26 463
Regels omtrent het transport en de levering van gas (Gaswet)

nr. 81
NADER GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID WITTEVEEN-HEVINGA C.S. TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 69

Ontvangen 30 maart 2000

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

Na paragraaf 1.1 wordt een nieuwe paragraaf toegevoegd, luidende:

Paragraaf 1.1A. Aanwijzing van netbeheerders

Artikel 1a

1. Een natuurlijke persoon of een rechtspersoon aan wie een gastransportnet toebehoort, wijst voor het beheer van dat net, ten behoeve van de uitvoering van de taken, bedoeld in de artikelen 2 en 31 en hoofdstuk 2, een of meer naamloze of besloten vennootschappen als netbeheerder aan.

2. De in het eerste lid bedoelde verplichting geldt niet voor de vennootschap, genoemd in artikel 33a.

3. Onverminderd artikel 1e geldt een aanwijzing als bedoeld in het eerste lid voor een periode van tien jaar, te rekenen vanaf de dag waarop Onze Minister heeft ingestemd met de aanwijzing op grond van artikel 1c, tweede lid.

Artikel 1b

1. Een rechtspersoon die de productie, de aankoop of de levering van gas verricht wordt niet aangewezen als netbeheerder.

2. De statuten van de netbeheerder bevatten in ieder geval:

a. de instelling van een raad van commissarissen en

b. de bepaling dat de leden van het bestuur en de meerderheid van de leden van de raad van commissarissen direct noch indirect een binding hebben met een rechtspersoon die de productie, aankoop of levering van gas verricht.

c. de bepaling dat de aandeelhouders van de netbeheerder zich onthouden van iedere bemoeiing met de uitvoering van de taken als bedoeld in de artikel 2 en 31 en hoofdstuk 2.

3. Een netbeheerder mag een activiteit als bedoeld in het eerste lid uitoefenen indien die activiteit een met het transport noodzakelijkerwijs verbonden dienst is.

Artikel 1c

1. De netbeheerder meldt aan Onze Minister onverwijld na zijn aanwijzing zijn naam en adres en de naam en het adres van zijn aandeelhouders en zendt aan de minister een beschrijving van het gastransportnet dat door hem wordt beheerd. Tenminste eenmaal per jaar meldt hij Onze Minister iedere wijziging van de namen of adressen en zendt hij hem een beschrijving van de wijziging van het gastransportnet dat door hem wordt beheerd.

2. De aanwijzing behoeft de instemming van Onze Minister. De Minister onthoudt zijn instemming of kan voorschriften verbinden aan de instemming, indien niet is voldaan aan artikel 1b of indien de aangewezen netbeheerder in onvoldoende mate in staat zal zijn aan een taak als bedoeld in de artikelen 2 en 31 en hoofdstuk 2 te voldoen.

3. Indien Onze Minister voorschriften verbindt aan zijn instemming, strekken deze er slechts toe de geconstateerde tekortkomingen, bedoeld in het tweede lid, weg te nemen.

Artikel 1d

1. Indien een natuurlijke persoon of een rechtspersoon als bedoeld in artikel 1a, eerste lid, in gebreke blijft met het aanwijzen van een netbeheerder binnen twaalf weken na het inwerkingtreden van dit artikel, binnen vier weken na de aanleg van een gastransportnet dan wel onverwijld na het intrekken of vervallen van een eerdere aanwijzing, wijst Onze Minister een naamloze of besloten vennootschap aan als netbeheerder van dat gastransportnet.

2. Indien Onze Minister vaststelt dat niet meer voldaan wordt aan artikel 1b kan hij de desbetreffende netbeheerder opdragen door hem noodzakelijk geachte voorzieningen te treffen.

3. Indien een netbeheerder niet voldoet aan een opdracht als bedoeld in het tweede lid, kan Onze Minister de aanwijzing van de desbetreffende netbeheerder vervangen door een aanwijzing van een andere naamloze of besloten vennootschap als netbeheerder.

Artikel 1e

1. Een natuurlijke persoon of een rechtspersoon als bedoeld in artikel 1a, eerste lid, kan met inachtneming van een redelijke termijn de aanwijzing van een netbeheerder vervangen door de aanwijzing van een andere naamloze of besloten vennootschap als netbeheerder.

2. Ingeval van fusie, splitsing, ontbinding of faillissement van de vennootschap die als netbeheerder is aangewezen, vervalt de aanwijzing als netbeheerder van rechtswege en wijst de natuurlijk persoon of de rechtspersoon, bedoeld in artikel 1a, eerste lid, onverwijld een naamloze of besloten vennootschap als netbeheerder aan. Deze vennootschap kan dezelfde zijn als de vennootschap die daarvoor als netbeheerder was aangewezen.

