nr. 2
MEMORIE VAN TOELICHTING
1. Algemeen
1.1 Aansluiting met de Voorlopige Rekening 1997
In aansluiting op de tweede wijzigingswet van 28 januari 1999, Stb. 62,
wordt met dit wetsvoorstel voorgesteld de begroting van het Ministerie van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) te wijzigen door de uitgaven met f 3,3
miljoen te verlagen en de ontvangsten met f 9,9 miljoen te verhogen.
De mutaties die tot deze wijzigingen leiden, zijn voor het merendeel reeds
verwerkt in de Voorlopige Rekening (Kamerstukken II 1998–1999, 26 430).
De aansluiting tussen de Voorlopige Rekening en dit wetsvoorstel is als
volgt:
(Bedragen x NLG miljoen)
Uitgaven | |
| |
Verlaging vermeld in de Voorlopige Rekening 1998 | f 2,4 (A) |
Nadere mutaties | 0,7 (B) |
Totaal van de
verlaging in dit wetsvoorstel (A+B) | f 3,3 |
| |
Ontvangsten | |
| |
Verhoging vermeld in de Voorlopige Rekening | f 15,4 (C) |
Nadere mutaties | – 5,5 (D) |
Totaal
van de verhoging in dit wetsvoorstel (C+D) | f 9,9 |
1.2 Recapitulatie Slotwet
In dit wetsvoorstel zijn verschillende soorten begrotingsmutaties opgenomen.
Het gaat voornamelijk om mutaties die het verschil tussen de realisatie en
de raming van de tweede suppletore begroting van 1998 verklaren.
Daarnaast worden met deze Slotwet de ramingen van baten en lasten, en
van kapitaaluitgaven en -ontvangsten van het agentschap Directie College ter
Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) gelijkgesteld aan de realisatie.
De bijgevoegde staten omvatten de Rekening 1998 van deze begroting. De
toelichting bij de Rekening wordt u separaat toegezonden, als onderdeel van
het Jaarverslag/financiële verantwoording VWS 1998. Deze toelichting
zal per begrotingsartikel inhoudelijke ingaan op de uitgaven en ontvangsten,
alsmede op de baten en lasten, en de kapitaaluitgaven en -ontvangsten van
het agentschap CBG.
2. Eindejaarsmarge
Op basis van de stand van de Voorlopige Rekening is een bedrag van f 96,5
miljoen op de begroting niet tot besteding gekomen. Via het instrument van
de eindejaarsmarge kan f 91,2 miljoen naar 1999 worden overgeheveld.
Van dit bedrag was reeds f 81,4 miljoen verwerkt in de 2e
Suppletore wet. In de toelichting op de 2e Suppletore wet is aangegeven
dat dit bedrag zal worden aangewend voor dekking van een deel van de hogere
uitgaven in 1999 als gevolg van de kabinetsbesluitvorming om – mede
naar aanleiding van het advies van de Commissie Van Voorden – de overheidsbijdrage
in de arbeidskostenontwikkeling (OVA) in 1998 0,6% hoger vast te stellen.
Bij 2e Suppletore wet kon f 21,3 miljoen van de daarvoor noodzakelijke
onderuitputting nog niet worden gelokaliseerd. Derhalve werd in de 2e suppletore
wet op drie verschillende artikelen een taaktstelling geparkeerd. Inmiddels
is duidelijk dat de totale onderuitputting is opgetreden. De taakstelling
is daarmee gerealiseerd. De onderuitputting heeft zich feitelijk op meerdere
artikelen voorgedaan (zie daarvoor de artikelsgewijze toelichting).
Het restant van de onderuitputting dat meegenomen kan worden in de eindejaarsmarge
bedraagt f 9,8 miljoen. Deze middelen vallen vrij onder het budgettair
kader Rijksbegroting eng (niet-BKZ), en dienen daarom ook in 1999 in deze
budgetdiscipline sector te worden ingezet. In de 1e Suppletore
wet 1999 zal de Kamer worden geïnformeerd over de feitelijke aanwending.
De overschrijding van de uitgaven in 1998 door het RIVM, mede als gevolg
van de versnelling in de verwerking van betalingen, van f 12 miljoen,
kent een spiegelbeeldige mutatie in 1999. De ruimte die daardoor in de BKZ-uitgaven
in 1999 ontstaat, zal gedeeltelijk worden aangewend voor millenniumproblematiek
in de zorg, omdat daar in 1998 f 7,5 miljoen van de beschikbaar gestelde
middelen niet tot besteding is gekomen. Het restant, ad f 5 miljoen,
valt vrij ten behoeve van het generale beeld 1999.
