26 643
Informatie- en communicatietechnologie

nr. 1
BRIEF VAN DE MINISTERS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, VOOR GROTE STEDEN- EN INTEGRATIEBELEID EN VAN JUSTITIE EN VAN DE STAATSSECRETARISSEN VAN VERKEER EN WATERSTAAT, VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN EN VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 21 juni 1999

In de ICT-sector dreigt een versnippering van overheidsinitiatieven te ontstaan. Het Kabinet wil hier meer samenhang in aanbrengen.

Deze nota1 beschrijft hoe de overheid bedrijven, burgers en zichzelf wil aanzetten om beter gebruik te maken van de mogelijkheden die ICT biedt. De nota onderscheidt vijf pijlers, die tezamen van essentieel belang zijn voor onze uitgangspositie. Het kabinet wil met deze nota duidelijk aangeven welke ambities er met betrekking tot die vijf pijlers zijn, welke rol de overheid daar voor zichzelf ziet en met welke ICT-activiteiten dit kabinet deze rol invult.

De nota concentreert zich, wat betreft de publieke sector, op het beleid om de inzet van ICT in de publieke sector in zijn totaliteit te stimuleren. Dat laat uiteraard onverlet dat ICT ook kan bijdragen aan het realiseren van afzonderlijke beleidsdoelstellingen van de overheid, zoals het mobiliteitsbeleid, het veiligheidsbeleid en het realiseren van meer efficiency in de sociale zekerheid en de gezondheidszorg.

«De Digitale Delta» is het vervolg op het Nationaal Actieplan Elektronische Snelwegen en vormt het kader waarbinnen tal van concrete ICT-maatregelen van de overheid kunnen worden geplaatst. Deze maatregelen zijn voor een deel al beschreven in nota's die recent aan de Tweede Kamer zijn toegestuurd zoals het Actieplan Electronic Commerce, het Actieplan Investeren in Voorsprong (inmiddels «Onderwijs Online»), de Nota Wetgeving voor de Elektronische Snelweg, het Actieprogramma Elektronische Overheid, de notitie «Kabel en Consument» en de notitie over de zogeheten «Trusted Third Parties». Ook zullen verdere concrete maatregelen op dit gebied worden uitgewerkt in nota's die uw Kamer binnenkort worden toegestuurd, zoals de evaluatie van het Software Actieplan, de vervolgnota over de kabel en de nota over telecommunicatie-ontwikkelingen. «De Digitale Delta» hanteert een tijdshorizon van drie tot vijf jaar. Aanvullend daarop, want met een langere tijdshorizon, zal Staatssecretaris Van der Ploeg van OCenW de gedachtevorming over het beleid van de overheid in de informatiemaatschappij verder uitwerken. Tussen 1999 en 2001 zal daarvoor het programma «Infodrome», een programma van studies, kennisoverdracht en communicatieprojecten, worden uitgevoerd. «Infodrome» is gericht op agendering van de relevante politieke en bestuurlijke ICT-vraagstukken vanaf 2002.

De Minister van Economische Zaken,

A. Jorritsma-Lebbink

De Minister voor het Grote Steden- en Integratiebeleid,

R. H. L. M. van Boxtel

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

J. M. de Vries

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,

F. van der Ploeg

De Staatssecretaris van Financiën,

W. A. F. G. Vermeend


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij de afdeling Parlementaire Documentatie.

Naar boven