26 643 Informatie- en communicatietechnologie (ICT)

25 764 Reisdocumenten

Nr. 458 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 april 2017

In mijn brief van 21 december 2016 over de voortgangsrapportage Impuls eID heb ik u geïnformeerd over de realisatie van publieke middelen. De hiervoor noodzakelijke werkzaamheden betreffen onder andere het geschikt maken van het rijbewijs en de Nederlandse identiteitskaart voor het daarop plaatsen van de elektronische identiteitsfunctie alsmede voorzieningen ten behoeve van het basisregister reisdocumenten en het centraal rijbewijsregister1. In deze brief licht ik u toe wat de gevolgen zijn van de realisatie van de elektronische Nederlandse identiteitskaart (eNIK) voor het basisregister reisdocumenten.

1. Consequenties invoering eNIK

De invoering van de e-functionaliteit op de Nederlandse identiteitskaart heeft tot gevolg dat in het kader van de vervaardiging en uitgifte van het document waarop deze nieuwe functionaliteit wordt aangebracht gegevens beschikbaar moeten zijn over de houder en de status van een identiteitskaart: aan wie is het document uitgegeven en mag het worden gebruikt. Concreet gaat het om de volgende, nu reeds aanwezige gegevens: de persoonsgegevens van de houder (waaronder het burgerservicenummer), het soort document, de geldigheidsduur, het documentnummer en uiteraard de status (uitgereikt, vermist, vervallen, geactiveerd, gedeactiveerd). Daarnaast moet een aantal (technische) gegevens beschikbaar worden gesteld die nodig zijn voor de uitvoering van eID. Dit is enerzijds noodzakelijk om te kunnen laten vaststellen of met het document elektronische transacties mogen worden verricht en om de administratie van de fysieke documenten uniek en sluitend te koppelen aan de administratie van de elektronische identiteit. Anderzijds is het noodzakelijk om de benodigde gegevens aan te kunnen leveren voor het geven van inzage aan de burger in de actuele status van het (elektronische) identiteitsdocument.

Aan de levering van de gegevens wordt een aantal eisen gesteld: de informatie moet juist, authentiek, actueel en volledig zijn en op ieder moment direct beschikbaar. Processen moeten zodanig zijn ingericht dat dit is gegarandeerd en dat monitoring van het kwaliteitsniveau plaatsvindt.

2. Nieuw register?

Voor het rijbewijs geldt dat de noodzakelijke informatie aan het eID-stelsel eenvoudig kan worden geleverd, omdat alle in Nederland in omloop zijnde rijbewijzen zijn opgenomen in het centraal rijbewijzenregister. De Nederlandse reisdocumenten kennen evenwel niet een dergelijke centrale registratie. Iedere reisdocumentverstrekkende instantie heeft een eigen afzonderlijke reisdocumentenadministratie, waarbij de gegevens zijn opgeslagen in ruim 600 reisdocumenten aanvraag- en archiefstations. Op centraal niveau is er wel een beperkt centraal register, het hiervoor genoemde basisregister reisdocumenten. Daarin zijn op dit moment uitsluitend vermiste en van rechtswege vervallen documenten opgenomen. Daarnaast is een beperkte set reisdocumentgegevens van ingezetenen opgeslagen in de centraal raadpleegbare Basisregistratie Personen (BRP) en in de basisadministraties van de openbare lichamen en Landen van het Koninkrijk. De reisdocumentgegevens van ingezetenen die uit Nederland zijn vertrokken worden in de BRP echter niet geactualiseerd en van personen die niet in de BRP zijn opgenomen2 ontbreken de gegevens geheel.

Het ontbreken van een centrale registratie met als gevolg de opslag in verschillende systemen met uiteenlopende doelstelling, functionaliteit en raadpleegbaarheid betekent dat het momenteel niet mogelijk is te garanderen dat de gegevens juist, authentiek, actueel en volledig zijn. Zij zijn bovendien niet direct en 24/7 raadpleegbaar, zoals in het eID-stelsel wordt vereist.

3. Uitbreiding basisregister reisdocumenten

Gebaseerd op de eisen die vanuit het eID-stelsel worden gesteld is in feite de enige werkbare oplossing het uitbreiden van het huidige basisregister reisdocumenten tot een integraal register, analoog aan het rijbewijzenregister, waarin alle document- en de houdergegevens worden opgenomen. Vanuit dit register kunnen de benodigde gegevens voor het eID-stelsel worden geleverd.

Beleidsmatige aspecten vanuit optiek reisdocumentenstelsel

Een integraal basisregister reisdocumenten is niet alleen noodzakelijk vanuit het oogpunt van het eID-stelsel, maar vergroot ook de betrouwbaarheid en de fraudebestendigheid van het reisdocumentenstelsel zelf.

De gedachte om te komen tot een centrale registratie van reisdocumentgegevens is niet nieuw. Reeds in 2008 zijn de argumenten daarvoor in het kader van het wetsvoorstel tot wijziging van de Paspoortwet in verband met het herinrichten van de reisdocumentenadministratie op een rij gezet (betrouwbaarheid en fraudebestendigheid alsmede plaats- en tijdonafhankelijke dienstverlening)3. Uiteindelijk zijn de bepalingen uit de wijzigingswet die betrekking hadden op de centrale reisdocumentenadministratie niet in werking getreden, nadat bezwaren rezen tegen het centraal opslaan en verstrekken van vingerafdrukken. Dat is inmiddels niet meer aan de orde, de vingerafdrukken worden nu alleen opgeslagen in de chip op het paspoort, en dat blijft ook zo. Ook de foto blijft in deze opzet decentraal opgeslagen, omdat deze geen onderdeel uitmaakt van de gegevens die op centraal niveau noodzakelijk zijn voor het functioneren van het eID-stelsel.

Een integrale registratie biedt daarnaast de mogelijkheid het huidige reisdocumentenstelsel te verbeteren en te vernieuwen. Het nieuwe register kan op termijn «grotendeels» de gegevensopslag in de decentrale reisdocumenten aanvraag- en archiefstations (de archieffunctie) overnemen. Tevens kunnen andere registers, zoals het register paspoortsignaleringen (voor personen aan wie een document moet worden geweigerd) hierin worden geïntegreerd. Dit zal op termijn leiden tot een efficiëntere inrichting (minder separaat te beheren systemen) van het stelsel. Daarmee kom ik tegemoet aan de toezegging die ik u eerder deed om maatregelen te onderzoeken die kunnen bijdragen aan verlaging van de kosten.4 Overigens zal dit aspect van het register pas in een later stadium worden geïmplementeerd. Nu geef ik prioriteit aan de implementatie van die onderdelen die noodzakelijk zijn voor de introductie van de eNIK. Het tijdspad daarvoor is leidend en haalbaar.

Juridische aspecten

Het maken van een dergelijk register vereist dat hiervoor een aparte juridische basis wordt gecreëerd in de Paspoortwet (een Rijkswet). Deze aanpassing zal onderdeel uitmaken van de reeds voorziene wijziging van de Paspoortwet in verband met de introductie van de eNIK. Deze wordt momenteel voorbereid en zal aansluitend op het wetsvoorstel Generieke digitale infrastructuur dat zich in de consultatiefase bevindt, in procedure worden gebracht.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk


X Noot
1

Kamerstuk 26 643, nr. 437.

X Noot
2

Inwoners van Caribisch Nederland en iedereen die voor 1994 uit Nederland is vertrokken.

X Noot
3

Kamerstuk 31 324, nr. 3

X Noot
4

Kamerstuk 25 764, nr. 92

Naar boven