nr. 22
AMENDEMENT VAN HET LID ATSMA
Ontvangen 17 januari 2000
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Artikel I wordt als volgt gewijzigd:
I
In onderdeel L, punt 2, wordt in onderdeel e de zinsnede «de artikelen
13c, 30a, derde lid, onderdelen a en b,» vervangen door: artikel 13c.
II
In onderdeel S vervalt artikel 30a, derde lid.
III
In onderdeel S vervalt artikel 30a, vierde lid.
IV
In onderdeel GG wordt in artikel 40a, vierde lid, onderdeel a, de zinsnede
«de artikelen 13c, 30a, derde lid, onderdelen a en b,» vervangen
door: artikel 13c.
V
In onderdeel UUU wordt in artikel 98a, tweede lid, onderdeel a, de zinsnede
«de artikelen 13c en 30a, derde lid, onderdelen a en b,» vervangen
door: artikel 13c.
VI
In onderdeel UUU wordt in artikel 98b, tweede lid, onderdeel a, de zinsnede
«de artikelen 13c en 30a, derde lid, onderdelen a en b,» vervangen
door: artikel 13c.
VII
In onderdeel UUU wordt in artikel 99, tweede lid, onderdeel a, de zinsnede
«de artikelen 13c en 30a, derde lid, onderdelen a en b,» vervangen
door: artikel 13c.
VIII
In onderdeel RRRR wordt «30a, vijfde lid,» vervangen door:
30a, derde lid,.
Toelichting
Dit amendement voorziet in het terugdringen van overheidsbemoeienis door
het schrappen van de mogelijkheid om naast de bevoegdheden bij wet geregeld
en de eisen gesteld in artikel 13c, 30c, 40, 50 etc. nadere voorschriften
en algemene aanwijzigen te kunnen verbinden aan de concessie. De overheid
krijgt anders te veel invloed omdat zonder een wettelijk kader of toets voorschriften
of algemene aanwijzingen zouden kunnen worden gesteld.
Atsma