26 488 Behoeftestelling vervanging F-16

Nr. 433 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 juni 2017

Het Amerikaanse Government Accountability Office (GAO) heeft op 24 april jl. zijn jaarlijkse voortgangsrapport over het F-35 programma gepubliceerd, getiteld «F-35 JOINT STRIKE FIGHTER, DOD Needs to Complete Developmental Testing Before Making Significant New Investments». Het rapport treft u bijgaand aan1.

Achtergrond van het GAO-rapport

Het GAO, dat vergelijkbaar is met de Algemene Rekenkamer, publiceert sinds 2009 jaarlijks een rapport over de voortgang van het F-35 programma. Het is bestemd voor leden van het Amerikaanse congres. Het GAO was de afgelopen jaren kritisch over het programma en heeft diverse keren aanbevelingen ter verbetering gedaan. Het Pentagon heeft veel van de eerdere aanbevelingen van het GAO ter harte genomen. Dit heeft geleid tot aanpassingen in het F-35 programma.

Voortgang van het F-35 programma

In het voortgangsrapport van 24 april jl. stelt het GAO drie thema’s aan de orde.

Voltooiing van de ontwikkeling van het toestel

Het F-35 programma vordert gestaag en nadert het einde van de ontwikkelings- en testfase (System Development and Demonstration, SDD). Het GAO schat echter dat de ontwikkelingsfase langer, tot mei 2018, kan gaan duren en voor de Verenigde Staten $ 1,7 miljard extra kan kosten. Het GAO merkt op dat vertraging van de ontwikkelings- en testfase kan leiden tot een later begin van de operationele testfase en, als gevolg daarvan, tot een later moment waarop de Amerikaanse Marine een eerste operationele eenheid beschikbaar heeft. Dat is nu gepland voor 2018. Bovendien verschuift dan het moment waarop de fabrikant hogere aantallen toestellen per jaar mag produceren2.

Toekomstige Amerikaanse investeringen

De F-35 wordt stapsgewijs ontwikkeld. Tijdens de ontwikkelings- en testfase wordt het toestel ontwikkeld tot en met softwareversie block 3F. Die software is beschikbaar en wordt nu getest. Het F-35 Joint Program Office (JPO) bereidt inmiddels de verdere doorontwikkeling (block 4) voor. Het GAO plaatst echter vraagtekens bij Amerikaanse investeringen in de doorontwikkeling na block 3F. Het stelt dat het aannemelijk is dat de testresultaten van block 3F effect hebben op de eisen voor block 4 en dat beter eerst de testresultaten kunnen worden afgewacht voordat wordt verder gegaan met block 4.

Daarnaast wijst het GAO erop dat het Amerikaanse congres meer informatie moet worden verschaft over de kosten en besparingsmogelijkheden die samenhangen met de aanschaf van grotere hoeveelheden onderdelen en materialen (Economic Order Quantity, EOQ). De beoogde aanschaf van grotere bestelhoeveelheden moet tot kostenvoordelen leiden.

Productie en betrouwbaarheid van het toestel

Het GAO is, evenals voorgaande jaren, positief over de productie van toestellen. De trend van toenemende aantallen geleverde toestellen, afnemende aantallen productiemanuren en toenemende doelmatigheid houdt aan. Het lagere aantal productiemanuren duidt volgens het GAO op een volwassen productieproces. Evenals vorig jaar wijst het GAO erop dat er wel verbeteringen mogelijk zijn in de logistieke keten van het productieproces. Zo leveren leveranciers soms onderdelen te laat.

Het GAO stelt dat ook de motorenfabrikant Pratt & Whitney de doelmatigheid heeft verbeterd. Het benodigde aantal manuren voor de productie van een motor is in de eerste productieperiode snel gedaald en vervolgens gestabiliseerd. Nu zijn nog beperkte verbeteringen te verwachten. De kosten van reparatie, opnieuw uitgevoerd werk en restmateriaal zijn in 2016 verder gedaald. Om de verdere productiegroei te garanderen onderzoekt de fabrikant de mogelijkheid om voor sommige onderdelen meer leveranciers te selecteren. Ook laat de fabrikant onderdelen eerder dan gepland leveren.

Zoals bekend neemt de bedrijfszekerheid van het toestel toe, maar blijft deze nog achter bij de planning. Het GAO merkt daarover op dat de trend positief is en dat er nog tijd is voor verdere verbetering.

Aanbevelingen en reactie Pentagon

Het GAO-rapport eindigt met drie aanbevelingen. De eerste aanbeveling is de kosten en de planning van de ontwikkelings- en testfase opnieuw te beoordelen. In een reactie heeft het Pentagon laten weten het niet met het GAO eens te zijn omdat de planning en kosten onlangs al opnieuw zijn beoordeeld. Het Pentagon zal de aannames en beslissingen periodiek opnieuw beoordelen. Ook heeft het Pentagon het JPO al opdracht gegeven rekening te houden met voortzetting van de ontwikkelings- en testfase tot mei 2018 en heeft het daarvoor de benodigde budgetten gereserveerd.

Het GAO beveelt ook aan de doorontwikkeling van block 4 te vertragen. Het Pentagon is het ook met deze aanbeveling niet eens omdat uitstel tot forse vertraging zou leiden, waardoor nieuwe operationele capaciteiten later beschikbaar komen. En die capaciteiten zijn nodig om nieuwe dreigingen het hoofd te kunnen bieden.

De derde en laatste aanbeveling betreft het beschikbaar stellen van een gedetailleerd rapport aan het Amerikaanse congres over de kosten en opbrengsten van een bestelling van onderdelen en materialen voor meerdere productiejaren (EOQ). Het Pentagon zal het congres informeren en een voorstel doen over de EOQ.

Beoordeling GAO-rapport

De bevindingen en conclusies van het GAO zijn niet verrassend, omdat deze al in eerdere GAO-rapporten zijn gemeld of overeenkomen met bevindingen of uitspraken van andere instanties die het F-35 programma volgen. Zo heeft de Director of Operational Test and Evaluation (DOT&E) eerder gewezen op het risico van een langere ontwikkelings- en testfase (zie ook Kamerstuk 26 488, nr. 430).

Het F-35 programma nadert het einde van de ontwikkelings- en testfase en het Pentagon wil deze fase zo spoedig mogelijk (uiterlijk in mei 2018) voltooien. Hogere kosten in die fase zijn voor Amerikaanse rekening. Nederland betaalt daaraan niet mee.

Het is in deze fase van het complexe programma de bedoeling om technische onvolkomenheden aan het licht te brengen, zodat die voor aanvang van de operationele testfase kunnen worden gecorrigeerd. Voor Nederland is de testfase vooral van belang in verband met de geplande eerste operationele capaciteit (eind 2021). Zoals in de voortgangsrapportages van september 2016 en maart 2017 (Kamerstuk 26 488, nrs. 416 en 431) is uiteengezet strookt de Amerikaanse planning met de Nederlandse. Evenals het Pentagon hecht Defensie aan de doorontwikkeling van de F-35 en aan de tijdige beschikbaarheid van nieuwe capaciteiten. Defensie volgt de ontwikkelingen op de voet en rapporteert daarover in de voortgangsrapportages Verwerving F-35.

De Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Full-rate production kan ingaan na afloop van de SDD-fase

Naar boven