3. Leeswijzer bij de Artikelsgewijze Toelichting (AGT)
Om de leesbaarheid van de AGT te bevorderen zijn de volgende twee beginselen
toegepast.
Bij een overboeking of desaldering tussen twee begrotingsartikelen is
volstaan met één toelichtende tekst. Deze tekst is in beginsel
opgenomen bij het uitgavenartikel dat bij deze overboeking wordt verhoogd.
Bij het andere bij deze overboeking betrokken artikel is de toelichting
beperkt tot de algemene teksten «Overboeking naar uitgavenartikel...»,
of «Zie de toelichting bij uitgavenartikel...».
Mutaties die onbelangrijke verschillen tussen de raming en de realisatie
opheffen zijn per artikel gesaldeerd, en toegelicht met de algemene tekst
«Afsluitende slotwetmutatie».
Dit saldo omvat de volgende verschillen tussen de raming en de realisatie.
– Verschillen die door hun omvang of aard een toelichting onnodig
maken.
– Beleidsarme desalderingen van uitgaven en ontvangsten op de artikelen
personeel en materieel van het kerndepartement.
– Verschillen die betrekking hebben op algemene ontvangsten en op
ontvangen bijdragen van andere begrotingen (desalderingen).
– Verschillen die betrekking hebben op uitgaven of ontvangsten door
het afrekenen van subsidievoorschotten, die in voorgaande jaren zijn verstrekt.
Deze uitgaven en ontvangsten zijn mede afhankelijk van de financiële
resultaten bij de instellingen. Dit gegeven belemmert een goede raming. In
het bijzonder bij de uitgavenartikelen 24.02, 24.04 en 25.01 en de ontvangstenartikelen
23.01, 24.01 en 25.01 leidt dit tot omvangrijke verschillen tussen de raming
en de realisatie.
– Verschillen op de artikelen voor garanties van rente en aflossingen
(uitgavenartikelen 24.08 en 25.04). De desbetreffende instellingen zijn in
principe vrij te bepalen of en wanneer zij tot consolidatie van de garantie
overgaan. Daardoor is de ontwikkeling in de garantieverlening moeilijk goed
te ramen.
Verschillen tussen de verplichtingenraming en -realisatie die geen invloed
hebben op het volume van de kasraming kunnen betrekking hebben op:
– het aangaan van meer verplichtingen met een kaseffect in 1998
en/of latere jaren dan was geraamd in de ontwerpbegroting. Met name de veel
hoger gerealiseerde verplichtingen bij uitgavenartikel 24.09 zijn te verklaren
door dat er in 1998 op basis van het afgesloten convenant met betrekking tot
de doeluitkeringen Maatschappelijke opvang, Vrouwen opvang en Verslavingsbeleid
de verplichtingen structureel moesten worden vastgelegd;
– het aangaan van minder verplichtingen met een kaseffect in 1998
en/of latere jaren dan was geraamd in de ontwerp-begroting;
– hogere of lagere structurele verplichtingen dan in de ontwerpbegroting
was geraamd.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E. Borst-Eilers
ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING
Wetsartikel 1 (Uitgaven/verplichtingen)
(bedragen x NLG 1000)
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2201 Personeel en materieel algemeen | | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 267 168 | 261 389 |
–
Tijdens het uitvoeringsjaar worden uitgaven voor kinderopvang van medewerkers
van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport gedaan. Een deel
van deze uitgaven wordt gefinancierd uit ontvangsten ouderbijdrage en terugontvangsten
van de fiscus (Wet Vermindering Afdracht Loonbelasting) Het ontvangstenartikel
22.01 wordt eveneens verhoogd. | 631 | 631 |
– Incidentele
overheveling van uitgavenartikel 24.09 naar het personeelsbudget in verband
met extra benodigde menskracht bij verslavingsbeleid. | 141 | 141 |
– Overheveling van uitgavenartikel 25.02 ter financiering
van de regionale toetsingscommissies Euthanasie. | 517 | 517 |
– Overheveling naar uitgavenartikel 27.01. | – 200 | – 200 |
– Afsluitende slotwetmutatie. (verplichtingen) | – 3 694 | 0 |
De onderuitputting op dit artikel is voornamelijk het gevolg van: | | |
–
lagere kosten in 1998 voor de nieuwbouw van het kerndepartement (ca.
