Kamerstuk
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum vergadering |
|---|---|---|---|---|
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2002-2003 | 27157 nr. 56 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum vergadering |
|---|---|---|---|---|
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2002-2003 | 27157 nr. 56 |
Vastgesteld 22 juli 2003
De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties1 heeft op 26 juni 2003 overleg gevoerd met minister Remkes van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over:
– de brief van de staatssecretaris van BZK d.d. 25 april 2003 inzake de financiële nasleep van de vuurwerkramp Enschede (26 956/27 157, nr. 15);
– de brief van de minister van BZK d.d. 6 mei 2003 met eindrapportage actiepunten Enschede/Volendam (27 157/27 575, nr. 55).
Van dit overleg brengt de commissie bijgaand beknopt verslag uit.
Vragen en opmerkingen uit de commissie
De heer De Wit (SP) merkt op dat de brief van de staatssecretaris (26 956/27 157, nr. 15), duidelijk is. Het lijkt hem dat hiermee tegemoet is gekomen aan de meeste wensen van de gemeente Enschede.
Het is hem ter ore gekomen dat een aantal mensen dat door de vuurwerkramp in Enschede in de WAO terecht is gekomen, niet is gekeurd of nog steeds op een beslissing en dus ook op een uitkering wacht. Verder zouden twee woningbouwcorporaties, Domijn in Enschede en De Woonplaats in Hengelo, nog € 700 000 van het Rijk vergoed moeten krijgen en zijn er nog enkele tientallen ondernemers die aangeven dat hun schadeclaims niet zijn behandeld of afgehandeld. Dat is drie jaar na dato een onaanvaardbare situatie. Kan de minister in deze gevallen de mogelijkheden en de stand van zaken aangeven?
Aan de bewoners van Enschede die door de ramp tijdelijk naar een duurdere woning moesten verhuizen, is een huurcompensatieregeling aangeboden. Deze regeling loopt 1 juli 2003 af, terwijl sommigen van hen nog niet naar hun nieuwe, goedkopere woning kunnen teruggaan. Het kan toch niet de bedoeling zijn dat deze mensen per 1 juli meer huur moeten betalen. Is het niet mogelijk om voor deze mensen de duur van de huurcompensatieregeling te verlengen?
De belangenvereniging van de slachtoffers van de vuurwerkramp wijst erop dat aan de slachtoffers geen immateriële schadevergoeding is toegekend. De heer De Wit pleit voor het oprichten van een soort nationaal schadefonds, waaruit ook immateriële schade kan worden vergoed. Het Asbestfonds kan daarbij als voorbeeld dienen. De overheid kan uit zo'n fonds een gefixeerd bedrag aan materiële en immateriële schade aan het slachtoffer betalen en dit bedrag vervolgens verhalen op mogelijk aansprakelijke (rechts)personen. Denkt de commissie-Borghouts ook aan de vergoeding van immateriële schade?
Het blijkt dat de Prevab-methode die de brandweer hanteert bij brandveiligheidsonderzoeken en bij de controle op de naleving van vergunningen verschillen vertoont met en oppervlakkiger is dan de gemeentelijke verordening. Daardoor worden alleen ruimtes gecontroleerd waar meer dan 50 personen bij elkaar kunnen komen. Is de minister hiervan op de hoogte en wil hij de Kamer van zijn bevindingen ter zake informeren?
Mevrouw Van Heteren (PvdA) sluit zich aan bij de opmerkingen van de heer De wit over de brief van de staatssecretaris (26 956/27 157, nr. 15) en de problemen die zich nog in Enschede voordoen. Aan de ondernemers in Enschede is door Economische Zaken een inventarisatie toegezegd van de nog te vergoeden schade. Wanneer is deze inventarisatie voltooid en kan de Kamer een kopie van het desbetreffende rapport ontvangen?