3. Een natuurlijke persoon of een rechtspersoon als bedoeld in artikel 1a, eerste lid, wijst voor afloop van de periode bedoeld in artikel 1a, derde lid, een naamloze of besloten vennootschap als netbeheerder aan voor de daarop aansluitende periode. Deze vennootschap kan dezelfde zijn als die daarvoor als netbeheerder was aangewezen.

4. De artikelen 1a tot en met 1d zijn van overeenkomstige toepassing op de aanwijzing als netbeheerder, bedoeld in het eerste, tweede of derde lid.

Artikel 1f

1. Een rechtspersoon die de productie, de aankoop of de levering van gas verricht, onthoudt zich van iedere bemoeienis met de uitvoering van de taken die een netbeheerder ingevolge de artikelen 2 en 31 en hoofdstuk 2 heeft, tenzij de netbeheerder hem als verwant bedrijf uitdrukkelijk verzoekt een met het transport noodzakelijkerwijs verbonden dienst te verrichten.

2. Onder behoud van de verantwoordelijkheid van de netbeheerder voor de volledige en juiste uitvoering van zijn taak in het kader van het beheer van een gastransportnet, kunnen de werkzaamheden, bedoeld in artikel 2, worden verricht door een rechtspersoon die niet als netbeheerder is aangewezen.

Artikel 1g

1. De netbeheerder verschaft Onze Minister eenmaal in elke twee jaar zo nauwkeurig mogelijke ramingen van de totale behoefte aan capaciteit voor het transport van gas met behulp van de door hem beheerde netten in het eerste tot en met het zevende jaar na het jaar, waarin de ramingen worden vastgesteld. Hij vermeldt daarbij de gemaakte vooronderstellingen en brengt de van belang zijnde onderscheidingen aan.

2. Tevens geeft de netbeheerder op basis van de ramingen aan op welke wijze hij in het eerste tot en met het zevende jaar na het jaar, waarin de ramingen worden vastgesteld, zal voorzien in de totale behoefte aan capaciteit voor het transport van gas met behulp van de door hem beheerde netten.

3. Bij ministeriële regeling worden nadere regels gesteld ten aanzien van de inhoud van de ingevolge het eerste en tweede lid te verschaffen gegevens.

Artikel 1h

1. Indien naar het oordeel van Onze Minister uit de gegevens, bedoeld in artikel 1g, of anderszins blijkt dat een netbeheerder in onvoldoende mate of op een ondoelmatige wijze kan of zal kunnen voorzien in de totale behoefte aan capaciteit voor het transport van gas met behulp van de door hem beheerde netten, dan wel op een wijze die onvoldoende de veiligheid, doelmatigheid en betrouwbaarheid van de netten waarborgt en het milieu ontziet of duurzaamheid waarborgt, kan Onze Minister aan de desbetreffende netbeheerder opdragen voorzieningen te treffen teneinde zeker te stellen dat het transport van gas in voldoende mate plaatsvindt, op een wijze die de veiligheid, doelmatigheid en betrouwbaarheid van de netten waarborgt en het milieu ontziet of duurzaamheid waarborgt.

2. Onze Minister is bevoegd tot toepassing van bestuursdwang ter handhaving van de opdracht, bedoeld in het eerste lid.

II

In artikel 7, eerste lid, wordt «De directeur-generaal kan op aanvraag een gastransportbedrijf tijdelijk ontheffing verlenen» vervangen door: De directeur-generaal kan op aanvraag het gastransportbedrijf, bedoeld in artikel 1a, tweede lid, tijdelijk ontheffing verlenen.

III

Artikel 26 wordt gewijzigd als volgt:

A. In het tweede lid vervalt: door het gastransportbedrijf zelf of.

B. Toegevoegd worden twee nieuwe leden, luidende:

3. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de aankoop of verkoop van gas door het in artikel 1a, tweede lid, bedoelde gastransportbedrijf zelf.

4. Een gastransportbedrijf gebruikt aan hem verstrekte gegevens over beschermde afnemers of afnemers die jaarlijks per aansluiting minder dan 170 000 m3 gas verbruiken uitsluitend voor het uitvoeren van zijn taken op grond van deze wet, met dien verstande dat deze gegevens mede kunnen worden gebruikt voor het ten behoeve van de vergunninghouder innen van de vergoeding voor het leveren van gas.

