26 991
Voedselveiligheid

nr. 161
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 december 2007

In mijn brief van 16 oktober jl. heb ik u, mede namens mijn ambtgenoot van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), geïnformeerd over een samenhangend pakket maatregelen, dat erop is gericht nog deze kabinetsperiode het hoofd te bieden aan de stevige financiële opgave voor de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) (Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 26 991, nr. 158). Eén van de maatregelen uit dit pakket is het naar kostendekkend niveau brengen van de tarieven voor activiteiten waar het bedrijfsleven profijt/voordeel van heeft (retributies). Ten aanzien van deze maatregel heb ik toegezegd u, direct na afronding van de consultatieperiode van de nieuwe retributieregeling, nader te zullen informeren. Met deze brief geef ik, mede namens mijn ambtgenoot van VWS, invulling aan deze toezegging.

Consultatieronde nieuwe retributieregeling

De nieuwe LNV-retributieregeling is naar ruim 70 bedrijven en brancheorganisaties verzonden. Aan het einde van de consultatieperiode op 22 november jl., hebben er 22 van de mogelijkheid gebruik gemaakt om schriftelijk te reageren. Consultatie van de Warenwetregeling heeft plaatsgevonden in het regulier overleg Warenwet op 5 november jl. en in de consultatieperiode tot 29 november jl. Hieronder ga ik kort in op de belangrijkste elementen uit de ontvangen reacties.

Hoogte tariefstijgingen

In veel reacties klinkt moeite door met de soms fors hogere lasten voor het bedrijfsleven als gevolg van het naar kostendekkend niveau brengen van de retributies. Om redenen zoals toegelicht in mijn brief van 16 oktober jl., ben ik echter genoodzaakt om deze maatregel door te voeren. In samenhang met de overige maatregelen vormt dit een belangrijke randvoorwaarde om de internationaal gezaghebbende positie van de VWA, onder meer ten behoeve van de Nederlandse export, ook in de toekomst veilig te stellen.

Dit betekent niet, dat ik geen oog heb voor waar de effecten van de nieuwe retributies onevenredig uitpakken. Uit de consultatieronde is een aantal punten naar voren gekomen waar dit het geval is.

Mede op basis van het overleg dat ik naar aanleiding hiervan met een aantal bedrijven en/of brancheorganisaties heb gevoerd, ben ik tot de conclusie gekomen dat het in de rede ligt om de retributieregeling op deze punten aan te passen. Dit overigens zonder afbreuk te doen aan de (Europees rechtelijke) kaders en uitgangspunten van de nieuwe regeling, zoals deze in mijn brief van 16 oktober jl. zijn beschreven.

Kwaliteit en flexibiliteit dienstverlening VWA (planningskader)

Enkele organisaties hebben aangegeven de verhoging van de retributies in dit nieuwe stelsel niet in verhouding te vinden staan met de kwaliteit en flexibiliteit van de dienstverlening van de VWA. Daarbij bestaat de verwachting dat de VWA zeer flexibel en tegen lage kosten haar werkzaamheden kan uitvoeren. Dit laat zich niet met elkaar verenigen. Flexibiliteit betekent dat de VWA geconfronteerd wordt met grote uitschieters (pieken en dalen) in het werkaanbod en daarmee met veel niet factureerbare uren. Deze moeten dan worden verdisconteerd in de wel factureerbare uren, hetgeen leidt tot behoorlijke kostenstijgingen.

Kostenbesparingen kunnen slechts worden gerealiseerd als bedrijfsleven en VWA efficiënter werken en de werkzaamheden beter op elkaar afstemmen en inrichten. De nieuwe retributieregeling en het planningskader bieden het bedrijfsleven hiertoe een goed kader en voorzien in diverse kostenbesparende mogelijkheden in geval van tijdige planning en bijvoorbeeld gecombineerde aanvragen van VWA-inzet. Anderzijds zijn extra kosten verbonden aan bijvoorbeeld uitloop van werkzaamheden, wat effect kan hebben op de geplande inzet bij andere bedrijven.

Tenslotte wil ik erop wijzen dat het aangepaste planningskader van de VWA zeer recent is ingevoerd. Zeker 90% van de bedrijven heeft zich hier inmiddels aan geconformeerd. Aanvullend kan ik u melden dat de VWA het aangekondigde overleg heeft opgestart met diverse brancheorganisaties, met als doel om per kwartaal de knelpunten van het bedrijfsleven te identificeren alsmede mogelijkheden tot aanvullende doelmatigheidsverbeteringen van de VWA-inzet. De werking van het planningskader zal zodoende in 2008 steeds worden geëvalueerd.

Transparantie en vereenvoudiging tariefstelsel

Naast het wegnemen van het financiële tekort vormt de behoefte aan transparantie en vereenvoudiging een belangrijke reden voor de invoering van het onderhavige nieuwe stelsel. Een aantal ontvangen opmerkingen en vragen richt zich desondanks op de onderbouwing en verklaring van per sector verschillende tarieven.

