bestuursvoorzitter.

II

In artikel I, onderdeel B, wordt in artikel 2.2.1.4, derde lid, het woord «president» vervangen door: bestuursvoorzitter.

III

In artikel I, onderdeel B, wordt in artikel 2.2.1.9, tweede lid, het woord «president» vervangen door: bestuursvoorzitter.

IV

In artikel I, onderdeel B, wordt in artikel 2.2.2.5 het woord «president» vervangen door: bestuursvoorzitter.

V

In artikel I, onderdeel B, wordt in artikel 2.3.3.1, tweede lid, het woord «voorzieningenrechter» vervangen door: de president.

VI

In artikel I, onderdeel B, wordt in artikel 2.4.2.1, tweede lid, het woord «voorzieningenrechter» vervangen door: de president.

VII

In artikel II, onderdeel P, wordt artikel 46d, eerste lid, als volg gewijzigd:

A. Onderdeel a wordt vervangen door:

a. ten aanzien van de rechterlijke ambtenaren die werkzaam zijn bij een rechtbank en daarvan niet tevens bestuursvoorzitter zijn: door de rechterlijk ambtenaar die tevens bestuursvoorzitter van die rechtbank is;.

B. Onderdeel b wordt vervangen door:

b. ten aanzien van de rechterlijke ambtenaren die werkzaam zijn bij een gerechtshof en daarvan niet tevens bestuursvoorzitter zijn, alsmede de rechterlijke ambtenaren die tevens bestuursvoorzitter zijn van een rechtbank binnen het rechtsgebied van een gerechtshof: door de rechterlijk ambtenaar die tevens bestuursvoorzitter van dat gerechtshof is;.

C. Onderdeel c wordt vervangen door:

c. ten aanzien van de vice-presidenten van, de raadsheren in en de raadsheren in buitengewone dienst van de Hoge Raad, alsmede de rechterlijke ambtenaren die tevens bestuursvoorzitter zijn van een gerechtshof: door de president van de Hoge Raad;.

VIII

In artikel II, onderdeel P, wordt in artikel 46e, eerste lid, de zinsnede «president van het gerechtshof of de rechtbank» vervangen door: bestuursvoorzitter van het gerechtshof of de rechtbank.

IX

In artikel II, onderdeel P, wordt in artikel 46o, tweede lid, de zinsnede «tevens president» telkens vervangen door: tevens bestuursvoorzitter.

Toelichting

Met dit amendement wordt de titel van bestuursvoorzitter geïntroduceerd voor de voorzitter van het bestuur van een gerecht. In het voorliggende wetsvoorstel wordt als gevolg van de invoering van het integraal management bij de gerechten de titel van president enkel gereserveerd voor de voorzitter van het gerechtsbestuur, terwijl de titel van president in een rechtsprekende functie vervalt.

Gezien het bestaande prestige en de maatschappelijke bekendheid van de rechterlijke functie van president is handhaving van deze titel van belang. De voorzitter van het gerechtsbestuur – een nieuwe functie – kan zonder bezwaar als zodanig worden aangeduid. De rechter in kort geding, blijft dan president.

Van Oven