nr. 59
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 juli 2000
In vervolg op mijn brief van 21-6-2000 over de stand van zaken IPR/steunkaart
(EZ-00-327) en op het Algemeen Overleg daaropvolgend met de vaste commissie
voor Economische Zaken van uw Kamer van 27-6-2000 kan ik u berichten dat op
12-7-2000 de steunkaart door de Europese Commissie is goedgekeurd.
Deze goedkeuring is weliswaar een langdurig proces geweest, maar is nu
toch tot mijn tevredenheid afgerond. Immers, door vast te blijven houden aan
gebiedsaanwijzing op NUTS-5 niveau (=gemeenten) als steunregio in plaats van
op het door de Europese Commissie voorgestelde NUTS-3 niveau (=COROP) ben
ik er in geslaagd om alle 4 relevante steunregio's goedgekeurd te krijgen,
te weten: Noord-Nederland, Twente, Zuidelijk-Limburg en Lelystad/Urk. Als
de Europese Commissie daar niet mee had ingestemd zou (in plaats van die gemeentelijke
aanwijzing) de gebiedsaanwijzing op COROP-niveau plaats hebben gevonden. In
die situatie zouden er regio's hebben moeten afvallen, bijvoorbeeld Twente
en Zuidelijk-Limburg, om binnen het door de Europese Commissie toebedeelde
bevolkingsplafond van 15% (dit is het maximum percentage van de Nederlandse
bevolking dat in een steunregio mag wonen) te blijven.
Dankzij die gemeentelijke aanwijzing heb ik voorts de Overijsselse gemeenten
Steenwijk en Hardenberg op de steunkaart kunnen plaatsen. Deze gemeenten kampen
met hoge werkloosheid of eenzijdige economische structuur.
Tot slot heeft die gemeentelijke aanwijzing het voordeel dat vrijwel alleen
«economisch» relevante gemeenten met relatief veel inwoners en
beschikbare bedrijventerreinen op de steunkaart zijn geplaatst. In het Noorden
worden bijvoorbeeld de kernzones in zijn geheel bestreken, waardoor gevolg
is gegeven aan het advies van de commissie Langman door de steun te concentreren
op de 5 economische kernzones.
De goedkeuring van de steunkaart betekent dat de Nederlandse regering
in staat zal zijn bedrijfsinvesteringen te subsidiëren in een groot aantal
gemeenten in Noord-Nederland (inclusief Steenwijk en Hardenberg), alsmede
Urk en Lelystad tot 20% bruto. In COROP «Overig Groningen» tot
10% netto (met de mogelijkheid om een MKB-toeslag van 10% bruto te verstrekken),
in Twente en Zuid-Limburg tot 15% bruto en Midden-Limburg tot 10% netto.
Nu de steunkaart is vastgesteld zal naar verwachting de Europese Commissie
nog deze maand de IPR regeling goedkeuren, waarna ik direct tot publicatie
van het Besluit subsidieregeling regionale investeringsprojecten 2000 (IPR)
zal overgaan.
De Staatssecretaris van Economische Zaken,
G. Ybema
BIJLAGE Gemeenten op de Nederlandse steunkaart1:
In de provincie Groningen:
Vlagtwedde, Bellingwedde, Menterwolde, Pekela, Reiderland, Scheemda, Stadskanaal,
Veendam, Winschoten, Appingedam, Delfzijl, Eemsmond, Groningen, Haren, Hoogezand/Sappemeer,
Leek, Loppersum, Slochteren, Marum, ten Boer en Bedum.
In de provincie Friesland:
Boarnsterhim, Franekeradeel, Harlingen, Het Bildt, Leeuwarden, Leeuwarderadeel,
Littenseradiel, Menaldumadeel, Tytsjerksteradiel, Bolsward, Gaasterlan-Sleat,
Lemsterland, Nijefurd, Sneek, Wunseradiel, Wymbritseradiel, Heerenveen, Ooststellingwerf,
Opsterland, Skarsterland, Smallingerland, Weststellingwerf, en Ferwerderadeel.
In de provincie Drenthe:
Assen, Noordenveld, Zuidlaren, Coevorden, Emmen, Hoogeveen, Meppel, Middenveld,
Westerveld, Aa en Hunze en Borger-Odoorn.
In de provincie Overijssel:
Hardenberg, Steenwijk, Almelo, Hengelo, Oldenzaal, Borne, Wierden, Rijssen
en Enschede.
In de provincie Flevoland:
Urk en Lelystad.
In de provincie Limburg:
Kerkrade, Landgraaf, Heerlen, Beek, Nuth, Sittard, Born, Susteren, Echt
en Maasbracht.