nr. 212
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 januari 2010
Op 27 oktober 2009 heeft de vaste commissie voor Defensie in een
brief de herijking van de informatiebehoefte inzake de jaarrapportages van
het grote project Vervanging F-16 (kenmerk 2009Z19758/2009D52267) aan de orde
gesteld. De voorbereiding van de jaarrapportage van het project Vervanging
F-16 over 2009 is inmiddels begonnen en de minister van Economische Zaken
en ik streven ernaar de Kamer deze begin april 2010 aan te bieden. Bij de
opstelling van de jaarrapportage vormt de herijkte informatiebehoefte zoals
beschreven in de bovengenoemde brief van 27 oktober jl. het uitgangspunt.
Vooruitlopend op de jaarrapportage zal ik, mede namens de minister van Economische
Zaken, in deze brief ingaan op enige aspecten van de herijkte informatiebehoefte.
De Kamer heeft met ingang van de jaarrapportage over het jaar 2009 onder
meer gevraagd om standaard informatie op te nemen over de exploitatiekosten
van de F-35 en de gerelateerde kosten die buiten de projectdefinitie vallen,
een financieel overzicht van de meerjarenplanning en informatie over alternatieven
en eventuele uitstap- en uitstelkosten. Aan dit verzoek zal worden voldaan
door met geactualiseerde informatie te rapporteren op basis van de opzet van
het addendum dat bij de jaarrapportage over 2008 is verstrekt (Kamerstuk 26 488,
nrs. 167 en 173). De financiële informatie zal worden weergegeven
in het prijspeil van het jaar waarover wordt gerapporteerd. Daarnaast zal
ter wille van de vergelijkbaarheid sommige financiële informatie ook
in het prijspeil van eerdere jaren worden weergegeven.
In de toelichting op de brief van de vaste commissie voor Defensie wordt
verzocht in de jaarrapportages een overzicht op te nemen van de kosten van
de Advanced F-16, de Eurofighter, de F-35, de
Rafale en de Saab Gripen NG. Aan dit verzoek kan ik om de volgende redenen
niet volledig voldoen. In juli 2008 hebben de producenten van de Eurofighter
en de Rafale laten weten geen medewerking te zullen verlenen aan de actualisering
van de kandidatenevaluatie voor de vervanging van de F-16. De Kamer
is daarover geïnformeerd met de brief van 17 juli 2008 (Kamerstuk
26 488, nr. 99).
Tijdens de gesprekken die ik hierover met de fabrikanten heb gevoerd is
aan de orde geweest dat een besluit om niet te participeren in de kandidatenevaluatie
zou betekenen dat Defensie hun toestellen de facto niet langer als kandidaat
zal beschouwen. De fabrikanten waren zich hiervan bewust. Daarom zal ik over
deze toestellen informatie uit openbare bronnen in de jaarrapportage opnemen.
Over de kosten van de Advanced F-16 en de
Saab Gripen NG is de Kamer geïnformeerd met deel 4 van het rapport over
de kandidatenevaluatie dat de Kamer op 18 december 2008 vertrouwelijk
is aangeboden (Kamerstuk 26 488, nr. 129). Op basis van informatie
uit openbare bronnen zal in de jaarrapportage over 2009 worden ingegaan op
ontwikkelingen rondom de Advanced F-16 en de Saab
Gripen NG op het gebied van onder meer de voortgang in de (door)ontwikkeling
van de toestellen en de orderportefeuille. Met betrekking tot de geluidsaspecten
van de F-35, de Advanced F-16 en de Saab Gripen
NG zal de jaarrapportage zich beperken tot de hoofdlijnen van de rapporten
van het NLR uit 2009.
Voorts verzoekt de commissie in de toekomstige jaarrapportages een overzicht
en uiteenzetting van de bevindingen op te nemen uit audits die bij de ministeries
zijn uitgevoerd in het kader van het project Vervanging F-16. Zoals elk jaar
zal het assurance rapport van de Auditdienst Defensie
en de Auditdienst Economische Zaken conform de regeling grote projecten als
afzonderlijk document worden aangeboden. Ik streef ernaar de jaarrapportage
over 2009 en het bijbehorende assurance rapport
net als de afgelopen jaren gelijktijdig aan te bieden. In de jaarrapportage
zal daarom alleen worden ingegaan op bevindingen van andere audits, zoals
het rapport «Monitoring verwerving Joint Strike Fighter» van de
Algemene Rekenkamer.
Daarnaast verzoekt de commissie in de jaarrapportage over 2009 in te gaan
op de reden van elke vertraging die is opgetreden in het arbitrageproces van
de JSF businesscase. De minister van Economische
Zaken heeft de Kamer op 27 november jl. geïnformeerd over de uitkomst
van de arbitrage (Kamerstuk 26 488, nr. 207). In deze brief is gemeld
dat overleg met de sector gaande is over een ook voor de industrie verantwoorde
uitvoering van dit vonnis, waarbij wordt gestreefd naar een goede balans tussen
de afdrachtverplichting van de industrie en overige belangen die in het geding
zijn. Na voltooiing van dit overleg zal de Kamer afzonderlijk worden geïnformeerd
over de resultaten van het overleg en het arbitrageproces. In de jaarrapportage
zal derhalve op hoofdlijnen worden gerapporteerd over de arbitrage.
De staatssecretaris van Defensie,
J. G. de Vries