26 643 Informatie- en communicatietechnologie (ICT)

Nr. 804 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 december 2021

Hierbij bied ik u de jaarrapportage over het jaar 2020 van het Bureau ICT-toetsing (BIT) en de slotrapportage van de Toezichtsraad BIT aan1. Beide rapportages heb ik onlangs mogen ontvangen van het Adviescollege ICT-toetsing (Adviescollege), waarin het BIT per 1 januari van dit jaar is overgegaan. Op beide geef ik u in deze brief mijn reactie.

Bij mijn reactie op de jaarrapportage breng ik u ook op de hoogte van de voortgang van het kwaliteitskader CIO-oordelen, waar ik u in mijn bestuurlijke reactie op de Jaarrapportage BIT 2019 al over informeerde2. Verder breng ik u, daar waar ik reageer op de opmerkingen die de Toezichtsraad in zijn slotrapportage maakt over het transitietraject, kort op de hoogte van de voortgang op het wetstraject om van het Adviescollege een permanent, onafhankelijk college te maken3.

Ik dank de collegeleden voor hun waardering van alle betrokkenen op mijn ministerie voor hun inzet bij de transitie van het BIT naar het Adviescollege vorig jaar en het daarbij behorende wetstraject dat dit jaar in gang is gezet.

Jaarrapportage BIT 2020

In 2020 heeft het BIT tien adviezen uitgebracht en aanvullend is in april 2020 een adviesnotitie uitgebracht aan de CIO van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de ontwikkeling van een «corona-app». Deze notitie is een andere dan de «Evaluatie Ontwikkelproces CoronaMelder» die ik eind dit jaar van het Adviescollege ICT-toetsing verwacht te ontvangen. Dat maakt dat er elf adviezen zijn uitgebracht in 2020, tegenover vijftien in 2019. De verklaring die het Adviescollege geeft voor de daling van het aantal adviezen kan ik hierbij goed volgen. Het Adviescollege moest namelijk nieuw personeel inwerken en had capaciteit nodig voor het transitieproces naar het Adviescollege ICT-toetsing.

Eén van de doelstellingen van het CIO-stelsel is het vergroten van het lerend vermogen over ICT-beheersing binnen het Rijk. Vanuit die doelstelling heeft het Adviescollege zijn kennis gedeeld door middel van diverse presentaties en cursussen. Zo zijn op verzoek van de CIO Rijk het afgelopen jaar de «rode draden» uit de BIT-adviezen gepresenteerd in het CIO-beraad. Die presentatie geeft de CIO’s inzicht in de gemene delers in de adviezen aan verschillende rijksonderdelen. Zo is een van de signaleringen van het Adviescollege dat ministeries nog vaak voor complexe oplossingen kiezen. Er is ook een positieve trend zichtbaar, namelijk dat er in projecten meer aandacht is voor informatiebeveiliging en privacy.

Tot slot meldde ik uw Kamer in mijn bestuurlijke reactie op de jaarrapportage BIT 2019 dat toen een start is gemaakt met een kwaliteitskader CIO-oordelen4. Voor de ontwikkeling ervan is aansluiting gezocht bij het toetskader van het Adviescollege. Door op een vergelijkbare manier naar ICT-activiteiten te kijken, kan kennis tussen het CIO-stelsel en het Adviescollege beter uitgewisseld worden, wat het lerend vermogen onderling versterkt. Het kwaliteitskader CIO-oordelen is in de afrondende fase en ik verwacht dat het CIO-beraad het in het eerste kwartaal van 2022 vaststelt.

Slotrapportage Toezichtsraad BIT

Transitietraject

Ik dank de collegeleden voor hun vertrouwen in mijn departement om het wetsvoorstel waarmee het onafhankelijk Adviescollege zijn permanente, wettelijke status krijgt zo spoedig mogelijk, maar zorgvuldig, te realiseren. De veelheid aan belangen die er spelen in dit rijksbrede wetstraject kunnen de indruk wekken ten koste te gaan van de voortgang. Het kan daarbij gaan om de positie die organisaties van de rijksoverheid hebben, de consequenties van het adviesbereik van het Adviescollege en de toepasselijkheid van andere wetgeving zoals de Kaderwet Adviescolleges. Ik vind een goede balans tussen voortgang en zorgvuldigheid van deze belangenafweging belangrijk. Het Adviescollege krijgt met dit wetsvoorstel immers een permanente status.

Na de zomer zijn de binnengekomen consultaties verwerkt in het wetsvoorstel en staat het wetsvoorstel in december op de agenda voor het overleg van secretarissen-generaal (SGO). Het wetsvoorstel is vervolgens klaar voor behandeling in de ministerraad, net na het kerstreces. Daarna dient de regering het in bij de Raad van State voor advies. Al met al verwacht ik voor het zomerreces van volgend jaar het wetsvoorstel bij uw Kamer te kunnen indienen.

Terugblik BIT-periode

Het BIT heeft in de afgelopen vijf en een half jaar – 10 juli 2015 tot en met 31 december 2020 – de rijksoverheid, de politie en de Raad voor de rechtspraak een goede dienst bewezen. Het BIT wierp een onafhankelijke en deskundige blik op de risico’s en slaagkansen van ICT-projecten en heeft door het delen van de geleerde lessen een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van onze informatievoorziening. Een woord van dank richt ik dan ook tot de toetsspecialisten, de toetsmanagers en de leden van de Toezichtsraad voor het vervullen van hun taak op grond van het toenmalige Instellingsbesluit Tijdelijk Bureau ICT-toetsing. De bijdragen die het BIT heeft geleverd onderstrepen voor mij het belang van een permanent, onafhankelijk Adviescollege met een wettelijke grondslag dat ik in mijn brief van twee jaar geleden al aankondigde5.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Kamerstuk 26 643, nr. 716 (Brief regering 12 oktober 2020).

X Noot
3

Kamerstuk 26 643, nr. 656, p. 6 (Brief regering 20 december 2019).

X Noot
4

Kamerstuk 26 643, nr. 716 (Brief regering 12 oktober 2020).

X Noot
5

Kamerstuk 26 643, nr. 656, p. 6 (Brief regering 20 december 2019).

Naar boven