26 855
Herziening van het procesrecht voor burgerlijke zaken, in het bijzonder de wijze van procederen in eerste aanleg

nr. 20
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID ROUVOET TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 12

Ontvangen 21 maart 2001

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel 1.8.1, derde lid, komt de tweede volzin te luiden: Is de verweerder niet of nog niet in de procedure verschenen, dan beveelt hij dat deze dag door de aanlegger bij exploot aan de verweerder wordt aangezegd.

Toelichting

Het derde lid van artikel 1.8.1 bevat een voorschrift voor het geval de rechter beveelt dat de procedure wordt voortgezet volgens de regels van de dagvaardingsprocedure. Indien de verweerder (nog) niet in de verzoekschriftprocedure is verschenen omdat hij (nog) geen verweerschrift heeft ingediend of (nog) niet op de mondelinge behandeling is verschenen, beveelt de rechter dat de dag waarop de zaak wordt voortgezet, door aanlegger bij exploot aan de verweerder wordt aangezegd. In de dagvaardingsprocedure zal immers in het geval dat de verweerder niet is verschenen, verstek tegen verweerder moeten worden verleend. Gelet echter op art. 2.6.1 kan slechts verstek verleend worden indien de voorgeschreven termijnen en formaliteiten in acht zijn genomen.

Rouvoet

Naar boven