26 732
Algehele herziening van de Vreemdelingenwet (Vreemdelingenwet 2000)

nr. 97
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 oktober 2001

Tijdens de behandeling van de nieuwe Vreemdelingenwet heeft het lid Kamp een motie ingediend waarin de regering wordt verzocht herhaalde asielaanvragen in één nader aan te wijzen aanmeldcentrum te laten behandelen en – in samenhang met de invoering van de ex-nunc toetsing in asielzaken – een vreemdeling geen gratis rechtsbijstand te verlenen indien er sprake is van een herhaalde asielaanvraag.

In mijn brief van 23 april 2001 (TK 2000–2001, 26 732, nr. 93) heb ik u bericht over de gratis rechtsbijstand. Thans antwoord ik u met betrekking tot het verzoek herhaalde asielaanvragen in één nader aan te wijzen aanmeldcentrum te laten behandelen.

De procedure voor tweede of latere asielaanvragen is geregeld in artikel 3.42 derde lid van het Voorschrift Vreemdelingen en in de Vreemdelingencirculaire hoofdstuk C5/20. Hierin staat dat de asielzoeker zijn voornemen om opnieuw asiel aan te vragen telefonisch kenbaar maakt bij het AC Ter Apel, waarna hij te horen krijgt in welk land-AC, op welke dag en welk tijdstip hij zich in persoon moet aanmelden. Indien er geen nieuwe feiten en/of omstandigheden zijn, wordt de aanvraag in de regel in het AC afgehandeld.

Tijdens de behandeling van de Vreemdelingenwet 2000 in uw Kamer heeft mijn ambtsvoorganger gezegd voornemens te zijn om herhaalde asielaanvragen in het nieuwe AC Ter Apel te concentreren. Ik heb evenwel besloten om de bestaande werkwijze, waarbij de telefonische afspraak bij het AC Ter Apel wordt gemaakt, te handhaven. De redenen licht ik hieronder toe.

In bepaalde aanmeldcentra is in de loop van de tijd specifieke deskundigheid opgebouwd. Zo worden bijvoorbeeld in het aanmeldcentrum Zevenaar de asielaanvragen behandeld van asielzoekers die beweerdelijk afkomstig zijn uit of de beweerde nationaliteit hebben van Turkije, Joegoslavië (Montenegro, Servië, Kosovo), Bosnië, Azerbeidzjan, Armenië, Afghanistan, Iran en de Russische Federatie. Gelet hierop is het gewenst de bestaande werkwijze te handhaven, zodat ook de eventuele tweede of latere aanvragen van die nationaliteiten zoveel mogelijk behandeld kunnen worden in het aanmeldcentrum waar specifieke deskundigheid bestaat.

Daar komt bij dat de verdeling van tweede of latere asielaanvragen over de verschillende AC's het voordeel heeft dat de behandeling van die aanvragen evenredig over de vier AC's kan worden verdeeld. In beginsel wordt in Ter Apel de afspraak gemaakt voor indiening van tweede of latere asielaanvragen in het AC waar de eerste asielaanvraag is ingediend. Als dat AC een piekbelasting van eerste asielaanvragen moet verwerken kan de afspraak in een ander AC worden gepland. Deze flexibiliteit bij de planning zou node worden gemist als tweede of latere asielaanvragen in één AC zouden worden geconcentreerd. Een snelle en efficiënte behandeling van deze asielaanvragen is daarmee voldoende gewaarborgd.

Overigens bedragen de doorlooptijden van deze aanvragen (de tijd tussen het maken van een afspraak en het behandelen) thans gemiddeld vier weken. Ik acht dit een redelijke termijn, die een efficiënte behandeling mogelijk maakt. Voorheen was dit in incidentele gevallen drie maanden.

De Staatssecretaris van Justitie,

N. A. Kalsbeek

Naar boven