27 047
Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het gezamenlijk gezag van rechtswege bij geboorte tijdens een geregistreerd partnerschap

nr. 8
AMENDEMENT VAN HET LID RABBAE

Ontvangen 22 maart 2001

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I wordt na onderdeel A een (nieuw) onderdeel opgenomen, luidende:

AA

Artikel 252 komt te luiden:

Artikel 252

1. De ouders die niet met elkaar zijn gehuwd en waarvan de vader het kind heeft erkend, oefenen het gezag gezamenlijk uit.

2. De ouders blijven het gezag gezamenlijk uitoefenen totdat de rechtbank op verzoek van de ouders of een van hen heeft bepaald dat het gezag over een kind of de kinderen aan een van hen alleen toekomt.

Toelichting

Dit amendement beoogt het onderscheid tussen de rechtsgevolgen van ouderschap als gevolg van een huwelijk en ouderschap voortkomend uit erkenning, ongedaan te maken. De ouders waarvan de vader het kind erkent, die geen huwelijk of geregistreerd partnerschap hebben gesloten, hebben nu niet automatisch het gezamenlijk gezag over hun kinderen. Het verschil tussen deze ouders is niet gerechtvaardigd en belemmert ouders in hun keuzevrijheid met betrekking tot hun relatievorm. Het overheidsbeleid is er op tal van terreinen op gericht om de verschillen in behandeling van gehuwde en ongehuwde ouders weg te nemen. Het automatisch toekennen van gezamenlijk gezag aan ongehuwde ouders sluit aan bij deze ontwikkeling.

Rabbae

Naar boven