nr. 9
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
's-Gravenhage, 1 maart 2000
Op 1 januari 2000 is de Wet beperking export uitkeringen (Wet van 27 mei
1999, Stb. 250) in werking getreden. Bij de behandeling van het wetsvoorstel
heeft uw Kamer in een motie aangedrongen op een maximale inspanning om spoedig een handhavingsverdrag met Indonesië te sluiten (Kamerstukken
II, 1998–1999, 25 757, nr. 12).
Bij de behandeling van het wetsvoorstel van de Wijzigingswet beperking
export uitkeringen (26 812) heb ik uw Kamer geïnformeerd dat een
ambtelijk akkoord was bereikt over de tekst van een handhavingsverdrag met
Indonesië (Handelingen II, 24 november 1999, TK 26, blz. 1963).
Ik kan u thans mededelen dat de ministerraad op 18 februari jl. heeft
ingestemd met ondertekening van het verdrag. De ondertekening zal op 6 maart
a.s. plaatsvinden te Jakarta. Het verdrag zal de Staten-Generaal vervolgens
voor stilzwijgende goedkeuring worden overgelegd.
Voor de goede orde deel ik u mede dat het verdrag, conform mijn toezegging
terzake tijdens de eerdergenoemde Kamerbehandeling, voorziet in terugwerkende
kracht van de exportbepaling in het verdrag tot en met 1 januari 2000. Dat
wil zeggen dat, zodra het verdrag van toepassing wordt, de exportbeperking
van de Wet beperking export uitkeringen per 1 januari 2000 wordt opgeheven
ten aanzien van Indonesië.
Ik vertrouw erop u hiermede voldoende te hebben geïnformeerd.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
J. F. Hoogervorst