f 10 miljoen); | | |
– hogere kosten als
gevolg van dubbele bezetting tijdens de verhuizing (f 4,5 miljoen) | – 6 128 | – 6 158 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 258 435 | 256 320 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2202 VUT-uitkeringen en suppletie
wachtgelden trendvolgers | | |
Stand 2e suppletore
begroting 1998 | 555 | 555 |
– Afsluitende slotwetmutatie. | – 555 | – 555 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 0 | 0 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2203 Loonbijstelling | | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 88 | 88 |
– Afsluitende
slotwetmutatie. | – 88 | – 88 |
Stand 3e suppletore
begroting 1998 | 0 | 0 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2205 Onvoorzien | | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 277 | 277 |
– Afsluitende
slotwetmutatie. | – 277 | – 277 |
Stand 3e
suppletore begroting 1998 | 0 | 0 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2206 Sociaal en Cultureel Planbureau | | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 12 842 | 12 842 |
–
Overheveling van uitgavenartikel 24.04 in verband met een onderzoek
naar lokaal preventief jeugdbeleid op basis van het onderzoeksprogramma lokaal
sociaal beleid. | 105 | 105 |
– Overheveling
van uitgavenartikel 24.09 in verband met een bijdrage aan het onderzoeksproject
Welzijn in de lokale samenleving (WLS). | 160 | 160 |
–
Afsluitende slotwetmutatie. | 497 | – 375 |
Stand 3e
suppletore begroting 1998 | 13 604 | 12 732 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2207 Inspectie Jeugdhulpverlening
en Jeugdbescherming | | |
Stand 2e suppletore begroting
1998 | 4 146 | 4 146 |
– Afsluitende
slotwetmutatie. | – 40 | – 40 |
Stand 3e
suppletore begroting 1998 | 4 106 | 4 106 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2208 Internationale samenwerking
en infrastructuur | | |
Stand 2e suppletore begroting
1998 | 4 528 | 4 817 |
– Deze verhoging wordt
veroorzaakt doordat het bedrag van de in 1998 aan te gane verplichtingen met
betrekking tot structurele subsidies hoger is dan in de begroting 1998 werd
voorzien. Voor het volume van de kasuitgaven heeft dit geen gevolgen. | 217 | 0 |
– Afsluitende slotwetmutatie. | – 99 | – 298 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 4 646 | 4 519 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2209 Adviesraden | | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 18 831 | 18 831 |
–
Bijdrage van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij betreffende
een jaarlijkse bijdrage aan de Voedingsgroep van de Gezondheidsraad. Het ontvangstenartikel
22.02 wordt eveneens verhoogd. | 260 | 260 |
De overschrijding
op dit artikel is voornamelijk het gevolg van: | | |
– hogere
uitgaven bij de Gezondheidsraad ten behoeve van automatisering; | | |
–
hogere uitgaven aan vacatiegelden bij de Raad voor Gezondheidsonderzoek | 251 | 129 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 19 341 | 19 220 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2301 Personeel en materieel Inspectie
Gezondheidszorg | | |
Stand 2e suppletore begroting
1998 | 56 609 | 55 639 |
– Overheveling van
uitgavenartikel 25.02 ter financiering van de regionale toetsingscommissies
Euthanasie (zie ook uitgavenartikel 22.01). | 24 | 24 |
–
Afsluitende slotwetmutatie. | 471 | 467 |
Stand 3e suppletore begroting
1998 | 57 104 | 56 130 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2402 Ouderenbeleid | | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 25 343 | 31 222 |
–
In 1998 worden meer verplichtingen aangegaan met een kaseffect in 1999
(en latere jaren) dan in de ontwerpbegroting is voorzien. Voor het volume
van de kasuitgaven heeft dit geen gevolgen. | 2 877 | 0 |
– Afsluitende slotwetmutatie. | – 343 | – 224 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 27 877 | 30 998 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2403 Gehandicaptenbeleid | | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 28 733 | 28 407 |
–
In 1998 worden meer verplichtingen aangegaan met een kaseffect in 1999
(en latere jaren) dan in de ontwerpbegroting is voorzien. Voor het volume
van de kasuitgaven heeft dit geen gevolgen. | 1 969 | 0 |
– De onderuitputting op dit artikel is voornamelijk
het gevolg van het later van start gaan van de projecten in het kader van
«Families first». | – 604 | – 604 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 30 098 | 27 803 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2404 Jeugdbeleid | | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 1 358 914 | 1 321 859 |
– In verband met de regels ten aanzien van het bruto boeken
van uitgaven en ontvangsten worden de des- en herinvesteringen ten behoeve
van de Jeugdhulpverlening op de begroting zichtbaar gemaakt. Als gevolg van