IV

In artikel 34 wordt telkens «hoofdstuk 3» vervangen door: paragraaf 1.1A, hoofdstuk 3.

V

In artikel 38, eerste lid, wordt na «vergoeding verschuldigd voor het verlenen van» ingevoegd «instemming als bedoeld in artikel 1c, tweede lid, van een aanwijzing als bedoeld in artikel 1d,» en wordt na «bemoeiingen met betrekking tot» ingevoegd: de instemming, de aanwijzing,.

VI

In artikel 39, eerste lid, wordt na «onderscheidenlijk Onze Minister» ingevoegd: het verlenen van instemming als bedoeld in artikel 1c, tweede lid, van een aanwijzing als bedoeld in artikel 1d,.

VII

In artikel 44 wordt in de wijziging van artikel 1, onderdeel 1°, van de Wet op de economische delicten «en 52, tweede lid,» vervangen door: , 52, tweede lid, 52a en 52d.

VIII

Na artikel 52 worden vijf artikelen toegevoegd, luidende:

Artikel 52a

Een netbeheerder is verplicht het transport van gas en de daarmee noodzakelijkerwijs verbonden diensten te verrichten tegen de tarieven die daarvoor worden vastgesteld op grond van artikel 52b indien het gas bestemd is voor levering aan beschermde afnemers of afnemers die jaarlijks per aansluiting minder dan 170 000 m3 gas verbruiken.

Artikel 52b

1. Onze Minister stelt met betrekking tot gas dat bestemd is voor levering aan beschermde afnemers of afnemers die jaarlijks per aansluiting minder dan 170 000 m3 gas verbruiken voor iedere netbeheerder de tarieven vast die deze ten hoogste mag berekenen voor het transport van dat gas en de daarmee noodzakelijkerwijs verbonden diensten, met inachtneming van het belang dat door middel van marktwerking ten behoeve van afnemers een doelmatige bedrijfsvoering en kostenverlaging worden bevorderd, en met toepassing van

de formule  pt = 1 + cpi – x1100 pt–1 , waarbij:

pt = de tarieven die zullen gelden in periode t;

pt-1 = de tarieven die golden in de periode voorafgaand aan periode t;

cpi = de relatieve wijziging van de consumentenprijsindex (alle huishoudens), berekend uit het quotiënt van deze prijsindex in de vierde maand voorafgaande aan periode t en van deze prijsindex in de zestiende maand voorafgaande aan periode t, zoals deze maandelijks wordt vastgesteld door het Centraal Bureau voor de Statistiek;

xt = de korting ter bevordering van de doelmatige bedrijfsvoering door netbeheerders.

2. Onze Minister stelt de korting ter bevordering van de doelmatige bedrijfsvoering vast voor een periode van ten minste één en ten hoogste twee jaar.

3. Alvorens Onze Minister de korting vaststelt voert hij overleg met de gezamenlijke netbeheerders en met representatieve organisaties van partijen op de gasmarkt over de vaststelling van de korting ter bevordering van de doelmatige bedrijfsvoering en geeft in het besluit tot vaststelling van die korting aan welke gevolgtrekkingen hij heeft verbonden aan de uitkomsten van dat overleg.

Artikel 52c

1. Iedere netbeheerder die het transport van gas verricht dat bestemd is voor levering aan beschermde afnemers of afnemers die jaarlijks per aansluiting minder dan 170 000 m3 gas verbruiken zendt jaarlijks voor 1 oktober aan Onze Minister een voorstel met betrekking tot de tarieven die deze netbeheerder voor het transport van dat gas en de daarmee noodzakelijkerwijs verbonden diensten ten hoogste mag berekenen. De netbeheerder zendt het eerste voorstel na inwerkingtreding van dit artikel binnen zes weken aan Onze Minister.

2. In het eerste voorstel met betrekking tot de tarieven baseert de netbeheerder het voorstel op de vergelijkbare tarieven die in 1999 door hem of door zijn rechtsvoorganger in rekening werden gebracht ten aanzien van het transport van gas bestemd voor levering aan beschermde afnemers of afnemers die jaarlijks per aansluiting minder dan 170 000 m3 gas verbruiken.

3. Indien de netbeheerder of zijn rechtsvoorganger in 1999 één tarief hanteerde voor levering en transport van gas en de daarmee noodzakelijkerwijs verbonden diensten, geeft hij in het eerste voorstel na de inwerkingtreding van dit artikel, cijfermatig onderbouwd aan welk deel van dat tarief kan worden toegerekend aan het verrichten van transport van gas en de daarmee noodzakelijkerwijs verbonden diensten en te beschouwen is als pt-1.

