nr. 28
AMENDEMENT VAN DE LEDEN SCHELTEMA-DE NIE EN DUIJKERS
Ontvangen 28 september 2001
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In de beweegreden wordt voor «gevaar» ingevoegd aanmerkelijk.
II
In artikel 3 worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1. In het eerste lid, aanhef, wordt «gevaar» vervangen door:
aanmerkelijk gevaar.
2. In het tweede lid, aanhef, wordt «gevaar» vervangen door:
aanmerkelijk gevaar.
3. In het derde lid, aanhef, wordt «gevaar» vervangen door:
aanmerkelijk gevaar.
4. In het vijfde lid, onderdeel b, wordt «gevaar» vervangen
door: aanmerkelijk gevaar.
III
In artikel 4, eerste lid, wordt «gevaar» vervangen door: aanmerkelijk
gevaar.
IV
In artikel 11 wordt «gevaar» vervangen door: aanmerkelijk
gevaar.
V
In artikel 32, eerste lid, wordt «gevaar» vervangen door:
aanmerkelijk gevaar.
Toelichting
In artikel 3 is de weigeringsgrond «gevaar» opgenomen: indien
het gevaar bestaat dat een aanvrager van een vergunning of subsidie de verkregen
beschikking zal gebruiken om bepaalde strafbare feiten te plegen, kan de vergunning
of subsidie worden geweigerd. Volgens artikel 9 spreekt het Bureau BIBOB zich
in zijn advies uit over de mate waarin zich het bedoelde gevaar kan voordoen.
Het criterium «gevaar» is te weinig bepalend om als onderscheidend
criterium te kunnen dienen. Dit geldt in het bijzonder voor de «mate
van gevaar» waarover het Bureau een oordeel geeft.
Met het criterium «aanmerkelijke gevaar» staat voor alle betrokkenen
duidelijk vast tot welk resultaat de beoordeling van de feiten en omstandigheden
aanleiding heeft gegeven. Het gevaar is aanmerkelijk indien dat onomstotelijk
uit feiten en omstandigheden blijkt. De formulering in de artikelen 3, vijfde
lid, onderdeel a, en 9 – waar tot nu toe werd gesproken van «mate
van gevaar» – geeft aan dat het Bureau BIBOB en het bestuursorgaan
nuancering kunnen aanbrengen in de mate waarin het gevaar als aanmerkelijk
is aan te merken op basis van de feiten en omstandigheden.
Scheltema-de Nie
Duijkers