de verkoop van een pand in Bosch en Duin wordt dit uitgavenartikel verhoogd,
evenals het ontvangstenartikel 24.03. | 261 | 261 |
–
Overboeking naar uitgavenartikel 22.06. | – 105 | – 105 |
– De onderuitputting op dit artikel is voornamelijk
het gevolg van Vertraging bij de uitvoering van projecten, te laat indienen
van declaraties pleegzorg en de afhankelijkheid voor de voortgang van derden
op het gebied van projecten rond thuisloze jongeren, buitenschoolse opvang
en monitoring jeugd. | – 5 746 | – 4 517 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 1 353 324 | 1 317 498 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2405 Verzetsdeelnemers, vervolgden
en burgeroorlogsgetroffenen | | |
Stand 2e suppletore
begroting 1998 | 870 098 | 870 896 |
De onderuitputting
op dit artikel is voornamelijk het gevolg van: | | |
– lagere
uitgaven aan de uitkeringen en pensioenen WUV en WBP (f 8,3 mln); | | |
– lagere apparaatsuitgaven (f 3,8 mln) en | | |
–
vertraging bij de uitvoering van projecten (f 0,5 mln). | – 12 926 | – 12 642 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 857 172 | 858 254 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2407 Sportbeleid | | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 59 102 | 56 579 |
–
In 1998 worden meer verplichtingen aangegaan met een kaseffect in 1999
(en latere jaren) dan in de ontwerpbegroting is voorzien. Voor het volume
van de kasuitgaven heeft dit geen gevolgen. | 2 161 | 0 |
– Afsluitende slotwetmutatie. | – 230 | – 245 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 61 033 | 56 334 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2408 Garantie van rente en aflossing
van leningen welzijn | | |
Stand 2e suppletore begroting
1998 | 19 562 | 0 |
– Afsluitende slotwetmutatie | 12 473 | 0 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 32 035 | 0 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2409 Sociaal Beleid | | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 570 815 | 572 347 |
–
Overboeking naar het ministerie van Justitie in verband met compensatie
financiële consequenties als gevolg van het rapport Producten en middelen
Commissie Gelijke behandeling. | – 100 | – 100 |
– In 1998 worden meer verplichtingen aangegaan met een kaseffect
in 1999 (en latere jaren) dan in de ontwerpbegroting is voorzien. Voor het
volume van de kasuitgaven heeft dit geen gevolgen. Dit wordt met name veroorzaakt
door uitgegane beschikkingen ten behoeve van in 1999 te realiseren inburgeringstrajecten | 80 649 | 0 |
– Deze verhoging wordt veroorzaakt doordat het bedrag van
de in 1998 aan te gane verplichtingen met betrekking tot structurele subsidies
hoger is dan in de begroting 1998 werd voorzien. Voor het volume van de kasuitgaven
heeft dit geen gevolgen (zie ook paragraaf 3 van het Algemeen deel van
de toelichting). | 316 899 | 0 |
– Overboeking
naar uitgavenartikel 22.01. | – 141 | – 141 |
–
Overboeking naar uitgavenartikel 22.06. | – 160 | – 160 |
– De overschrijding op dit artikel is voornamelijk
het gevolg van het feit, dat bij 2e Suppletore wet f 6
miljoen van de totale nog te realiseren onderuitputting op de begroting ter
dekking van een deel van de hogere OVA-uitgaven op dit artikel als taakstelling
was geparkeerd. Naar nu blijkt heeft de onderuitputting zich op andere artikelen
gemanifesteerd (zie ook het algemeen deel van de Memorie van toelichting) | 5 446 | 5 480 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 973 589 | 577 426 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2501 Volksgezondheid algemeen | | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 199 757 | 130 917 |
–
Overheveling naar uitgavenartikel 25.02. | – 4 656 | – 4 656 |
– Deze verhoging wordt veroorzaakt doordat het bedrag van
de in 1998 aan te gane verplichtingen met betrekking tot structurele subsidies
hoger is dan in de begroting 1998 werd voorzien. Voor het volume van de kasuitgaven
heeft dit geen gevolgen. | 14 793 | 0 |
| | |
De onderuitputting
op dit artikel is voornamelijk het gevolg van: | | |
– lager ingediende
declaraties door leden van de medische tuchtcolleges; | | |
–
vertraging in de uitgaven van de in 1998 reeds gestarte verkorte opleiding
kraamzorg; | | |
– lagere uitgaven betreffende
de Wet Orgaandonatie als gevolg van het uitvoeren van minder activiteiten
dan was voorzien. | – 7 056 | – 7 056 |
Loonbijstelling nominaal | 288 | 288 |
Stand 3e
suppletore begroting 1998 | 203 126 | 119 493 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2502 Volksgezondheidsbeleid | | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 415 991 | 403 869 |
–
In de ontwerpbegroting 1999 is, om de begro- tingsindeling beter
te laten aansluiten op de organisatorische indeling van de beleidsterreinen
is een beperkte herstructurering van de indeling van de begroting doorgevoerd.