Deze verschillen kunnen worden verklaard door de per sector verschillende inzet van direct aan het product te relateren medewerkers en de kosten daarvan. Om de transparantie ook op dit punt nog te verhogen, zullen op de website van de VWA overzichten worden gepubliceerd van de opbouw van de retributies in de onderhavige regeling. Deze informatie zal worden betrokken bij de voorgenomen evaluatie van de werking van de nieuwe regeling.

Effecten kleine bedrijven

Het zonder meer invoeren van het nieuwe retributiestelsel zou ertoe leiden dat in de roodvleessector een beperkt aantal kleine ondernemingen zouden worden getroffen door aanzienlijke tariefsverhogingen.

Dit betreft met name de kleine zelfslachtende slagers. Teneinde de effecten voor deze ondernemingen te verzachten, wil ik de tarieven voor deze bedrijven in 2008 slechts licht laten stijgen; in een enkel geval zullen de tarieven zelfs dalen. Ook voor de kleine pluimveeslachterijen en poeliers is het noodzakelijk om aanvullende maatregelen te treffen, aangezien de impact van de tarieven en de effecten van de voorgestelde regeling vergelijkbaar zijn met die van kleine zelfslachtende slagers.

Voor de pluimveesector als zodanig zou onverkorte invoering van het nieuwe stelsel ertoe leiden dat de tarieven onredelijk snel zouden stijgen. De oorzaak hiervan is met name gelegen in het feit dat op basis van EU-regelgeving de keuringswerkzaamheden voortaan door officiële dierenartsen moeten worden uitgevoerd, waar deze voorheen gedeeltelijk door minder dure assistenten werden verricht. Om ook deze effecten te verzachten zullen de tariefsverhogingen gefaseerd worden ingevoerd. Vanaf het moment van inwerkingtreding zal over een periode van drie jaar een geleidelijke verhoging plaatsvinden tot het niveau van de werkelijke kosten per 1 januari 2010. Deze fasering wordt ingevoerd naast de hierboven bedoelde maatregelen voor de kleine pluimveeslachterijen.

Overeenkomstig de afspraken die ik met de sector heb gemaakt resulteert dit in een gemiddelde tariefstijging in 2008 van circa 5%.

Retributies voor herinspecties

De retributieregeling strekt niet alleen tot invoering van een nieuw kostendekkend retributiestelsel. Ook worden diverse «nieuwe» retributies geïntroduceerd en worden retributies ingevoerd voor de uitvoering van herinspecties (aanvullende officiële controles). Meerdere brancheorganisaties hebben te kennen gegeven hiertegen principiële bezwaren te hebben.

Ook de invoering van retributies voor herinspecties is een Europese verplichting gebaseerd op Verordening (EG) nr. 882/2004. De lidstaten hebben geen discretionaire bevoegdheid omtrent het al dan niet invoeren van deze retributies. Aanpassing van de retributieregeling is derhalve niet mogelijk. Desalniettemin wil ik van de gelegenheid gebruik maken om op de ontvangen bezwaren in te gaan.

Uit de ontvangen reacties blijkt dat met name de vrees bestaat dat willekeur in de inzet van het instrument herinspecties zal leiden tot een onaanvaardbare toename van de administratieve lasten en kosten voor ondernemers. Deze vrees is mijns inziens ongegrond en dat wil ik hier nog eens toelichten: Het invoeren van de retribueerbare herinspecties is onderdeel van een samenhangend pakket van vernieuwingen van het VWA handhavingsbeleid, neergelegd in het rapport «Handhaven met verstand en gevoel» (Tweede Kamer, vergaderjaar 2006–2007, 26 991, nr. 147). Het doel van deze vernieuwing is het verhogen van de effectiviteit van het toezicht en het verminderen van de toezichtlast voor ondernemers die goed presteren.

In het vernieuwde handhavingsbeleid zullen niet-ernstige overtredingen niet, zoals nu het geval is, automatisch leiden tot herinspecties en bestuurlijke boetes. Ondernemers krijgen de kans fouten te herstellen. De VWA biedt daartoe hulp bij de naleving én de mogelijkheid om de overtreding door een adequate schriftelijke reactie van ondernemers af te handelen, dus zonder dat een nieuwe herinspectie nodig is. Bij uitblijven van een deugdelijke reactie, volgt wel een herinspectie.

Pas bij herhaaldelijk niet adequaat reageren, kan alsnog het bestuursrechtelijk instrument van de bestuurlijke boete worden benut, voor zover de VWA althans de bevoegdheid heeft om een dergelijk instrument in te zetten ten aanzien van de desbetreffende overtreding.

De nieuwe benadering in het handhavingsbeleid biedt de VWA de mogelijkheid om haar sanctie-instrumenten proportioneler in te zetten. In de nieuwe systematiek leidt een inspectie in veel minder gevallen tot een herinspectie waarvan de kosten verhaald moeten worden bij de ondernemer. Als het wel gebeurt, is er sprake van hetzij een zware overtreding, hetzij een niet-ernstige overtreding waarop niet adequaat is gereageerd.