De lijst van afgeronde actiepunten (27 157, nr. 55 bijlage 2) meldt dat afspraken zijn gemaakt en verantwoordelijkheidslijnen zijn gelegd. Op papier lijkt de zaak daarmee afgerond, maar in de praktijk blijkt dat voor de implementatie van deze actiepunten ondersteuning nodig is. Dit geldt met name voor de gemeenten, die voor de uitvoering van het project Slagen voor veiligheid ondersteuning behoeven van de VNG. Kan de minister deze ondersteuning toezeggen? In de lijst met de nog uit te voeren actiepunten (27 156, nr. 55 bijlage 1) wordt aangegeven dat onder andere voor het transport van vuurwerk een voorstel wordt voorbereid voor een AMvB kwaliteitseisen externe veiligheid vervoer in afstemming met de AMvB externe veiligheid inrichtingen. Kan de minister dit actiepunt toelichten en de stand van zaken aangeven?
De heer Cornielje (VVD) vindt het enerzijds gênant dat met de gemeente Enschede zo lang is gebakkeleid over de financiële afwikkeling van de vuurwerkramp, maar beseft anderzijds dat het toerekenen van kosten aan gemeente, provincie en reguliere instellingen buitengewoon gecompliceerd is en niet helemaal tevoren kan worden bepaald. Hij is blij dat door de financiële afwikkeling van de rampen in Enschede en Volendam een punt achter de zaak kan worden gezet. Voor de slachtoffers zijn de gebeurtenissen in Enschede en Volendam natuurlijk nooit afgerond. Daarvoor kan geen oplossing worden aangereikt, maar nazorg en hulp kunnen wel waar mogelijk worden gegeven. Tussen BZK, VWS en VNG vindt overleg plaats over het beheer en de actualisering van de handreiking over nazorg. Het is van belang dat hierover op korte termijn duidelijkheid ontstaat, opdat deze handreiking ook aan andere gemeenten en instellingen kan worden gedaan. Wanneer kan het resultaat van dit overleg tegemoet worden gezien?
Het is goed als de nieuwe Onderzoeksraad voor de veiligheid per 1 januari van start kan gaan, zodat uit de rampen die hebben plaatsgevonden lessen kunnen worden getrokken en met respect voor eenieders verantwoordelijkheden een actieprogramma kan worden opgesteld.
In de brief van 6 mei 2003 meldt de minister dat het leeuwendeel van wat is toegezegd om in gang te zetten en te realiseren, is waargemaakt. De heer Cornielje neemt aan dat de overige afspraken ook zullen worden nagekomen en dat de Kamer hierover wordt geïnformeerd.
De heer Eerdmans (LPF) heeft met instemming kennisgenomen van de eindrapportage Enschede/Volendam (27 157/27 575, nr. 55). De systematiek die daarin wordt gehanteerd, spreekt hem zeer aan en hij kijkt dan ook met spanning uit naar het actieprogramma Bewust veiliger en de voortgangsrapportage Externe veiligheid.
Door de gebeurtenissen in Enschede en Volendam is duidelijk geworden dat het handhaven van regelgeving een van de belangrijkste prioriteiten van het lokaal bestuur moet zijn. Regelgeving en optreden kunnen niet los van elkaar worden gezien. De heer Eerdmans vindt het verontrustend dat een bestuurlijk handhavingstekort is gesignaleerd. Kan de minister hier nog op ingaan? Hoe staat het overigens met het uniforme toetsingskader van de provincies inzake gemeentelijke rampenplannen? Een uniforme toetsing door provincies lijkt hem gewenst.
Hij sluit zich aan bij de woorden van de heer Cornielje over de financiële afwikkeling. Afspraak is afspraak. Hij hoopt dat bij de uitvoering van het actieprogramma expliciet wordt gelet op het nakomen van de afspraken. Tot slot vraagt hij de minister nader in te gaan op de nazorg.
De heer Meijer (CDA) vraagt zich af of het wel verstandig is om nu al te spreken over een eindrapportage. Het is duidelijk dat een aantal zaken nog niet is ingevoerd of uitgevoerd. Wellicht moet de Kamer daar toch nog een keer op terugkomen. Hij is wel blij met het chronologisch overzicht, waardoor alle betrokkenen kennis kunnen nemen van aanbevelingen, toekomstperspectieven enz. Anders dan bij de Bijlmerramp is de nazorg bij de rampen in Enschede en Volendam vanaf het eerste moment in gang gezet. De Kamer is regelmatig op werkbezoek geweest en heeft direct contact onderhouden met de betrokkenen, wat voor een goede afsluiting van belang is. Deze betrokkenheid is een taak en een plicht van de overheid. Een eindafwikkeling met de overheid ter plaatse houdt echter nog niet in dat ook de financiële afwikkeling met alle slachtoffers is geregeld. Pas als dat achter de rug is – en daarvan is de heer Meijer nog niet overtuigd – kan een streep onder deze zaak worden getrokken. Voor mensen die menen dat hun onrecht is aangedaan, staat de weg naar de rechter open, maar de overheid moet zich ervan vergewist hebben dat in goed overleg en met objectieve criteria een schadeloosstelling of compensatie is vastgesteld.
