26 732
Algehele herziening van de Vreemdelingenwet (Vreemdelingenwet 2000)

nr. 64
AMENDEMENT VAN HET LID HALSEMA

Ontvangen 6 juni 2000

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel 27, eerste lid, onderdeel e, komt te luiden:

e. die als echtgenoot, echtgenote of partner, dan wel als kind of ouder feitelijk behoort tot het gezin van de vreemdeling, bedoeld onder a tot en met d, en gelijktijdig met deze vreemdeling Nederland is ingereisd dan wel is nagereisd binnen zes maanden, nadat aan de vreemdeling, bedoeld onder a tot en met d, de verblijfsvergunning voor bepaalde tijd, bedoeld in artikel 26, is verleend.

Toelichting

Dit amendement komt tegemoet aan de aanbevelingen van de UNHCR om, mede in het licht van artikel 8 EVRM, het begrip gezin ruimer uit te leggen. Ook brengt dit amendement de nareistermijn in overeenstemming met de huidige praktijk, omdat het binnen een termijn van drie maanden in vluchtsituaties niet altijd mogelijk is gezinsleden na te reizen.

Halsema