Op dat moment had deze herstructurering uiteraard ook in de 2e
Suppletore wet moeten worden verwerkt. Dat is echter achterwege gebleven.
Deze herindeling is louter administratief-technisch van aard en heeft geen
enkele financiële gevolgen voor de gesubsidieerden. Uitgavenartikel 25.01
is met dezelfde bedragen verlaagd. | 4 656 | 4 656 |
– Overheveling naar de uitgavenartikelen 22.01 en 23.01. | – 541 | 541 |
– In 1998 worden meer verplichtingen
aangegaan met een kaseffect in 1999 (en latere jaren) dan in de ontwerpbegroting
is voorzien. Voor het volume van de kasuitgaven heeft dit geen gevolgen. Dit
is met name het gevolg van de meerjarige subsidietoezegging aan het Patiëntenfonds. | 79 613 | 0 |
– Afsluitende slotwetmutatie. | 3 264 | 3 160 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 502 991 | 411 144 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2503 Rijksbijdragen volksgezondheid | | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 7 060 390 | 7 079 674 |
– Dit uitgavenartikel wordt verhoogd in verband met terugontvangsten
reserves verzorgingstehuizen, die weer worden ingezet in het kader van de
overgangswet verzorgingshuizen. Het ontvangstenartikel 24.01 wordt eveneens
verhoogd. | 7 000 | 7 000 |
– Afsluitende
slotwetmutatie, met betrekking tot verplichtingen op het gebied van arbeidsmarktbeleid. | – 5 508 | 0 |
– Afsluitende
slotwetmutatie. | 1 260 | 1 260 |
Stand 3e suppletore
begroting 1998 | 7 063 142 | 7 087 934 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2504 Garantie van rente en aflossing
van leningen volksgezondheid | | |
Stand 2e suppletore
begroting 1998 | 30 000 | 0 |
– Afsluitende
slotwetmutatie | – 30 000 | 0 |
Stand 3e suppletore
begroting 1998 | 0 | 0 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2601 Inspectie Gezondheidsbescherming,
Waren & Veterinaire zaken | | |
Stand 2e suppletore
begroting 1998 | 105 563 | 105 563 |
–
Afsluitende slotwetmutatie. | 2 749 | 984 |
Stand 3e suppletore
begroting 1998 | 108 312 | 106 547 |
| Verplichtingen | Uitgaven |
---|
Artikel 2701 Personeel en materieel RIVM | | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 266 491 | 271 751 |
–
Overboeking naar het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening
en Milieu in verband met een financiële bijdrage ten behoeve van een
door het ministerie van VROM opgezet onderzoeksproject (Gasturbine). | – 3 069 | – 3 069 |
– Overheveling
van uitgavenartikel 22.01 in verband met de inpassing van activiteiten bij
het RIVM op het gebied van het «Collaborating centre for the ICIDH voor
de WHO in het kader van de Volksgezondheid Toekomstverkenning. | 200 | 200 |
– Dit uitgavenartikel wordt verhoogd in verband met een
bijdrage van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieu met betrekking tot de prijscompensatie 1998. Het corresponderende ontvangstenartikel
27.01 wordt hierdoor eveneens verhoogd. | 138 | 138 |
–
Afsluitende slotwetmutatie. (verplichtingen) | 31 390 | 0 |
–
De overschrijding op dit artikel is voornamelijk het gevolg van hogere
uitgaven voor inhuur van vervangend en extern personeel en ongepland snelle
verwerking van betalingen voor materiële uitgaven. | 13 203 | 12 846 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 308 353 | 281 866 |
ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING
Wetsartikel 2 (Ontvangsten)
(bedragen x NLG 1000)
| Ontvangsten |
---|
Artikel 2201 Algemeen | |
Stand 2e suppletore
begroting 1998 | 5 114 |
– Zie de toelichting bij uitgavenartikel
22.01. | 631 |
– Afsluitende slotwetmutatie. | 894 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 6 639 |
| Ontvangsten |
---|
