nr. 6
NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 16 oktober 2000
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
In artikel I worden de volgende wijzigingen
aangebracht:
1. In artikel 290 lid 3 worden de woorden «gelet op de bestemming,
afhankelijke woning». vervangen door: mede gelet op de bestemming van
die bedrijfsruimte, afhankelijke woning.
2. In artikel 291 lid 2 wordt in de eerste zin «kantonrechter»
vervangen door «rechter» en wordt de laatste zin vervangen door:
Bevoegd is de rechter in wiens rechtsgebied de bedrijfsruimte is gelegen.
3. In artikel 293 lid 1worden de woorden «langer is dan» vervangen
door: langer dan. In het tweede lid wordt «exploit» vervangen
door: exploot.
4. Artikel 295 lid 1 wordt vervangen door:
1. Een opgezegde huurovereenkomst blijft, tenzij de huurder de overeenkomst
heeft opgezegd of na de opzegging door de verhuurder schriftelijk in de beëindiging
ervan heeft toegestemd, na de dag waartegen rechtsgeldig is opgezegd van rechtswege
van kracht, tot de rechter onherroepelijk heeft beslist op een vordering van
de verhuurder als in lid 2 bedoeld. De rechter kan evenwel, indien het verweer
van de huurder hem kennelijk ongegrond voorkomt, zijn toewijzend vonnis uitvoerbaar
bij voorraad verklaren.
5. In artikel 296 lid 1 wordt «lid 2» vervangen door: lid
1. Voorts wordt aan het slot van onderdeel b een nieuwe zin toegevoegd, luidende:
Onder duurzaam gebruik wordt niet begrepen vervreemding van de bedrijfsruimte,
maar wel renovatie van de bedrijfsruimte die zonder beëindiging van de
huur niet mogelijk is.
6. In artikel 296 lid 2 vervallen de eerste twee zinnen. Voorts wordt
«verhuurder die» vervangen door: verhuurder en hij. Na «pleegkind»
wordt een komma geplaatst. Tenslotte wordt aan het slot van lid 2 toegevoegd
de volgende zin: Onder pleegkind wordt verstaan degene die duurzaam als eigen
kind is verzorgd en opgevoed.
7. In artikel 301 lid 3 wordt de punt aan het slot vervangen door: , dan
wel een daarvan afwijkende overeenkomst, mits de in artikel 291 bedoelde goedkeuring
is verzocht voor het verstrijken van de termijn van twee jaar.
8. In artikel 308 lid 1 wordt achter de woorden «gewezen huurder»
telkens toegevoegd: of de onderhuurder aan wie bevoegdelijk is onderverhuurd,.
In artikel II worden de volgende wijzigingen
aangebracht:
9. In artikel 230a lid 1 wordt in de eerste zin «kantonrechter»
vervangen door «rechter» en wordt de slotzin vervangen door: Bevoegd
is de rechter in wiens rechtsgebied de onroerende zaak is gelegen.
10. In artikel 230a lid 2 wordt «bewilligd» vervangen door:
toegestemd. Voorts wordt na de woorden «veroordeeld is» ingevoegd:
tot ontruiming.
11. In artikel 230a leden 6 en 7 wordt «kantonrechter» vervangen
door: rechter.