In dat geval acht ik het gerechtvaardigd dat de kosten van een herinspectie in rekening worden gebracht bij de verantwoordelijk ondernemer.

Kosten certificaten

Gebleken is dat het tarief voor de administratieve afgifte van (export)certificaten in een aantal situaties fors stijgt. Met name in die gevallen dat er sprake is van meerdere transporten omvattende zendingen met één herkomstadres en één bestemmingsadres is sprake van onredelijke kostenverhoging. Dit geldt onder meer voor export van pluimveemest.

De VWA werkt momenteel aan de invoering van een systeem waarmee het mogelijk wordt de aanvraag voor een certificaat elektronisch in te dienen. Ook wordt gewerkt aan de koppeling van de meldapplicatie voor mest van dienst Regelingen aan het systeem traces van de VWA. Door deze automatiseringmaatregelen kan de VWA in de toekomst efficiënter werken en kunnen de kosten op termijn omlaag. Tot die tijd zal ik het tarief voor deze exportcertificaten aanpassen tot een aanvaardbaar niveau.

Evaluatie convenant roodvleessector

Tot slot kom ik terug op de toezegging om u te informeren over het overleg met het bedrijfsleven inzake de evaluatie van het convenant dat in 2004 is gesloten met de roodvleessector. Het verheugt mij dat ik u kan meedelen met deze sector een constructief overleg te hebben gevoerd over het weer naar kostendekkend niveau brengen van de bijdrage van het bedrijfsleven.

Ik heb u in deze brief reeds geïnformeerd over de tegemoetkoming aan de kleine zelfslachtende slagers, waardoor deze groep in 2008 slechts te maken krijgt met een beperkte stijging van de tarieven. Ook heb ik aangegeven dat de roodvleessector en de VWA, met het oog op het bereiken van kostendekkendheid in 2011, in regelmatig overleg zullen zoeken naar mogelijkheden voor doelmatigheidsverbeteringen van de VWA-inzet.

Gelet op prijsstijgingen en CAO-ontwikkelingen ben ik voor het jaar 2008 met de roodvleessector overeengekomen dat de voor de VWA post mortem toezicht- en keuringswerkzaamheden in rekening te brengen kosten, maximaal € 9,2 mln. bedragen. Voor 2009 is een maximale bijdrage van € 10,2 mln. afgesproken. Over de maximale hoogte van de tarieven in 2010 en 2011 worden komend voorjaar afspraken gemaakt.

Tot slot is overeengekomen dat de werking van het convenant in 2011 zal worden geëvalueerd. Vanzelfsprekend blijft het convenant nu van kracht.

Afsluitende opmerkingen

Ik ben ervan overtuigd dat ik met de aanpassingen van de nieuwe retributieregeling ruimschoots tegemoet kom aan de belangrijkste zorgpunten van het bedrijfsleven. Ook zijn inzake de flexibiliteit en kwaliteit van de dienstverlening van de VWA goede afspraken gemaakt, die zowel de VWA en bedrijfsleven de ruimte en mogelijkheid bieden om efficiënter te werken en tot kostenbesparingen te komen. Het is onmogelijk om aan alle bezwaren tegemoet te komen, zonder afstand te nemen van de gekozen kaders en uitgangspunten voor de retributieregeling.

Ik ben voornemens om in het najaar van 2008 de werking van de regeling te evalueren, met als doel een beeld te krijgen van de werking van het planningskader, de uitwerking van de regeling op de verschillende sectoren en de mate van kostendekkendheid.

Op basis van de resultaten van deze evaluatie kan worden bezien of aanvullende aanpassingen noodzakelijk zijn. Ook kan blijken dat één of meerdere van de hierboven genoemde aanpassingen kan worden stopgezet. Ik zal dit betrekken bij de opstelling van de tarievenregeling voor het jaar 2009, die ik in september voor advies zal rondsturen.

Ten aanzien van de datum van inwerkingtreding van de regeling moet ik u melden dat dit per 1 januari 2008 niet mogelijk is gebleken.

Ik heb voorrang gegeven aan een zorgvuldige reactie op de bezwaren van het bedrijfsleven en in een aantal gevallen tijd uitgetrokken voor constructief overleg. Daarenboven is het belangrijk dat de VWA voldoende tijd heeft om de genoemde aanpassingen door te voeren en zorgvuldig te implementeren en communiceren met de bedrijven. Ik voorzie derhalve dat de nieuwe regeling per 1 maart 2008 in werking zal treden. Tot 1 maart 2008 zullen de bestaande tarieven worden geïndexeerd. De regeling zal daartoe voor 1 januari a.s. in de Staatscourant worden gepubliceerd. Mijn collega van VWS zal dezelfde planning aanhouden voor de inwerkingtreding van het Warenwetbesluit.

De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg

Naar boven