Helaas heeft de overheid ook na de rampen nog weinig geleerd over het integraal handhaven van de veiligheidsaspecten. Er is nog steeds sprake van een verkokering. Overheidsdiensten opereren langs elkaar heen en daarover maakt de heer Meijer zich ernstig zorgen. Ondernemers in deze branche worden nog steeds geconfronteerd met verschillende meningen over de uitvoering van maatregelen. Als de overheid niet integraal kan denken en het niet voor elkaar krijgt om taken te delegeren naar één verantwoordelijke instantie, laat zij een kans liggen. De minister van BZK zou niet alleen de coördinatie op zich moeten nemen, maar ook de uiteindelijke verantwoordelijkheid, zodat vakministers zich niet achter elkaar kunnen verschuilen.
De minister toont zich verheugd over de brede instemming van de Kamer met eindrapportage en de financiële afwikkeling met de gemeente Enschede. Hij zegt de Kamer toe haar nog te informeren over de eindafwikkeling van de schadeclaims door de commissie-Van Lith-de Jeude.
Na de oproep van de commissies Oosting en Alders tot een omslag in het denken over veiligheidsbeleid is veel in gang gezet. Het veiligheidsbeleid heeft een prominentere plaats gekregen op de politieke agenda. De organisatie van de rijksoverheid en de lokale overheid is er meer en beter op ingericht en op een groot aantal onderdelen versterkt. De bestuurlijke aandacht en inspanning is duidelijk toegenomen en de gedoogcultuur is teruggedrongen. Er is meer aandacht voor de effectiviteit en uitvoering van regelgeving. De rol van de inspecties is versterkt en geïntensiveerd. De overheidsorganisaties zijn beter gaan samenwerken en gaan steeds meer uit van een multidisciplinaire benadering. Toch is er nog een handhavingstekort. Dat is logisch, want rechtbreien wat vele jaren te weinig aandacht heeft gehad, kost tijd. Hierbij spelen niet alleen de politieke prioriteit, een aantal culturele aspecten en een personeelstekort een rol, maar ook de aard en de ingewikkeldheid van de regelgeving. Voor de wetgever is het daarbij van belang scherpe prioriteiten te stellen omdat een gigantische hoeveelheid regelgeving niet kan worden gehandhaafd. Duidelijk is dat de lijn van de commissies Oosting en Alders moet worden vastgehouden en voortdurend aandacht moet hebben.
Het merendeel van de actiepunten is uitgevoerd. 25 actiepunten zijn nog in uitvoering. In de eindrapportage is aangegeven op welke wijze de uitvoering van deze punten is geborgd binnen de verantwoordelijke organisatie. De minister vindt dit geen verkokering. De verantwoordelijke bewindspersonen kunnen hierop immers worden aangesproken en zij zullen de Kamer over de uitvoering en de effecten daarvan worden geïnformeerd, in de voortgangsrapportage Externe veiligheid en de rapportage over de uitvoering van het actieprogramma Bewust veiliger. De afronding van de actiepunten op rijksniveau mag geen papieren werkelijkheid blijven. De meeste actiepunten kennen daarom een vervolgtraject op provinciaal, regionaal of lokaal niveau.