Artikel 2202 Overige ontvangsten andere begrotingen en organisaties | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 3 600 |
– Zie de toelichting
bij uitgavenartikel 22.09. | 260 |
De hogere ontvangsten op
dit artikel zijn voornamelijk het gevolg van niet geraamde bijdragen van: | |
– het ministerie van Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking
in het kader van het raamverdrag inzake een nauwere samenwerking tussen Nederland
en Suriname (f 0,8 miljoen); | |
– diverse ministeries
ten behoeve van diverse projecten op sociaal gebied (f 0,8 miljoen); | |
– diverse ministeries en overige instellingen (f 0,5
miljoen) | 2 093 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 5 953 |
| Ontvangsten |
---|
Artikel
2301 Inspectie Gezondheidszorg | |
Stand 2e suppletore
begroting 1998 | 15 485 |
– De lagere
ontvangsten op dit artikel zijn voornamelijk het gevolg van het feit dat een
deel van de ontvangsten met betrekking tot de in 1998 voorziene registraties
op basis van de wet BIG, al in 1997 waren gerealiseerd. | – 3 385 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 12 100 |
| Ontvangsten |
---|
Artikel 2401 Welzijn algemeen | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 81 982 |
– Zie de toelichting
bij uitgavenartikel 25.03. | 7 000 |
De hogere ontvangsten
op dit artikel zijn voornamelijk het gevolg van: | |
– afrekeningen
oude jaren op sociaal gebied in verband met een lagere realisatie van het
aantal inburgeringstrajecten in 1994; | |
– afrekening
van het subsidie 1996 aan verzorgingshuizen met een bijzondere functie | 4 882 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 93 864 |
| Ontvangsten |
---|
Artikel 2402 Bijdrage van andere begrotingen | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 27 548 |
– Afsluitende
slotwetmutatie. | 513 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 28 061 |
| Ontvangsten |
---|
Artikel 2403 Jeugdbeleid | |
Stand 2e
suppletore begroting 1998 | 18 683 |
– Zie de toelichting
bij uitgavenartikel 24.04. | 261 |
– Afsluitende
slotwetmutatie. | – 117 |
Stand 3e suppletore begroting
1998 | 18 827 |
| Ontvangsten |
---|
Artikel 2501 Volksgezondheid algemeen | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 126 882 |
– Deze
slotwetmutatie is voornamelijk het gevolg, dat bij de 2e Suppletore
wet f 5 miljoen van de totale nog te realiseren onderuitputting op de
begroting ter dekking van een deel van de hogere OVA-uitgaven op dit artikel
als taakstelling was geparkeerd. Naar nu blijkt heeft de onderuitputting zich
op andere artikelen gemanifesteerd (zie ook het algemeen deel van de Memorie
van toelichting). | – 3 613 |
Stand 3e suppletore
begroting 1998 | 123 269 |
| Ontvangsten |
---|
Artikel 2502 Medische tuchtwet | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 20 |
– Afsluitende
slotwetmutatie. | – 16 |
Stand 3e suppletore begroting
1998 | 4 |
| Ontvangsten |
---|
Artikel 2601 Inspectie Gezondheidsbescherming, Waren &
Veterinaire zaken | |
Stand 2e suppletore begroting 1998 | 2 500 |
– De lagere ontvangsten op dit artikel zijn
voornamelijk het gevolg van minder afgegeven gezondheidsverklaringen, doordat
deze niet meer binnen de Europese gemeenschap verplicht zijn. | – 384 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 2 116 |
| Ontvangsten |
---|
Artikel 2701 RIVM | |
Stand 2e suppletore
begroting 1998 | 66 246 |
– Afsluitende slotwetmutatie. | 770 |
Stand 3e suppletore begroting 1998 | 67 016 |
| Ontvangsten |
---|
Artikel
2702 Bijdrage van begroting XI inzake het RIVM | |
Stand
2e suppletore begroting 1998 | 76 342 |
– Zie
de toelichting bij uitgavenartikel 27.01. | 138 |
Stand 3e suppletore
begroting 1998 | 76 480 |
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E. Borst-Eilers