nr. 13
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN DE LEDEN NIEDERER EN DUIJKERS TER
VERVANGING VAN DE AMENDEMENTEN GEDRUKT ONDER DE NRS. 11 EN 12
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
Artikel I, onderdeel I, wordt als volgt gewijzigd:
A. Aan artikel 362 wordt een lid toegevoegd, dat luidt:
3. Hij die een feit als omschreven in het eerste lid begaat in verband
met zijn hoedanigheid van minister, staatssecretaris, commissaris van de Koning,
gedeputeerde, burgemeester, wethouder of lid van een algemeen vertegenwoordigend
orgaan, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete
van de vijfde categorie.
B. Aan artikel 363 wordt een lid toegevoegd, dat luidt:
3. Hij die een feit als omschreven in het eerste lid begaat in verband
met zijn hoedanigheid van minister, staatssecretaris, commissaris van de Koning,
gedeputeerde, burgemeester, wethouder of lid van een algemeen vertegenwoordigend
orgaan, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete
van de vijfde categorie.
II
Artikel I, onderdeel K, komt als volgt te luiden:
K
In artikel 380, tweede lid, wordt «in de artikelen 359, 363, 364,
366, 373, laatste lid, en 379 eerste lid, omschreven misdrijven» vervangen
door: in de artikelen 359, 362 tot en met 364, 366, 373, laatste lid, en 379,
eerste lid, omschreven misdrijven.
Toelichting
Voorgesteld wordt om de strafmaat te verhogen voor politieke ambtsdragers
die terzake van omkoping worden veroordeeld. Door verhoging van de maximale
gevangenisstraf met twee jaar wordt, nu de gevangenisstraf een hoofdstraf
is, beter uitdrukking gegeven aan het laakbare van corrumptief gedrag van
politieke ambtsdragers dan wanneer zij de bijkomende straf van ontzetting
uit het kiesrecht krijgen opgelegd. Voorgesteld wordt dan ook om deze bijkomende
straf te schrappen ten gunste van verhoging van de maximale gevangenisstraf.
Niederer
Duijkers