De implementatie van de actiepunten op lokaal niveau is nadrukkelijk een verantwoordelijkheid van gemeenten, die daarvoor op verschillende manieren worden bijgestaan. De taskforce Slagen voor veiligheid zal zeker tot eind 2003 regelmatig bijeenkomen voor het bespreken van de stand van zaken. Ondertussen wordt gezocht naar een nieuwe vorm van gestructureerd overleg om de verworvenheden van deze taskforce vast te houden. Het ondersteuningsprogramma Slagen voor veiligheid is opgezet door de VNG, de taskforce en BZK om lokale besturen en regionale samenwerkingsverbanden te informeren over en bij te staan in de aanpak, uitvoering en implementatie van de voor hen relevante actiepunten. De effecten van dit programma zijn al merkbaar. De betrokkenheid van de gemeenten bij de uit te voeren activiteiten is groot. Voor de ondersteuning van gemeenten is een aantal instrumenten ontwikkeld zoals het diagnose-instrument, een «zelftoets» voor gemeenten, en een netwerk van ambassadeurs dat actief in de ondersteuning voorziet. Gemeenten kunnen via deze instrumenten knelpunten kenbaar maken. Verder houdt de inspectie openbare orde en veiligheid (OOV) via het instrument Algemene doorlichting rampenbeheersing toezicht op de implementatie van de actiepunten op het gebied van de voorbereiding op en beheersing van rampen op regionaal niveau. Per veiligheidsregio worden de politie, de brandweer en de GHOR-organisaties (geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen), evenals een representatieve selectie van gemeenten doorgelicht op het voorkomen, beperken en bestrijden van rampen. De VNG en de betrokken departementen overleggen momenteel over een eventuele voortzetting van het ondersteuningsprogramma. Om overlap te voorkomen wordt daarbij ook gekeken naar de samenhang met projecten zoals Handhaven op niveau en naar het Centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid. De Kamer zal over de uitkomst van dit overleg worden geïnformeerd.
Tot 20 mei 2003 is ruim 6 mln euro aan de ondernemers uitgekeerd. Toen waren nog 32 van de in totaal 486 aanvragen in behandeling. Ook loopt nog een aantal bezwaaren beroepsprocedures van particulieren. Deze resterende zaken zullen zo snel mogelijk worden afgewikkeld. Op de vraag van de heer De Wit over de woningbouwcorporaties legt de minister uit dat afspraken zijn gemaakt over het uit te keren bedrag. Ook heeft een toets plaatsgevonden. Daarbij is een bepaald bedrag niet vergoed en kennelijk is dat ook het geval bij de genoemde corporaties. Er moet natuurlijk altijd aan de formele procedures worden voldaan.
Een aantal keuringen voor materiële personenschade is nog in uitvoering, zodat het mogelijk is dat een aantal WAO'ers nog in onzekerheid verkeert. De minister zegt toe aan te dringen op spoed bij de afhandeling.
Het model en de handreiking voor de bestuurlijke rapportage, die nodig zijn voor het toetsingskader voor de plannen van de provincie, zijn in september gereed. Met het Informatie- en adviescentrum (IAC) in Enschede is een overleg gestart over de nazorg. De VNG is bereid om het beheer ter zake op zich te nemen. Een en ander wordt nu uitgewerkt. Tegenover de heer De Wit merkt de minister op dat de Prevab-methode die de brandweer hanteert geen regelgeving is, maar een richtlijn. Zij is een hulpmiddel bij de uitvoering van het brandveiligheidsbeleid en wordt als zodanig algemeen gebruikt voor planning en prioritering van taken die voortkomen uit de brandveiligheidsvoorschriften uit de bouwverordening. Daarbij is terecht prioriteit gegeven aan lokaties waar de meeste risico's worden gelopen, namelijk aan de plaatsen waar veel mensen bijeen kunnen zijn. Geleidelijk aan zal het aantal plaatsen worden uitgebreid. De minister zal nagaan of deze onderzoeksmethode te beperkt is.
De commissie Tegemoetkomingen bij rampen en calamiteiten (CTRC) verricht onderzoek naar tegemoetkomingen van de overheid die niet verplicht zijn op basis van wettelijke regels of civiele aansprakelijkheid, maar voortkomen uit een morele plicht of uit gevoelens van solidariteit met slachtoffers en getroffenen van rampen en andere calamiteiten. Deze commissie-Borghouts zal daarbij gebruik maken van de bevindingen van de CFA (commissie financiële afwikkeling vuurwerkramp). In april 2004 brengt deze commissie haar rapport uit, dat aansluitend naar de Kamer zal worden gestuurd. De minister benadrukt dat hij over deze kwestie wil blijven nadenken, maar «Amerikaanse toestanden» wil voorkomen.
