nr. 1
BRIEF VAN DE MINISTER-PRESIDENT, MINISTER VAN ALGEMENE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
's-Gravenhage, 7 juni 1999
Ter informatie van uw Kamer doe ik u hierbij toekomen een afschrift van
de brief van heden, waarin de minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
mij verzoekt zijn aanvraag tot inwilliging van het ontslag als minister aan
Hare Majesteit de Koningin door te geleiden. Bij deze brief teken ik het volgende
aan.
De problemen bij de herstructurering van de varkenshouderij, alsmede de
opvattingen van de minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij daarover,
zijn de afgelopen maanden herhaaldelijk in de ministerraad besproken. Bij
de door minister Apotheker in overweging gegeven beleidslijn zijn bedenkingen
geuit van beleidsmatige, juridische, financiële en uitvoeringstechnische
aard.
Medio april is in de ministerraad afgesproken dat in elk geval de begin
juni te verwachten uitspraak inzake het bij het gerechtshof van Den Haag hangende
spoedappèl zou worden afgewacht, teneinde vervolgens tot nadere besluitvorming
te komen op dit complexe dossier. De ministerraad zal het onderwerp opnieuw
bespreken, zodra de minister van LNV daartoe voorstellen doet. De constatering
van minister Apotheker dat hij voor het door hem voorgestane beleid onvoldoende
politiek draagvlak heeft kunnen verwerven, gaat aan het bovenstaande voorbij.
De Minister-President,
Minister van Algemene Zaken,
W. Kok
BIJLAGE
Aan de heer W. Kok
Minister-President
's-Gravenhage, 7 juni 1999
Hierbij deel ik u mede, dat ik geen mogelijkheden zie mijn deelname aan
het Kabinet voort te zetten. De navolgende overwegingen hebben hierbij een
doorslaggevende rol gespeeld.
Zoals u bekend ben ik sinds eind vorig jaar geconfronteerd met beperkingen
ten aanzien van het door mijn voorgestane beleid voor de varkenshouderij.
Dit beleid was erop gericht binnen deze kabinetsperiode o.a. de milieudoelstellingen
voor de varkenssector te realiseren. Ik stuitte daarbij op juridische belemmeringen
bij de uitvoering van de Wet herstructurering varkenshouderij.
Ik constateerde dat de in de huidige wet beoogde aanpak niet tot resultaten
zou kunnen leiden als gevolg van te voorziene jarenlange juridische procedures.
Ik heb daarop een alternatieve aanpak ontwikkeld die de beoogde doelen alsnog
binnen aanvaardbare termijn realiseerbaar zou maken.
Ik moet constateren, dat ik onvoldoende politiek draagvlak heb kunnen
verwerven om dit alternatief onverkort in te zetten. Hierdoor is een belangrijke
mogelijkheid om tot een voortvarende herstructurering van de sector te komen
en uit de juridische impasse te geraken, niet benut.
Dit betreur ik ten zeerste.
Ik heb mij daarom de afgelopen weken diepgaand beraden op mijn positie
en hieruit de uiterste consequentie getrokken. Ik verzoek u bijgaande ontslagaanvrage
aan Hare Majesteit de Koningin door te geleiden.
H. H. Apotheker