4. Indien het voorstel niet tijdig aan Onze Minister is gezonden, stelt deze de tarieven uit eigen beweging vast.

5. De tarieven treden in werking op een door Onze Minister te bepalen datum en gelden tot 1 januari van het jaar, volgend op de datum van inwerkingtreding van het besluit tot vaststelling van de tarieven.

6. Indien op 1 januari de tarieven voor het volgende jaar nog niet zijn vastgesteld, gelden de tarieven tot de datum van inwerkingtreding van het besluit tot vaststelling van de tarieven voor het volgende jaar.

7. Iedere netbeheerder legt een exemplaar van de voor hem geldende tarieven voor een ieder ter inzage in al zijn vestigingen.

Artikel 52d

1. Een netbeheerder zendt jaarlijks voor 1 oktober de voorwaarden waaronder hij het transport van gas en de daarmee noodzakelijkerwijs verbonden diensten verricht, voor zover het transport en de diensten betrekking hebben op gas dat bestemd is voor beschermde afnemers of afnemers die jaarlijks per aansluiting minder dan 170 000 m3 gas verbruiken, aan Onze Minister.

2. De voorwaarden hebben mede betrekking op de kwaliteitscriteria waaraan de netbeheerders moeten voldoen met betrekking tot hun dienstverlening, welke in ieder geval betrekking hebben op de te hanteren technische specificaties, het verhelpen van storingen in het transport van gas, de klantenservice en het voorzien in compensatie in compensatie bij ernstige storingen.

3. Onze Minister kan indien hem uit de voorwaarden blijkt dat de netbeheerder in onvoldoende mate of op ondoelmatige wijze kan of zal kunnen voorzien in het transport en de daarmee noodzakelijkerwijs verbonden diensten, dan wel de voorwaarden niet redelijk, niet transparant of discriminerend zijn, de netbeheerder opdragen de voorwaarden aan te passen.

4. Iedere netbeheerder legt een exemplaar van de voorwaarden voor een ieder ter inzage in al zijn vestigingen.

Artikel 52e

Netbeheerders zenden Onze Minister voor 1 november van elk jaar een rapportage omtrent de naleving door hen van de kwaliteitscriteria, bedoeld in artikel 52d, tweede lid.

Artikel 52f

De artikelen 4, 5, 6 en 7 zijn niet van toepassing voor zover een netbeheerder het transport van gas verricht dat bestemd is voor levering aan beschermde afnemers of afnemers die jaarlijks per aansluiting minder dan 170 000 m3 gas verbruiken.

IX

1. Artikel 53, eerste lid, komt als volgt te luiden:

1. Indien zich in de periode tussen 1 juli 1996 en de datum van de aanwijzing van de netbeheerder, bedoeld in artikel 1a, of in de periode tussen voornoemde datum en de datum van indiening van de aanvraag, bedoeld in artikel 12, een wijziging heeft voorgedaan met betrekking tot de eigendom van de aandelen in het gasbedrijf dat de vergunning aanvraagt, de eigendom van de aandelen in de rechtspersoon aan wie het desbetreffende gastransportnet toebehoort of de eigendom van dat net, is voor de instemming met de aanwijzing van de netbeheerder onderscheidenlijk de verlening van de vergunning vereist, dat Onze Minister geen bedenkingen heeft tegen die wijziging.

2. In het tweede lid wordt «de eigendom van het door dat bedrijf beheerde gastransportnet» vervangen door: in een netbeheerder, alsmede voor wijzigingen met betrekking tot de eigendom van een gastransportnet.

X

Aan artikel 55 wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. De artikelen 52a tot en met 52f vervallen met ingang van 1 januari 2004, behoudens de toepassing van het vierde lid.

4. De in het derde lid genoemde datum kan bij algemene maatregel van bestuur worden gewijzigd. Onze Minister doet een voordracht daartoe niet eerder dan nadat hij daarover overleg met de Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft gevoerd.

Toelichting

Dit amendement strekt tot scheiding van gasbedrijven in een transport- en handelsdeel. Daartoe wordt voorzien in het opleggen van een netbeheerder voor het gastransportnet, opdat non-discriminatoire toegang tot die netten gewaarborgd blijft, zonder invloed van een gasdistributiebedrijf. Hiermee wordt beoogd de marktwerking positief te beïnvloeden.

Witteveen-Hevinga

Blaauw

Van Walsem

Van den Berg

Naar boven