De heer Cornielje (VVD) geeft aan op de rampenbestrijding en de gebiedsindeling terug te komen bij de behandeling van de Wet kwaliteitsbevordering rampenbestrijding (WKR). Hij hoopt dat het kabinet nog voor deze behandeling een reactie zal geven op het advies van de Raad voor het openbaar bestuur. Over de twee knelpunten in dezen, Overijssel en Haarlemmermeer/Schiphol, wil hij graag voor de behandeling duidelijkheid.
Mevrouw Van Heteren (PvdA) komt terug op het vervoer van gevaarlijke stoffen. Door BZK wordt samen met V&W en VROM een circulaire voorbereid. Hoe staat het daarmee en wat is de rol van de minister van BZK in dezen?
De heer De Wit (SP) zegt toe de minister de brief te overhandigen over het aflopen van de huurcompensatieregeling per 1 juli 2003. Hoewel het leed dat door de rampen in Volendam en Enschede is veroorzaakt nooit helemaal te herstellen valt, is hij ervan overtuigd dat de overheid heeft gedaan wat zij kon. Daarvoor dankt hij de minister.
De heer Eerdmans (LPF) roept de minister op een speerpunt te maken van het bestuurlijk handhavingstekort.
De heer Meijer (CDA) maakt zich nog steeds zorgen over de verkokering binnen de overheid. Bij iedere rampenoefening wordt aan het eind geconcludeerd dat de integrale samenwerking en de coördinatie tussen de verschillende disciplines te wensen overlaat. Dat de verschillende organisaties niet samen oefenen, hangt samen met deze verkokering. De heer Meijer roept de minister op, dit te veranderen. Rampenbestrijding is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van overheid en andere organisaties zoals politie en brandweer, maar soms is het nodig dat van de verantwoordelijkheid afstand wordt genomen omdat een andere discipline de leiding moet overnemen. Op dit vlak is nog een slag te slaan. Dat mist de heer Meijer nog in de integrale aanpak van de overheid.
De minister is het met de heer Meijer eens. Het gaat om communicatie en een samenwerkingscultuur, die inderdaad soms nog niet optimaal is. Waar dat maar enigszins mogelijk is, wil hij de samenwerking bevorderen.
Het kabinet zal dit najaar een reactie geven op het advies van de Raad voor het openbaar bestuur. Hoewel hij het belang van regiovorming erkent, hoopt de minister dat de Kamer de behandeling van het desbetreffende wetsvoorstel niet laat afhangen van de ontvangst van het kabinetsstandpunt over de regionalisering.
De brief over de huurcompensatieregeling zal worden bestudeerd. Ook zal worden nagegaan hoe het met de circulaire staat.
Samenstelling:
Leden: Van Fessem (CDA), Kalsbeek (PvdA), Van Heemst (PvdA), Noorman-den Uyl (PvdA), voorzitter, Vos (GroenLinks), Cornielje (VVD), Adelmund (PvdA), De Wit (SP), Van Beek (VVD), ondervoorzitter, Van der Staaij (SGP), Luchtenveld (VVD), De Pater-van der Meer (CDA), Van As (LPF), Lazrak (SP), Wolfsen (PvdA), Tonkens (GroenLinks), Smilde (CDA), Spies (CDA), Eerdmans (LPF), Sterk (CDA), Haverkamp (CDA), Straub (PvdA), Boelhouwer (PvdA), Hirsi Ali (VVD) en Szabó (VVD).
Plv. leden: Van Bochove (CDA), De Vries (PvdA), Dijsselbloem (PvdA), Fierens (PvdA), Halsema (GroenLinks), Schippers (VVD), Dubbelboer (PvdA), Kant (SP), Rijpstra (VVD), Slob (ChristenUnie), Wilders (VVD), Rambocus (CDA), Varela (LPF), Vergeer-Mudde (SP), Van Nieuwenhoven (PvdA), Van Gent (GroenLinks), Algra (CDA), Çörüz (CDA), Nawijn (LPF), Atsma (CDA), Bruls (CDA), Hamer (PvdA), Leerdam (PvdA), Griffith (VVD), Balemans (VVD), Meijer (CDA) en Giskes (D66).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-27157-56.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.